Inbreng debat over de begroting Binnenlandse Zaken
(alleen het gesproken woord telt)

Voorzitter,

Johan Remkes verwoordde het treffend: 
Er is een groeiende kloof tussen Randstad en landelijk gebied én tussen stad en platteland. (…) 
Er is te weinig gevoel dat ‘Den Haag’ echt begrijpt wat daar speelt, 
dat er vooral over en niet met hen gesproken wordt en soms ook dat ze bewust klein worden gehouden. 

Einde citaat. 

Vooral het stukje ‘bewust klein worden gehouden’ raakte mij. 
Want als inwoner van buiten de Randstad, herken ik dit gevoel bij veel mensen in mijn omgeving. Bij inwoners, maar ook bij raadsleden, Statenleden, wethouders en zelfs burgemeesters. 
'Den Haag' voelt vaak ver weg. 
En dat komt niet alleen door de fysieke afstand. Een accent of tongval, een andere kijk op de wereld en je wordt al snel weggezet als ‘provinciaaltje’.
Terwijl dat ook Nederland is.
Terwijl dat juist Nederland is. 

Voorzitter, 

Graag wil ik stilstaan bij deze kloof en wat we zouden kunnen doen om die iets kleiner te maken.  

1. Samenlevingskracht versterken

Dat begint bij een overheid die luistert naar de samenleving. Die vertrouwen geeft. En die meebeslissen mogelijk maakt. 

Praten, luisteren en meebeslissen beperkt zich wat het CDA betreft niet tot eens in de vier jaar: rond campagnetijd en bij de stembus. Dat doe je continu. 
Daarom zijn we blij met de burgerberaden over klimaat en vergrijzing. En benieuwd naar de uitkomsten daarvan. 
Tegelijkertijd denken wij dat het zinvol is om lokaal te gaan ondervinden wat goede vormen van burgerberaad zijn. Ik zou de minister willen vragen om met tien gemeenten hiervoor een pilot op te zetten. Veel gemeenten willen meer burgerparticipatie, maar zijn zoekende naar een goede vorm. Met een burgerberaad kunnen we ze misschien helpen. En ik heb wel een lijstje voor de minister met gemeenten die willen. Graag een reactie. 
Voorzitter,

In 2023 komt de wet ‘Uitdaagrecht’ naar de Kamer. Een voorstel waar we als CDA enthousiast over zijn. Hierin wordt de inspraakverordening, ‘we hebben u gehoord en misschien doen we er iets mee’, omgezet naar een participatieverordening’: we hebben u gehoord en geloven in jullie aanpak, ga het maar doen’. Dat vinden we een goede beweging. Maar het moet geen verkapte bezuinigingsoperatie worden. Oftewel dat een overheid alleen wil luisteren naar een initiatief als het goedkoper kan. Graag een reactie.  

Voorzitter, 

Als de Atlas van afgehaakt Nederland ons iets laat zien, is het dat een sterke samenleving niet zonder een rijk verenigingsleven kan. U weet wel: die denkbeeldige lijn van het zuidwesten naar het noordoosten van Nederland. Waar sprake is van een rijk verenigingsleven, van veel vrijwilligerswerk en mantelzorg en meer gemeenschapszin. En waar mensen vervolgens minder afgehaakt zijn. 

Wij maken ons zorgen over hoe we dit cement van de samenleving sterk en weerbaar houden. Want ook in Den Haag hebben we hier een verantwoordelijkheid. Zo is er nog steeds geen duidelijkheid voor verenigingen en gemeenten over hoe verenigingen en maatschappelijke instellingen tegenmoet worden gekomen met hun hoge energierekeningen. Wat is hiervan de laatste stand van zaken? 

2. Benaderbare, herkenbare overheid

Voorzitter,

Mensen wonen in Nederland, maar komen uit het Hoogeland, het Groene Hart, het Heuvelland of in mijn geval uit De Peel. Daarom is het CDA zo blij met de Regio Deals, een mooie samenwerking tussen Rijk en regio’s om brede welvaart te vergroten. Van onderop. Met oog voor de eigen identiteit. 

