De taken van de gemeenteraad zijn grofweg in drieën op te delen: het vormen van de volksvertegenwoordiging, het stellen van kaders en het controleren van het college.

Het vormen van de volksvertegenwoordiging. Dit is een hele natuurlijke taak, omdat de gemeenteraad door de inwoners is gekozen. Toch brengt deze functie vaak lastige dilemma’s met zich mee; elk besluit kent voor- en tegenstanders 

De tweede taak is kaderstellen. Dit houdt in dat de gemeenteraad op hoofdlijnen bepaalt wat er nodig is in een gemeente.Het college gaat hier vervolgens mee aan de slag, maar daarmee verdwijnt de verantwoordelijkheid van de gemeenteraad nog niet.

Hier komt namelijk de derde taak om de hoek kijken: de raad ziet er op toe of het college alle plannen die zij hebben aangenomen wel uitvoert en of deze naar behoren worden volbracht.

Tussen het zijn van volksvertegenwoordiging en het controleren van het college zit vaak, en dat geldt voor alle raadsleden denk ik, een dilemma. Het college neemt besluiten op basis van wet- en regelgeving en de kaders die de raad heeft meegegeven. En zoals gezegd. Elk besluit kent voor- en tegenstanders. We zien steeds vaker dat tegenstanders van een  (voorgenomen) besluit zich wenden tot de raadsfracties, om hun argumenten te delen. Dat is begrijpelijk. De gemeenteraad controleert tenslotte het college.

De vraag is dan? Moeten de kaders worden aangepast? En moeten we alle kaders op basis waarvan besluiten zijn genomen, waar geen concensus over is, heroverwegen? Een keuze maken tussen twee alternatieven die beiden (on)aantrekkelijk zijn? Een duivels dilemma!

Annemie Craenmehr-Hesen

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.