23 januari 2019

Samen voor Apeldoorn

Omgevingswet en burgerparticipatie. Twee thema’s met elkaar verbonden, die op ons afkomen in de komende tijd. Maar wat houdt dit nou in? Met de omgevingswet wil de overheid de regels voor ruimtelijke ontwikkeling vereenvoudigen en samenvoegen. Zo moet het bijvoorbeeld makkelijker worden om een bouwproject te starten. Over de term burgerparticipatie wordt veel gediscussieerd. Wat houdt dit nou in? Voor ons betekent het dat iedereen in de samenleving mee kan en mag doen. Dat we alle inwoners betrekken bij overheidsbeleid. Dat iedereen die een idee heeft om Apeldoorn te verbeteren dit kan laten horen en het wellicht tot uitvoering kan brengen. Een behoorlijke opgave voor de gemeentelijke organisatie om zich hierop aan te passen en op in te spelen. Tegelijkertijd een opgave voor onze inwoners om hier aan bij te dragen. 

Samen voor Apeldoorn, zo heette de raadsopdracht burgerparticipatie waarmee de raad een poos geleden aan de slag is gegaan. Ga nou eens onderzoeken waar behoefte aan is in Apeldoorn, wat de inwoners vinden en hoe we de gemeentelijke organisatie en de gemeenteraad kunnen vernieuwen. De uitkomst van deze opdracht zijn een viertal scenario’s en aan de hand van een van deze scenario’s moet het college aan de slag. Op 2 december vond er een dialoog met bewoners, instellingen en de dorps- en wijkraden plaats. Doel was om hier input op te halen voor de verdere besprekingen in de raad. Al snel werd duidelijk dat er bij de dorps- en wijkraden onvrede heerste over het gelopen proces. Ze voelden zich niet genoeg gehoord.  Met deze achtergrond gingen we de PMA van 13 december in. Hier is een debat gevoerd over de scenario’s en er bleek een meerderheid te zijn die de voorkeur gaf aan besluitvorming rondom scenario 2. Tegelijkertijd sluimerde op de achtergrond de opmerkingen en gevoelens van de dorps- en wijkraden. Om dit een platform te geven is er op 19 december nog een gesprek met de dorps- en wijkraden gevoerd. Uit dit gesprek bleek wederom de teleurstelling over het gelopen proces en de angst voor het verliezen van hun juridische basis. In de beleving van de dorps- en wijkraden zijn zij niet of nauwelijks betrokken geweest en gehoord. Als vervolg op dit gesprek hebben we donderdag 10 januari nogmaals met zijn allen om tafel gezeten. De gevoelens van niet gehoord worden, niet betrokken worden en teleurstelling voerden de boventoon en in dit overleg kwamen we niet uit deze impasse. 

Afgelopen donderdag moesten wij, met al deze informatie in ons achterhoofd, een besluit nemen over de raadsopdracht en het wel of niet kiezen voor scenario 2. Dit met alle gevolgen van dien voor de dorps- en wijkraden. In de afgelopen week hebben Jan Dirk van der Borg en ondergetekende een motie opgesteld waarin we wilden benadrukken dat de dorps- en wijkraden belangrijk zijn en blijven. Ondanks dat de raadsopdracht duidelijk benoemd dat de inwoners en instellingen mee moeten denken, hebben we in deze motie nogmaals expliciet de dorps- en wijkraden benoemd als sparringpartner. Bijna alle partijen in de raad hebben deze motie gesteund, waarbij we dus als gemeenteraad zeggen dat wij de rol van de dorps- en wijkraden waarderen en dat wij graag samen met hen het verdere proces vormgeven. 

Tijdens de raadsvergadering is gisteren de raadsopdracht aangenomen met als uitgangspunt scenario 2. Hopelijk neemt de motie die wij, met steun van meerdere partijen indienden, de onrust en ontevredenheid  weg. Het college moet nu aan de slag met het vervolgproces en gaat dit samen met inwoners, instellingen en de dorps- en wijkraden vorm geven. En zoals van ons als fractie verwacht mag worden, zullen wij de komende tijd dit proces goed gaan volgen. 

Alinda Fredriks, raadslid

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.