20 december 2021

Afscheidsinterview met Krijn Rijke

Je bent 4 jaar raadslid en 3 jaar wethouder geweest; wat is het meest
bijzondere politieke debat/besluit/... dat je in al die jaren hebt meegemaakt?


Het meest bijzondere moment is ongetwijfeld het plotselinge vertrek van
Marieke van Dijk als wethouder tijdens de behandeling van de begroting vorig
jaar. Een scherp gevoerd debat, net zoals de jaren ervoor, met hoofdrollen voor
John van Nimwegen en Jan Geert Bakker. Een debat onder het motto dat de
begroting toch vooral van de raad is. En toen, voor mij volstrekt onverwacht
omdat het slechts om cosmetische wijzigingen van de begroting ging, gooien D66 en Marieke de handdoek in de ring! Dat heeft mij wel ernstig aan het denken gezet. Hoezo heb ik dat niet zien aankomen, de onderlinge verhouding in het college was toch in mijn ogen goed, open en eerlijk in ruime mate?

Je hebt aan veel politieke onderwerpen/besluiten persoonlijk bijgedragen; waar heb je de beste herinneringen aan, of ben je het meest tevreden over, vanuit het belang van de Heemskerkers?

Als je begint als wethouder, komt er heel veel op je af. De hoeveelheid stukken die je moet lezen is enorm en mijn ambitie groot. Bouwen, bouwen en nog eens bouwen was de opdracht. Maar gaande het eerste jaar merk je dat de praktijk op het gebied van bouwen, behoorlijk weerbarstig is, om nog maar niet te spreken van de aanvullende eisen van het rijk en de provincie, vooral op het gebied van PAS en PFAS. Het “Tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren” van Willem Elschot is steeds zeer van toepassing. En natuurlijk staat bouwen, bouwen en nog eens bouwen op gespannen voet met het groene karakter van Heemskerk, wat ik natuurlijk ook, net als heel veel Heemskerkers, in stand wil houden. Ik heb mij daarom met veel energie gericht op de verbinding tussen de verschillende besluiten, zeg maar het integrale karakter van de totale besluitvorming. Een goede visie Sociaal Domein verdient ook een plaats in de Woonvisie, en in het Groenbeleidsplan en een goede ruimtelijke ordening hoort daarbij. De keuze voor de toekomst dient een integrale keuze te zijn, die goed is voor onze (toekomstige) inwoners en een keuze die ook nog eens efficiënt en betaalbaar is. Ik ben best zeer tevreden over het resultaat van deze integraliteit, en ook over de hoeveelheid extra woningen, de kwaliteitseisen, het percentage sociale huur, de manier waarop we als organisatie de gesprekken voeren met stakeholders en de nog steeds zeer goede relatie met Woonopmaat, waarbij we ook het groene karakter van Heemskerk behouden.

Daarnaast heb ik als voorzitter van de stuurgroep Veilig Thuis (VT) gestreefd naar een meerjarig financieel stabiele situatie voor VT en hebben we de transitie van VT naar de Veiligheidsregio (VRK) zeer soepel laten verlopen. VT is toekomst-bestendig geworden. De samenwerking met de gemeenten in de VRK-regio is daarbij soms zeer spannend, maar altijd op vooruitgang gericht geweest. Een geweldige ervaring!

Wat wil je het CDA-Heemskerk nog meegeven met het oog op de volgende gemeenteraadsverkiezingen?

Mijn wens is dat CDA-Heemskerk zich meer kan profileren als een lokale partij. Mij lijkt dat in de huidige tijd noodzakelijk. De landelijke politiek staat steeds verder af van de lokale situatie en de verbinding die er wel is, is er steeds een van beperking van de mogelijkheden. Ook is het vertrouwen in vooral de landelijke politiek tanende. Ik heb als wethouder ervaren dat je weinig tot geen steun krijgt van het rijk, de MRA of de provincie, ondanks het instellen van versnellings-ambtenaren en stimuleringssubsidies. Sterker nog, het kost alleen maar veel inspanning, veel tijd en zelfs geld (denk aan de MRA). Mijn wens voor het CDA-Heemskerk is dan ook dat geloof in “de kracht van kleinschaligheid” zal helpen om voor Heemskerk een goed leefbare toekomst te bereiken.

Tot slot wil ik uiteraard iedereen hartelijk danken voor het in mij gestelde vertrouwen en, we komen elkaar vast weer tegen in ons mooie dorp!!!

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.