Voorzitter,

Het CDA pleit al langer voor een regionaal kiesstelsel. Om de band met de kiezers te versterken en een goede vertegenwoordiging uit alle hoeken van het land te waarborgen. Zou de minister hier in het licht van het rapport-Remkes op willen reflecteren? 
Te meer daar we weten dat het overgrote deel van de huidige Kamerleden uit de Randstad komt. En veel mensen het gevoel hebben dat de Randstad beslist wat er in de rest van Nederland gebeurt. 

Voorzitter, 

Ik heb met veel belangstelling de brief van de minister gelezen over het bevorderen van de menselijke maat in wet- en regelgeving. Als CDA hebben we hierover in het schriftelijk overleg al de nodige vragen meegegeven. Maar reacties op de website internetconsultatie.nl maken mij duidelijk dat wij in Den Haag bij de vaststelling van wetten nog te vaak ten onrechte denken dat ze logisch en begrijpelijk zijn. Ik zou graag van de minister willen horen hoe de overheid met de mensen die de moeite hebben genomen om te reageren, gaat communiceren. Krijgen ze een koude ontvangstbevestiging of ook een inhoudelijke reactie? 

3. Goed functionerend openbaar bestuur 

Voorzitter, 

Vorig jaar is door collega Grinwis en mijzelf de motie ingediend die vraagt om medeondertekening door BZK van wetgeving die medeoverheden raakt. 
Het kabinet stelt nu voor die motie als volgt uit te voeren: er komt een uitvoeringstoets om in beeld te brengen wat de effecten zijn en ondertekening is het sluitstuk. 

Ik mis hier een belangrijke stap. Want als je in beeld hebt gebracht wat de gevolgen zijn, wil ik graag lezen wat er met die bevindingen gedaan wordt, en of de minister van BZK het vervolgens verantwoord vindt taken op de voorgestelde manier en met de voorgestelde middelen over te dragen? Graag een reactie. 

Voorzitter,

Vanzelfsprekend ga ik het ook even over voldoende financiële middelen in zijn algemeenheid hebben. Ik ben blij met de 1,1 miljard euro voor decentrale overheden voor 2026, maar zou graag weten hoe dit bedrag is bepaald. 

En ik weet dat het proces loopt om te komen tot structurele afspraken over de financiën voor gemeenten. 
Het CDA zou in ieder geval graag zien dat de opschalingskorting van tafel gaat en dat bij de bepaling van accres voldoende rekening wordt gehouden met de ontwikkelingen in de samenleving, zoals volume, bevolkingsgroei en maatschappelijke omstandigheden als vergrijzing.  

Voorzitter,

We praten hier vaak over dat iedereen mee moet kunnen doen. Maar hoe kan het dat raadsleden met een handicap nog steeds nadelige gevolgen ondervinden van hun raadsvergoeding in relatie tot bijvoorbeeld hun uitkeringen? Waarom worden zij gekort? Met collega’s Palland en Werner heb ik hier al eens vragen over gesteld. Wanneer is dit opgelost?

Voorzitter, 

Uit recent onderzoek blijkt dat er enerzijds veel interesse is in lokaal nieuws en anderzijds dat de lokale media het financieel zwaar hebben.  
Als we dit weten, en tegelijkertijd worstelen met het bereiken van mensen als het gaat om informatie over inkomensondersteuning zoals aanvragen van toeslagen, zou de overheid er niet verstandig aan doen pagina’s bij lokale media in te kopen om inwoners te informeren, en deze media meteen een steuntje in de rug te geven? Wat vindt de minister van dit idee?

Afsluiting

Ten slotte voorzitter,

De kloof tussen stad en platteland, tussen Den Haag en de rest van Nederland, zal niet van de ene op de andere dag gedicht zijn. 
Vertrouwen komt immers te voet en gaat te paard. Dat mogen ook wij politici ons aantrekken. Onze woorden doen ertoe. 
In dat kader wil ik deze minister complementeren met haar optreden tot nu toe. Inhoudelijk en met interesse.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.