12 augustus 2016

Steffe Bak: In goede doen en toch in lompen.

Ik ontkom er niet aan weer iets uit mijn privéleven met u te delen. Mijn grootvader was een lieve maar wel erg gierige man. In een tijd dat heren maatpakken droegen en hij rekende zich tot die categorie, liep hij in tot op de draad toe versleten confectiepakken en de manchetten van zijn overhemden waren zelden vrij van rafel. Huis en tuin waren matig onderhouden want geld  daar aan besteed was verkwisting.  Goed inkomen maar geen cent voor zichzelf willen uitgeven. Gelukkig was grootmoeder een geëmancipeerde vrouw met eigen budget en de beide dochters hebben dan ook weinig onder de gierigheid geleden. Ik heb dit alles van mijn moeder die zich wat voor die gierigheid schaamde.

Waarom u lastig vallen met mijn grootvader zegt u. Heel eenvoudig, dat komt door de  financiële beschouwingen op 30 juni. Mijn collega Arie Noomen heeft daar namens het CDA gepleit voor extra investeringen in de openbare ruimte, bijvoorbeeld door de goed gevulde gemeentelijke spaarpot aan te spreken. Niet in een opwelling van lichtzinnigheid maar omdat het echt nodig is. Het betoog van Arie Noomen kreeg geen bijval. En dat is jammer. We zien om ons heen dat de boel verloedert. Haarlemmermeer heeft tientallen jaren te weinig geïnvesteerd in vernieuwing en te weinig uitgegeven aan onderhoud.  Die conclusie is niet nieuw. Al in de vorige collegeperiode is gezegd dat er vele miljoenen nodig zijn om de openbare ruimte weer op een niveau te krijgen dat hoort bij een rijke gemeente als Haarlemmermeer. Je doet dan ook iets dat de inwoners echt belangrijk vinden. 

Het meeste dat in de raad besproken wordt is politiek en dat is goed, maar ik zou graag zien dat de discussie over investeren in de openbare ruimte alleen op inhoud wordt gevoerd.

Laten we er voor zorgen dat Haarlemmermeer niet langer een rijke man in een sjofel pak is

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.