Nu investeren voor de banen van morgen

Nu investeren voor de banen van morgen 

Als de maakindustrie economisch in zwaar weer zit dan wordt er vaak als eerste bezuinigd op onderzoek en innovatie. Dat zien we ook nu tijdens de coronacrisis. Een zorgelijk signaal, want om de banen van morgen te garanderen moeten we juist vandaag investeren. Door nu te investeren in de ontwikkeling van betere producten en slimmere productieprocessen zorgen we dat onze maakindustrie niet alleen vandaag, maar ook in de toekomst onze economie gezond kan houden en zorgen voor banen. 

Om deze reden heb ik eerder dit jaar de regering gevraagd om extra innovatie-subsidies beschikbaar te stellen voor onze auto-, schepen- en vliegtuigbouwers. Wij willen de innovatie in deze sectoren zoveel mogelijk op stoom houden en niet stil laten vallen. Ik ben dan ook blij dat mijn voorstel door de Tweede Kamer werd gesteund en afgelopen week liet het kabinet weten de innovatie-subsidies ( 150 miljoen euro) in mei al beschikbaar te stellen. 

Deze ‘subsidieregeling mobiliteitssectoren’ klinkt misschien als Haags geneuzel maar waar het op neerkomt is dat bijvoorbeeld een autobouwer als VDL Nedcar uit Born kan investeren in betere productieprocessen en een bedrijf als Inalfa, dat schuifdaken levert voor de auto-industrie, de innovatie-desk in Venlo kan versterken in plaats van naar het buitenland verplaatsen. Goed voor onze economie en werkgelegenheid bij al die verschillende toeleveranciers in de provincie en onze regio.

Kortom, om de economische schade van deze coronacrisis te beperken moeten de regering niet alleen nu pleisters plakken, maar ook vooruit blijven kijken. Om te waken over het toekomstige verdienvermogen van onze economie en de banen van morgen, moeten we nu aan de bak. Oftewel, samen zorgen voor brood op de plank!

Mustafa Amhaouch, Tweede Kamerlid