04 maart 2018

Schriftelijke vragen met betrekking tot Renkum Centrum

Geacht college,

Wij zijn blij dat u de aanpak van de tweede fase van het centrum van Renkum ter hand heeft genomen. Tevens zijn wij blij dat de totstandkoming van de plannen in een interactief proces met omwonenden en winkeliers vorm en inhoud krijgt. Wel hebben wij de volgende vragen bij een aantal keuzes die nu in het ontwerp worden gemaakt.

Vragen:

1. Voor de tweede fase van de aanpak van Renkum Centrum is een bedrag van € 275.000,-- beschikbaar. Hebben wij het juist begrepen dat dit bedrag in eerste instantie bedoeld is voor fysieke maatregelen die bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van het winkelgebied van Renkum Centrum?

2. Uw college heeft in een tweetal bijeenkomsten met winkeliers en omwonenden een plan gepresenteerd waarin een aantal optionele inrichtingsmaatregelen werden gepresenteerd. Duidelijk was dat voor de uitvoer van alle maatregelen onvoldoende financiële middelen beschikbaar waren. Kunt u aangeven welke maatregelen u precies heeft voorgesteld en op welke wijze u tot deze maatregelen bent gekomen?

3. Is het juist dat in de laatste versie van de uitvoeringsplannen ook een aantal verkeersmaatregelen zijn opgenomen in de aanloopstraten naar het centrum? Kunt u aangeven op welke wijze deze maatregelen bijdragen aan het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit van het centrum? Waarom worden deze maatregelen niet vanuit het reguliere verkeersbudget bekostigd?

4. Wij hebben begrepen dat er vanuit de winkeliers een aantal plannen zijn aangedragen (o.a. meer groen in de Dorpsstraat, extra bankjes een aanpassingen aan het dorpsplein) die niet gehonoreerd kunnen worden vanwege het ontbreken van budget. Kunt u aangeven welke mogelijkheden u ziet om alsnog invulling te geven aan deze plannen?      

Wij zien uw antwoorden op de door ons gestelde vragen met belangstelling tegemoet.Met vriendelijke groet,Namens CDA RenkumJan Wessels

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.