De CDA-Statenfractie wil van het college weten of bij rederij Doeksen sprake is van overmacht, onmacht of het opzettelijk krap inzetten van varend materieel. De fractie reageert daarmee op berichten in de media over capaciteitsproblemen bij de Rederij.

 De media berichtten de afgelopen dagen over de eilanders die boos zijn op rederij Doeksen omdat die te weinig capaciteit zou generen om meer passagiers te vervoeren naar de eilanden. Het CDA wil, bij monde van Statenlid Rendert Algra, van het college weten of Doeksen minder vaarten realiseert omdat ze niet rendabel zouden zijn. De coronamaatregelen hebben ertoe geleid dat de capaciteit van de veerboten flink is afgenomen. Als gevolg van de afstand die in acht moet worden genomen door de passagiers, kan Doeksen maar 30% van het normale aantal gasten vervoeren. Vanaf 1 juni gaat dat omhoog naar 40%

 Het is van groot belang dat de Waddeneilanden bereikbaar zijn. Daarom wil Algra weten op welke manier het college werkt aan het verbeteren van de passagiersstromen naar de Waddeneilanden. Ook wil hij weten of het college in gesprek is met Doeksen en andere rederijen om de passagiersstroom naar de Waddeneilanden te optimaliseren.

 ‘Ook van onze landelijk overheid mogen we wat verwachten,’ aldus Algra. ’Wat doet onze landelijke overheid om ervoor te zorgen dat er voldoende vervoersmogelijkheden zijn naar de Waddeneilanden?’ Op deze vragen verwacht het CDA woensdag 27 mei tijdens de Statenvergadering antwoord te krijgen van het college. 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.