17 februari 2016

Woonafspraken: Goed voor Overijssel!

Het CDA nam vorig jaar met het indienen van een amendement het initiatief om te zorgen voor een gezondere Overijsselse woningmarkt. De afgelopen maanden is er hard gewerkt om goede afspraken te maken met de verschillende gemeenten. In een gesprek met drie woordvoerders op dit dossier blikken we terug op de afgelopen periode. Alida Renkema is inmiddels wethouder in Oldenzaal en heeft  ruimtelijke ordening in haar portefeuille. Zij nam als Statenlid het initiatief voor het maken van regionale woonafspraken.  

Hoe was het voor jou dat de woonafspraken werden getekend nadat jij in 2014 het initiatief hebt genomen? Kun je ons eens meenemen in het proces?
“In juni 2014 is inderdaad door mij (toen nog Statenlid) samen met andere politieke partijen een amendement ingediend over de woonafspraken met en tussen gemeenten. Aanleiding hiervoor was de beëindiging van de oude woonafspraken, de gevolgen van de crisis in de bouwwereld, het enorme overschot aan bouwplannen, de krimp in sommige gemeenten en het mislukken van het opzetten van het zogenaamde grondfonds. Dit grondfonds, waarbij het de intentie was om gemeenten handvatten te geven om ook de financiële gevolgen van de noodzakelijke deprogrammering van woningbouw te kunnen dragen, bleek om diverse reden niet haalbaar te zijn." 

Eigen amendement
"In het genoemde amendement van juni 2014 staan CDA-items zoals een zuinig en zorgvuldig grondgebruik, herstructurering (inbreiden gaat voor uitbreiden) en duurzaamheid centraal. Ook werd in het amendement aangedrongen op het maken van regionale woonafspraken en de daadwerkelijke aanpak van de overprogrammering. Sommige gemeenten hadden inmiddels al vele miljoenen afgeboekt en de bestemmingsplancspaciteit al afgesteld op realistische prognoses,  maar sommige ook nog niet. Dat heeft gevolgen voor woningbouwplannen in een hele woonregio in het kader van de duurzame verstedelijking, zowel in kwalitatieve als kwalitatieve zin.
Ik had destijds nooit kunnen denken dat ik in mijn nieuwe functie als Oldenzaalse wethouder, met onder andere  Wonen in portefeuille, betrokken zou zijn bij de uitvoering van mijn eigen amendement.  Dit proces startte voor mij in Oldenzaal in augustus 2015 en eind januari 2016 zijn de afspraken met de provincie (ook door mij) ondertekend. Dat was een feestelijke bijeenkomst in Delden. Alhoewel in Oldenzaal op geen enkele wijze sprake is/was van overprogrammering ( in het verleden had men altijd meteen aangekochte grond afgewaardeerd naar agrarische waarde en slechts 50% van de behoefte al bestemd) is dit een intensief proces geweest tussen gemeenten in Twente. Het resultaat is dat bijna alle gemeenten getekend hebben, maar dat was geen vanzelfsprekendheid. Sommige gemeenten hadden nog steeds te maken met een behoorlijke overcapaciteit, zowel kwantitatief als kwalitatief, en waren nog niet in staat om ook in financiële zin het aanbod in overeenstemming te brengen met de vraag, terwijl andere gemeenten deze zure appel al hadden doorgebeten.” 

