15 juni 2012

Ezechiel

door: Arend Jansen, voorzitter CDA-Basisgroep Sociale Zekerheid
[email protected]


De laatste twee jaar heb ik me wel eens afgevraagd:  veronderstel dat we op een CDA-partijcongres een profeet uit het Oude Testament konden uitnodigen.  Welke boodschap zou hij dan voor ons hebben?
Voor de Pasen werd bij ons in de kerk uit het boek Ezechiël gepreekt. Een profeet met nogal wat visioenen. Dat hebben de meeste profeten: visioenen. Hoe het anders moet. Geen uitbuiting door machthebbers, de positie van de armen en rechtelozen, weduwen en wezen duidelijk voor het voetlicht brengen. Hun rechten erkennen.
Het volk Israël dwaalde soms ver weg van de God die ze uit onderdrukking en vervolging gered heeft. En dan staan de profeten op, vaak met gevaar voor eigen leven. Geen enkele machthebber kan er tegen als hem de les wordt gelezen. Vaak in ronde, rechttoe rechtaan taal. Het mooie en uitdagende van de verhalen uit de Bijbel is dat je ze naadloos naar onze tijd kunt verplaatsen. Ook soms naar onze partij, het CDA. Welke kant gaat de partij op? Door wat en wie laten we ons inspireren? Wat is je voeding, wat is de basis van waaruit je vertrekt?  Voor het CDA is dat nog steeds de Bijbel.
In één van de begindocumenten staat dat wij de Bijbel gebruiken als richtsnoer voor ons politiek denken en handelen. Voor veel leden en kiezers is daarom de afgelopen anderhalf tot twee jaar een tijd van verwarring geweest. Je politieke huis kwijt zijn. Om met Ruud Lubbers te spreken: je voelt je een vreemde in je eigen partij. En dat is een hard gelag. Want waar moet je heen? Ik ben geen socialist en ook geen liberaal. Ik ben een christendemocraat. Dus is bedanken geen optie.
En dan valt opeens dat gedrocht van een gedoogconstructie uit mekaar. Niet door de verdiensten van onze eigen politici. Nee, door de angstvisioenen van Wilders. En juist die angst was een groot fenomeen in deze gedoogconstructie. De angst stond zowat achter elke deur. Ook bij onze partij. Die angst zijn we nu gelukkig kwijt. We kunnen weer vrij ademhalen. Ook bij veel van de ‘tweederde’ voorstemmers wordt een zucht van verlichting en bevrijding waargenomen. En nu voorwaarts. Maar waar naartoe? Er wordt meteen een soort gedragscode uitgevaardigd: niet meer achterom kijken, alleen maar vooruit. Ja, ja. De vrouw van Lot kijkt achterom en verandert in een zoutpilaar. Omdat ze het oude leven niet kon loslaten. Dus dat terugkijken, dat moeten we niet doen. Alhoewel het wel de vraag is hoeveel we loslaten van de oude gedoogconstructie.
De profeten staan wel degelijk voor de machtigen van die tijd en confronteren hen met hun daden en visie. Ze dagen hen uit om verantwoording af te leggen. En nieuwe wegen in te slaan. En vaak kennen die machthebbers die wegen nog heel goed. Alleen komt het soms niet goed uit om ze te gebruiken. Daarom vinden ze de confrontatie soms ook onaangenaam. Het geweten knaagt soms hinderlijk. Het laatste verkiezingsprogramma vond ik niet passen bij het CDA. Als de hectiek van de verkiezingen achter de rug is, moeten we de tijd maar gaan gebruiken voor herbronning. Onder andere door de minst weerbaren voorop te stellen. Mensen die zonder perspectief naar de arbeidsmarkt kijken en die keer op keer door het wijzigen van de regels en wetten op het gebied van inkomen en levenssituatie in een uitzichtloze situatie zijn beland.
Bij de minst weerbaren horen ook de uitgeprocedeerde asielzoekers of de asielzoekers die hier al lang wonen. Die kinderen hebben die al vijf, zes of zeven jaar hier zijn. Die opgegroeid zijn in ons land en gewoon Nederlandse kinderen zijn. Die mensen moeten we als CDA maar eens voorop gaan stellen. En niet gedwee de wetten van de economische en financiële machthebbers uitvoeren. Alsof die zaligmakend zijn en het doel van de samenleving moeten zijn. Die maken ons ongelukkig. Mensen zijn steeds meer op zoek naar verbondenheid, saamhorigheid, geborgenheid. En rechtvaardigheid. Als er een partij is die dat zou moeten uitstralen en verkondigen, dan is dat het CDA. De bron die wij gebruiken als richtsnoer bij ons politiek denken en handelen laat ons weinig keus.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.