11 maart 2021

Bijdrage CDA bij Statenvoorstel Omgevingsvisie en Interim Omgevingsverordening

Op de agenda van de Statenvergadering op woensdag 10 maart 2021 stond het Statenvoorstel Omgevingsvisie en Interim Omgevingsverordening. Statenlid Chris Westerlaken staat in zijn inbreng bij een paar punten stil, zoals de energietransitie, vitale steden en dorpen, mobiliteit en landbouw. 

Lees hieronder de samenvatting of lees hier de volledige inbreng van het CDA.

Bij de behandeling van het concept ontwerp Omgevingsvisie en Verordening heeft de CDA fractie aangegeven dat we in algemene zin tevreden zijn over de omslag van oude top down regelgeving naar de bottom up filosofie die het subsidiariteitsbeginsel van de Omgevingswet met zich meebrengt. Zoals door het CDA al eerder aangegeven kunnen de staten qua participatie tevreden zijn. Gestart in 2017 (in de vorige Collegeperiode) ronden we vandaag een proces af waar veel mensen bij betrokken zijn geweest en zich bij betrokken hebben gevoeld.

Wat de CDA fractie in de visie mist is een inschatting van het grondoppervlak dat nodig is om alle ambities - grootschalige woningbouw, extensivering van de landbouw, aanvraag werelderfgoed voor de NHW, energiestransitie, etc. - die in de OGV staan te realiseren. Wij hebben zorgen rond de gepresenteerde wensen en ambities niet alleen vanwege de consequenties voor de ruimte maar ook voor het effect dat dit zal hebben op de grondprijs en dus bijvoorbeeld de kosten van de beoogde ontwikkelingen in de landbouw en de woningbouw.

De discussies en participatietrajecten rond de energietransitie lijken bijna allemaal te gaan over de vraag waar mogen de molens en zonnevelden vooral niet komen. Wat de CDA fractie betreft moeten de gesprekken vooral gaan over de vraag waar kunnen de molens en de zonnevelden wel komen. Probeer eens uit de tunnel van de blokkades te stappen en te kijken naar wat kan in plaats van wat niet kan. Er zijn nog veel plaatsen in de provincie waarvoor niet de moeite is genomen om een kwaliteitsgids te schrijven. Wanneer we die gebieden aanwijzen, kunnen we naar ons oordeel ruimschoots genoeg plaats creëren om de energiestransitie te faciliteren.

Zoals te verwachten krijgt het OV een belangrijke plek in de OGV. Helaas gaat het vaak alleen over OV ontwikkeling in, wat ik altijd, de stenen banaan van de provincie noem. Soms lijkt het erop dat de provincie alleen bestaat uit verstedelijkt gebied. Uit eigen ervaring kan ik u vertellen dat er meer bestaat dan het stedelijk gebied. Prachtig en zeer leefbaar gebied dat in steeds sterkere mate, zo blijkt uit recente cijfers, door stedelingen wordt ontdekt. Ik kan u verzekeren dat ook mensen die buiten de steden wonen behoefte hebben aan vervoer. Of het nu OV is of eigen vervoer.

Tot slot. Zoals al eerder opgemerkt zijn de ambities groot en heeft het geheel van wensen grote consequenties voor het gebruik van de vaak slechts eenmalig te gebruiken oppervlakte. Energietransitie, woningbouw, circulaire/extensievere landbouw, ov uitbreidingen, natuurontwikkeling en de waterlinies. Allemaal ontwikkelingen die we in verschillende toonaarden graag willen realiseren. De grond waarover we beschikken is beperkt en in zijn geheel in gebruik. Nieuw land creëren in onze provincie is onmogelijk en volgens sommige ook niet wenselijk.

De spanning die dit oproept vraagt om een bestuur dat ingewikkelde afwegingen kan maken zonder daarbij de belangen van iemand in de provincie tekort te doen. Een stevig bestuur en verstandige volksvertegenwoordigers die het algemeen belang dienen en die verstandig omgaan met de vraagstukken die zich aandienen. Bestuurders die toekomstige vraagstukken niet alleen aanpakken met oplossingen uit het verleden. Die bereid en in staat zijn creatief te denken en te handelen en die ingewikkelde situaties niet zien als problemen of onmogelijkheden maar als uitdagingen om onze provincie nog mooier en leefbaarder te maken.

Wij wensen u daar veel succes en wijsheid bij. Onder onze controle uiteraard.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.