05 juli 2020

CDA EN VVD “LAAT DE AGRARIERS NIET BOETEN VOOR GANZENSCHADE”

Het CDA Hollands kroon verenigt zich met nog 55 CDA en VVD afdelingen in een brandbrief aan het provinciebestuur van Noord-Holland. In de brief wordt geconcludeerd dat het bestuur de agrarische sector onterecht opzadelt met de lasten voor de extreem hoge ganzenpopulatie. In de brief doen zij een breed gedragen oproep om het besluit uit het coalitieakkoord te heroverwegen. Hierin zeggen zij dat bij de heroverweging samen met de verschillende partijen gezocht moet worden naar effectieve manieren om de ganzenpopulatie te verlagen.

 

De verhoging van het eigen risico heeft een grote impact voor de sector. De argumentatie die wordt gebruikt door de provincie snijdt geen hout, daarbij wordt namelijk niet ingegaan op de extreem hoge schade door ganzen binnen Noord-Holland. Alleen in Friesland is de schade hoger. Daarnaast wordt de indruk gewekt dat agrariërs nu niet doen wat ze kunnen om de schade te voorkomen. Zo wordt geschreven: “Buiten het feit dat we dit een onterecht signaal vinden, is dit ook onwaarschijnlijk. Daarbij resulteert het verjagen van de ganzen vooral meer ganzen bij de buurman, de schade voor Noord-Holland blijft dus gelijk.” Naast de financiële schade voor de agrariërs is de hoge ganzen populatie ook slecht voor natuurgebieden, waterkwaliteit en andere soorten vogels.  

 

Verder gaat dit nieuwe besluit in tegen eerdere beloftes van de provincie om de schade te compenseren totdat het niveau van de ganzenpopulatie terug is op dat van 2005. Het is eerlijker om het eigen risico of een andere vorm van tegemoetkoming van de schade pas in te voeren op het moment dat het niveau daadwerkelijk bereikt is. “Op die manier zorgt GS dat alle partijen op een constructieve wijze samen kunnen werken aan het terugdringen van de ganzenpopulatie. Zonder dat partijen hierin in een (financieel) onverenigd deel van rekening betalen”.

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.