Kolencentrales

Kolen alleen met gebruik van schone technieken

Het CDA Partijcongres op 2 juni 2007 bijeen,

 

Constaterende:

  1. De optredende veranderingen in het klimaat zijn een gevaar voor het welzijn en de welvaart van onze planeet en ons land.
  2. Er bestaat een steeds sterkere onderbouwing voor de negatieve invloed op het klimaat van de menselijke uitstoot van CO2. 

 

Overwegende:

  1. Alleen een resolute keuze voor energie-productie met zo min mogelijk (netto) uitstoot van CO2 kan verdergaande klimaat-veranderingen voorkomen en bijdragen aan duurzame samenleving.

 

Spreekt uit dat:

nieuwe kolencentrales niet wenselijk zijn, tenzij:

  1. Gebruik gemaakt wordt van innovatieve technieken t.a.v. het verbrandingsproces (zoals b.v. kolenvergassing).
  2. Gebruik gemaakt wordt van ecologisch en economisch rendabele technieken voor afscheiding, transport en opslag van hierbij vrijkomend CO2.
  3. Regelgeving voor CO2-afvang en opslag worden opgesteld, met daarin normen t.a.v. vereiste percentage afvang en regels voor maximaal verlies aan energie-rendement en maximaal toegestane kosten zijn opgenomen.
  4. Toepassing van kolen, met inachtname van maatregelen t.a.v. milieu en klimaat, niet leidt tot stijgende milieukosten.
  5. Flankerend beleid wordt opgesteld, waarin een verbetering van de markt voor CO2-handelsrechten wordt nagestreefd, waarbij de ecologische en economische schade van CO2 beter is verwerkt
  6. Een energie-mix voor de komende 20 jaar wordt opgesteld, met implicaties voor aantallen en typen te bouwen energie-centrales, dit in relatie tot doelstellingen voor decentrale opwekking.

 

En gaat over tot de orde van de dag.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.