Geen vrije hand in Cohesie-prestatiereserve
Op woensdag 24 oktober heeft het Europees Parlement het voorstel van de Europese Commissie verworpen voor de proeffase voor aanvullende financiering voor het hervormingsinstrument voor de jaren 2018 - 2020. Het voorstel zou de mogelijkheid bieden de prestatiereserve van de Europese Structuur- en Investeringsfondsen hiervoor te gebruiken. Dit geld zou dan gaan naar een breed scala aan structurele hervormingen in plaats van de reeds bestande programma's van het cohesiebeleid.
"We begrijpen de meerwaarde van structurele hervormingen voor het stimuleren van innovatie, investeringen en groei. Evenwel, de Europese Commissie heeft onlangs de begroting van het bestaande programma voor structurele hervorming - formeel: Structural Reform Support Programme, SRSP - al met 80 miljoen euro verhoogd tot 248 miljoen euro. Het Europees Parlement heeft dit voorstel in overgrote meerderheid gesteund en daarmee de voortgang voor de komende jaren veiliggesteld", zegt Lambert van Nistelrooij, tevens co-rapporteur voor het SRSP.
De mogelijkheid om geld uit de Cohesie-prestatiereserve te nemen voor structurele hervormingen ging evenwel veel verder. Het voorstel kwam niet overeen met het prestatiebeginsel van het cohesiebeleid 2014-2020. De prestatiereserve moet worden toegewezen aan de programma's en prioriteiten die goed hebben gepresteerd en de vastgelegde doelen hebben bereikt. Bovendien zal de Europese Commissie voor de periode na 2020 met een alternatief komen waarin de koppeling met het cohesiebudget niet wordt gelegd. Deze ontkoppeling voorkomt de onduidelijkheid die nu dreigde te ontstaan.
Vandaag, tijdens de plenaire stemming in eerste lezing, waren 666 leden met mij eens en hebben voor mijn rapport gestemd. 74 collega’s stemden tegen