Grote zorgen
Moniek Kleinsman is woordvoerder ‘woonafspraken’ voor het CDA.  Hoe blik jij terug op de afgelopen maanden?
“Voorafgaand aan de commissie ontving de CDA fractie geluiden vanuit de gemeenten dat de woonafspraken op korte termijn getekend zouden worden. De CDA fractie was verheugd dat er regionale afspraken zouden worden gemaakt. Dit was immers de uitvoering van het CDA amendement dat door Alida Renkema werd ingediend.  Ik kwam erachter dat bij een aantal gemeenten grote zorgen waren omdat het niet tekenen van de woonafspraak grote financiële gevolgen heeft voor gemeenten. Het niet tekenen van de woonafspraken zou leiden tot de directe gevolgen van de verordening die door de Staten op 17 februari zouden worden vastgesteld. Wanneer een gemeente niet wil afboeken op zijn overprogrammering kan dat gevolgen hebben voor de naastgelegen gemeenten. Gemeenten begrijpen allemaal dat er sprake is van overprogrammering en dat er terug geschroefd moet worden. Je gaat immers niet bouwen voor leegstand. In de periode voorafgaand het tekenen heb ik veelvuldig contact gehad met de gemeenten om een beter beeld te krijgen van de problematiek en de gevolgen van het tekenen van de woonafspraken. In die periode is er ook veelvuldig contact geweest met de gedeputeerde Monique van Haaf om samen te kijken hoe we dit proces zo goed mogelijk konden laten verlopen. Dit heeft ertoe geleid dat er ook een coalitieoverleg heeft plaatsgevonden waarbij Monique van Haaf voorafgaand aan de commissie het proces heeft verduidelijkt. Ik kijk positief  terug op dit proces, maar besef ook dat het nu pas begint voor gemeenten om daadwerkelijk af te boeken.” 

Verbaasd
Moniek gaat verder: “Laat ik voorop stellen dat we blij zijn met de regionale afspraken. Dit is goed voor onze regio. Ik heb me wel verbaasd over de grote financiële gevolgen van de overprogrammering in bepaalde gemeenten.  De provincie geeft duidelijk aan niet te kunnen bepalen wat de schade is, omdat zij geen zicht heeft op wat wel en niet wordt afgeboekt. Deze verantwoordelijkheid ligt bij de gemeenten. Ik was verrast dat niet alle collega Statenleden deze zorg benoemden. Tijdens de commissievergadering op 3 februari jl. heb ik veel vragen kunnen stellen die ik samen met mijn collega Bart van Moorsel had voorbereid. Monique van Haaf heeft hier uitvoerig antwoord op gegeven. Met het beantwoorden van deze vragen is een deel van mijn zorgen gelukkig weggenomen.” 

Zorgvuldig proces.

Bart van Moorsel is als burgerlid lid van de CDA Statenfractie samen met Moniek Kleinsman betrokken geweest bij de woonafspraken. Wat was de afgelopen tijd het belangrijkst?
“Het hoofddoel dat we met elkaar nastreven is dat de planning van woningbouw in gemeenten op orde wordt gebracht. Dat de woningen waar belangstelling voor is op de goede plek kunnen worden gebouwd en dat papieren voorraden, waar geen vraag meer naar is, worden afgeboekt. Daarmee voorkomen we ook dat de spaarzame groene ruimte onnodig wordt belast. Maar dit vraagt wel een zorgvuldig proces. Er moet ook rekening worden gehouden met andere belangen dan alleen de belangen van gemeenten. Het ingrijpen in bestaande bestemmingsplannen kan grote gevolgen hebben. Burgers en bedrijven mogen er op vertrouwen dat als eenmaal in een bestemmingsplan is vastgelegd dat één of meer woningen mogen worden gebouwd, dat dit niet zomaar wordt terug gedraaid. We hebben er daarom op aangedrongen bij de gedeputeerde dat de besluitvorming zorgvuldig gebeurt en dat gemeenteraden zelf mogen besluiten waar wordt ingegrepen. Ook hebben we er op aangedrongen dat alleen wordt ingegrepen in die gemeenten en die bestemmingsplannen waar die overcapaciteit zit. We moeten zeer terughoudend zijn als provincie met het opleggen van verplichtingen aan gemeenten en we moeten ongewenste neveneffecten voorkomen. We hebben met de gedeputeerde afgesproken dat ze ons op de hoogte houdt van knelpunten bij de uitvoering.”

Al met al is het CDA tevreden met de uitwerking van het amendement. “We denken dat er een goede stap is gezet naar een meer gezonde en toekomstigbestendige woningmarkt in Overijssel, waar onze inwoners baat bij hebben” aldus een tevreden Moniek Kleinsman.

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.