26 oktober 2021

Vraagtekens rond lozing gevaarlijke stoffen op IJssel- en Markermeer

De nieuwsberichten van Omroep Flevoland over het lozen van gevaarlijke stoffen door (binnenvaart)schepen op het Marker- en IJsselmeer roept vele vragen op. Dat zegt fractievoorzitter Johan van Slooten van de CDA-fractie in Provinciale Staten. Vooral de vraag waarom er aan de ene kant allerlei verboden gelden voor deze lozingen, maar dat er aan de andere kant een uitgebreide gedoogzone is die vrijwel de hele Flevolandse kust omvat, vraagt om een antwoord. Daarom heeft de fractie schriftelijke vragen ingediend bij het college van Gedeputeerde Staten.

Binnenvaartschepen zouden volgens Omroep Flevoland jaarlijks tot 400 keer gevaarlijke stoffen lozen door middel van het zogenoemde 'ontgassen', waarbij gassen die na het lossen van bepaalde ladingen achter zijn gebleven in de laadruimtes van het schip. Deze gassen worden op open water geloosd. Ondanks een verbod van de provincie Flevoland (ingesteld in 2018) en een aanstaand internationaal verbod, heeft de Inspectie voor Leefomgeving en Transport een ruime gedoogzone ingesteld, waar het ontgassen wél mag.

Update: De vragen zijn inmiddels beantwoord door Gedeputeerde Staten. De antwoorden vindt u op deze link.

De vragen die wij aan het college hebben gesteld zijn deze:

  1. Het artikel is door Omroep Flevoland gemaakt naar aanleiding van een brief van een binnenvaartschipper die (onder meer) aan Omroep Flevoland is gestuurd. In deze brief refereerde de briefschrijver aan de actuele situatie rond het ontgassen. Was het college op de hoogte van de situatie van dit moment, met name het aantal keren dat een dergelijke ‘ontgassing’ per jaar kennelijk plaatsvindt?
     
  2. In het genoemde artikel van Omroep Flevoland geeft de provincie aan dat er in Flevolandse wateren niet ontgast mag worden en dat het in 2018 afgeroepen verbod wordt gehandhaafd. Maar volgens de Inspectie voor Leefomgeving en Transport is er sprake van een ruime gedoogsituatie op het Marker- en IJsselmeer (zie kaart op https://ministerieienm.maps.arcgis.com/apps/PublicInformation/index.html?appid=99bcf58c3423454a95a9bb1fd851a012). Hoe verhoudt deze gedoogsituatie zich ten opzichte van het Flevolandse verbod? Heeft zo’n verbod dan wel nut?
     
  3. Er blijken diverse instanties verantwoordelijk te zijn in deze kwestie: de provincie, de landelijke overheid, de Inspectie Leefomgeving en Transport en de OFGV. Kan het college in haar beantwoording aangeven wie precies welke verantwoordelijkheid heeft, en hoe deze verantwoordelijkheid in de praktijk wordt gebracht? Is er sprake van het langs elkaar heen werken?
     
  4. Er is sprake van verschillende verbodssituaties: een internationaal verbod, een landelijk verbod, een regionaal verbod en – aan de andere kant – een gedoogsituatie. Kan het college aangeven welke verboden er precies (gaan) gelden in onze regio, m.a.w.: wat mag er wel en wat mag er niet? Welke stoffen mogen wel ‘ontgast’ worden en welke niet (nu en op termijn)?
     
  5. Kan het college precies aangeven hoe de handhaving van de OFGV op dit moment is geregeld? Wordt er überhaupt gehandhaafd? Zo niet, wat is daarvan de reden?
     
  6. Kan het college aangeven wat het risico voor mens en natuur is als het inderdaad juist is dat er per jaar 100 tot 400 keer wordt ontgast op het Marker- en IJsselmeer, zoals het artikel van Omroep Flevoland beweert?
     
  7. Heeft het college geantwoord op de in vraag 1 genoemde brief van de binnenvaartschipper? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u de reactie delen met PS?

Kijk hieronder naar een reportage van Omroep Flevoland met onder meer een reactie van onze fractievoorzitter Johan van Slooten:

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.