16 september 2020

Drenthe maakt landbouwbeleid met laarzen in de klei

De Noordelijke Rekenkamer (NRK) heeft onderzoek gedaan naar de duurzaamheid in het landbouwbeleid in de drie Noordelijke provincies over de periode 2020 - 2018. Dat heeft een rapport opgeleverd met een aantal aanbevelingen. In de Statencommissie Omgevingsbeleid (OGB) werd hierover tijdens de bijeenkomst op 16 september gedebatteerd.

Transitie veroorzaakt onrust
Eline Vedder is onder meer woordvoerder landbouw in de CDA-Statenfractie en zij begon haar bijdrage met de eerste zin uit de eerste aanbeveling. ‘Hoe zou de landbouw er in een bepaald jaar uit moeten zien’? Volgens Eline zal iedereen die weleens de discussie volgt over landbouw herkennen dat dit de vraag van het moment is. “Landbouw zit in een transitie en onrust is één van de belangrijkste kenmerken van een transitie. We weten namelijk dat we gaan vertrekken van het vertrouwde naar het nieuwe. Maar wat dat nieuwe precies is, of hoe de weg ernaartoe loopt, is nog onduidelijk. Toch vertrekken we vast. En regelmatig rijden we eindeloos rondjes over de rotonde, in de auto ondertussen hevig discussiërend over welke afslag we moeten nemen. Wij hebben namelijk geen wetgeving die zegt waar we heen moeten. We hebben alleen wetgeving die zegt waar je níét heen mag. Onze gedesoriënteerde automobilist botst voortdurend tegen vangrails aan die her en der verschijnen, maar nergens staat geschreven welke kant hij wél op dient te gaan. En ondertussen zitten achterin niet alleen de provincie, maar ook de gemeente, het waterschap, het rijk, Brussel en de samenleving als geheel hierover ruzie te maken.”

Leefomgeving lastig te vatten in streefcijfers
In tegenstelling tot het voorbeeld van energietransitie dat de NRK aanhaalt is de leefomgeving volgens Eline Vedder natuurlijk heel lastig te vangen in streefcijfers en kolomgrafiekjes. “Niet voor niets werken knappe koppen al jaren aan projecten als de biodiversiteitsmonitor of de kringloopwijzer en is de voortgang daarin weerbarstig. De vraag stellen hoe de landbouw eruit zou moeten zien, en hoe je dat dan meet, is niet zo moeilijk. Hem beantwoorden vraagt tijd. De CDA-fractie snapt dus heel goed dat de NRK concludeert dat de provincie nog niet erg concreet is, en dat een eindbeeld moeilijker te checken valt dan streefwaarden en indicatoren. De kwaliteit van landschapselementen laat zich nou eenmaal lastiger in cijfers vangen dan het aantal MW van een geplaatste windmolen. We hebben begrip voor het feit dat de stip op de horizon nog meer een vage vlek is, die ook nog weleens de neiging heeft zich te verplaatsen. In de tussentijd kunnen we een aantal dingen doen. Wachten tot de discussie op de achterbank is afgerond, of ondertussen erop vertrouwen dat ook inspanningen die we nu al ondersteunen, later positief zullen bijdragen aan de eindbestemming. Ook al weten we nog niet precies hoe we die bestemming zullen gaan meten. De CDA-fractie kiest vol vertrouwen voor het laatste. Wij zien met nadruk de rol van de provincie in lijn met het coalitieakkoord: geen extra regelgeving bovenop landelijke wetgeving. Wél positief stimuleren en faciliteren.”

Drenthe maakt beleid met laarzen in de klei
Dat het NRK in haar rapport concludeert dat landbouwbeleid in Drenthe voor een deel wordt gemaakt in samenwerkingsverbanden vindt Eline Vedder een compliment. “Het is een bevestiging dat Drenthe doet wat andere provincies vaak nog maar moeizaam afgaat: beleid maken met de laarzen in de klei in plaats van met de benen op een bestuurstafel.  Vooralsnog lukt het Drenthe als enige provincie om merkbaar een verschil te maken op het boerenerf. Wat ons betreft schudt Drenthe de bescheidenheid hierover wat van zich af, zodat de Drentse aanpak van échte samenwerking zich als een olievlek kan verspreiden. Duurzame olie uiteraard.”
 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.