08 januari 2017

Armoede bestaat, ook in Houten; verslag bijeenkomst

Zo'n 1570 huishoudens in Houten leven van een inkomen rond bijstandsniveau. Zo'n 140 huishoudens maken gebruik van de Voedselbank. Zo'n 1 op de 8 kinderen leeft in Nederland in armoede. Dit betekent dat in elke schoolklas in Houten minstens 2 kinderen zitten voor wie meedoen met sport en schoolreisjes niet vanzelfsprekend is. Armoede komt vaak voor in gezinnen met weinig inkomen. Maar het kan ook mensen met een hoger inkomen treffen, als ze hun baan kwijtraken, gaan scheiden, schulden hebben, of als ZZP-er minder opdrachten krijgen. Het gevolg is in alle gevallen gelijk: sociale isolatie. 

Op woensdag 30 november 2016 heeft een druk bezochte bijeenkomst plaatsgevonden over armoedebestrijding, georganiseerd door vier politieke partijen in Houten (PvdA, ChristenUnie, CDA en GroenLinks). Ruim 50 aanwezigen met interesse voor of ervaring met dit thema hebben met elkaar gesproken over prioriteiten voor armoedebestrijding in Houten. Daarbij zijn 9 prioriteiten naar voren gekomen om armoede en sociale isolement in Houten aan te pakken. 

De ondertekenaars van dit manifest roepen het college dan ook op om deze punten te verwerken in het armoedebeleid en in aanloop naar dat beleid waar mogelijk al in actie te komen: 

1) We moeten weten waar we het over hebben en wie het betreft
Armoedebestrijding is effectiever wanneer we een heldere focus hebben wat we als samenleving willen oplossen. Armoede gaat niet alleen over ‘net wel net niet’ genoeg geld hebben om van te leven. Armoede is wanneer zorgen over financiën zo overheersend zijn dat men op alle levensgebieden (life events) niet meer functioneert en meedoen niet meer vanzelfsprekend is (relatie en gezin, fysiek en mentaal, financieel, werk, school). Dit pleit voor een integrale, multidisciplinaire aanpak in het beleid. Vanuit deze definitie kunnen we beter zicht krijgen op de omvang van het aantal mensen die het betreft: breng mensen actief in beeld. 

2) Een andere kijk op armoede is nodig
Opgroeien in een crisisomgeving levert stress voor alle gezinsleden, ouders en kinderen. Beleid moet er op gericht zijn om mensen bewust te maken wat stress doet en welk effect dit heeft op gedrag. Stress verandert gedrag en leidt er soms toe dat je verkeerde keuzes maakt met geld. Deze bewustwording over de impact van stress is niet alleen gericht op mensen in een armoedesituatie, maar zeker óók op de mensen in hun omgeving, leerkrachten, professionals in welzijn, werkgevers, vrijwilligers, kerken, woningbouwcorporaties. 

3) Beleid moet gericht zijn op het vergroten van economische zelfredzaamheid
Er is te eenzijdig aandacht voor financiële zelfredzaamheid. Ook in Nederland kennen we het fenomeen van de werkende armen. Economische zelfredzaamheid is gericht op zelfvoorzienend te kunnen zijn voor de lange termijn. 

4) Betrek burgerschapsvorming in het beleid om patronen te doorbreken
We moeten niet onderschatten welke rol de directe leefomgeving rol speelt bij het letterlijk stil houden van problemen. De norm in onze samenleving is succes hebben en armoede is ‘eigen schuld’. Het is belangrijk dergelijke patronen te doorbreken en de balans te herstellen tussen steun bieden, eigen verantwoordelijkheid hebben en respectvol met elkaar om gaan. 

5) Maak kinderen en jongeren tot speerpunt in het beleid
Kinderen en jongeren die opgroeien in gezinnen met geldzorgen zijn vaak slecht af. Hoe langer een gezin in armoede leeft, hoe vaker bij hen gevoelens van angst, afhankelijkheid en ongelukkig zijn toenemen. En dat heeft weer negatieve effecten op intelligentieontwikkeling, schoolprestaties en gedrag. Leer kinderen de weelde te delen die we in Houten hebben. 

6) Ondersteun initiatieven en start experimenten
Ontwikkel beleid op interactieve wijze, durf meerdere en verschillende initiatieven gelijktijdig tot bloei te laten komen, omarm initiatieven, werk aan structurele oplossingen, start experimenten en maak maximaal gebruik van de mogelijkheden die er zijn. Leg de nadruk op dóen, wees niet bevreesd voor tegenslagen, blijf leren. 

7) Organiseer onderlinge sociale steun op wijkniveau
Stimuleer mogelijkheden om de sociale steun voor gezinnen te vergroten met hulp van geschoolde intermediairs (casemanagers) die de directe omgeving op een goede wijze kan toerusten en mobiliseren. Maak de sociale steun persoonlijk en concreet. 

8) Maak informatie toegankelijk voor inwoners die meer grip willen op geldzaken
Zorg voor praktische, toegankelijke informatie met algemene info over geld en lokale tips voor hulp bij geldzaken, over ondersteuning voor bijzondere bijstand, collectieve ziektekostenverzekering, tegemoetkomingen in eigen bijdragen e.d. Een ‘Geldkrant’ is een mogelijke optie omdat informatie via de lokale huis-aan-huisbladen in Houten een zeer groot bereik hebben. 

9) Investeer in vroeg-signalering
Om een neerwaartse spiraal te doorbreken moeten mensen zich uitgenodigd voelen om op tijd aan de bel trekken als er een betalingsachterstand of schuld is. Belangrijk is dan dat de gemeente (sociale dienst), woningcorporaties en energiebedrijven snel op één lijn zitten in hun aanpak zodat men gecoördineerd in actie kan komen. 

Houten, 20 december 2016
Jana Smith-Visser, ChristenUnie
Anneke Dubbink, PvdA
Willy Boersma, CDA
David Jimmink GroenLinks 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.