03 oktober 2018

Auto's moeten fors minder CO2 uitstoten

Het CDA vindt het terecht dat auto's in Europa fors minder broeikasgas CO2 moeten gaan uitstoten. Het Europees Parlement stemde daar woensdag voor.

 

Op aandringen van Annie Schreijer-Pierik wil het Europees Parlement dat de uitstoot van personenwagens 40 procent lager wordt in 2030 vergeleken met 2021. Het parlement is daarmee ambitieuzer dan de Europese Commissie, die 30 procent had voorgesteld. 

 

"Alle sectoren moeten bijdragen aan de doelen van het Parijs-akkoord. Ook de "heilige koe", de personenwagen" , zegt Annie Schreijer-Pierik. "Als de auto- en transportsector tot 2030 niets zouden doen, dan komt de CO2-vermindering onevenredig zwaar op de schouders van boeren, tuinders, bouw- en afvalondernemers!"

 

Annie Schreijer had het ambitieuzere percentage (van 40 procent) voorgesteld samen met haar Duitse collega-Europarlementsleden Peter Liese en Karl-Heinz Florenz van de EVP-Fractie. Dit bleek uiteindelijk een gewild compromis voor de politici die juist hogere of lagere percentages wilden.

 

"Een krachtige impuls voor innovatieve elektrische auto’s, bestelwagens, waterstof- en superzuinige brandstofmotoren. Economische groei en verstandige, ambitieuze klimaatdoelstellingen gaan gewoon hand in hand", aldus Schreijer, die wijst op de enorme kansen voor innovatieve Nederlandse technologiebedrijven die superbatterijen en andere energieoplossingen kunnen bieden.

"Alle sectoren moeten bijdragen: bouwsector, industrie, landbouw en zeker óók het vervoer. Zonder achterdeurtjes!"

 

Auto's en bestelwagens produceren ongeveer 15 procent van de broeikasgas CO2 in de EU. De autosector is de enige sector die meer CO2 uitstoot dan in 1990. De gemiddelde uitstoot van een nieuwe auto is de laatste jaren zelfs gestegen in plaats van gedaald.

Schreijer is daarom blij met de steun voor haar voorstel: "Het zou niet goed zijn als in 2030 auto's zelfs nog méér CO2 zouden uitstoten dan nu!"

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.