08 maart 2021

Meer fietsparkeerplekken in Utrecht zijn hard nodig, maar niet alleen de gemeente moet een steentje bijdragen

Utrecht telt tal van mooie plekjes. Grote pleinen, zoals Vredenburg en de Neude, maar ook kleine binnenhofjes waar je vaak voorbijfietst zonder er erg in te hebben. CDA-raadslid in Utrecht Jantine Zwinkels pleit voor creatieve oplossingen om de openbare ruimte leefbaar te houden.

We hebben het hier over de openbare ruimte, waar we met elkaar gebruik van maken, iedere dag weer. Als raadslid maak ik veel discussies mee over die openbare ruimte: is die wel voor iedereen echt toegankelijk, van wie is welke ruimte en wat kan de gemeente hieraan doen?

Terechte vragen. Zelf heb ik eerder voorstellen gedaan rondom levensloopbestendige wijken en de bouw van gelijkvloerse woningen die ook echt beschikbaar blijven voor de mensen (bijvoorbeeld in een rolstoel) die daar zo hard behoefte aan hebben.

Allereerst is het van belang dat die openbare ruimte schoon en veilig is. En dat op zich is al een hele opgave. Dit is een taak van de gemeente, die werkt aan het inhalen van achterstallig onderhoud. Belangrijk is dat er hierbij gelet wordt op mensen die slecht ter been of slechtziend zijn en op ouders met kleine kinderen. Haal onnodige drempels en trappen weg.

Fietsparkeerplekken

Ander voorbeeld zijn foutgeparkeerde fietsen. Sommige inwoners van Utrecht krijgen het voor elkaar om hun fiets op een blindegeleidelijn of voor een nooduitgang te parkeren. Handhaven gebeurt te weinig. Maar alleen boetes uitdelen is niet de oplossing. Meer fietsparkeerplekken met efficiënte fietsenrekken zijn hard nodig.

Zelf heb ik onlangs in de raad voorgesteld om een onderscheid te maken tussen  lang- en kort-fietsparkeren, bijvoorbeeld bij winkels en het centraal station. Dit zijn namelijk verblijfsplekken waar mensen soms ook heel kort moeten zijn. Als we het langparkeren van straat kunnen halen (inpandig, ondergronds), ontstaat hopelijk ook meer ruimte voor de voetganger.

In de zoektocht naar een meer toegankelijke openbare ruimte zou ik willen pleiten voor creativiteit uit de samenleving, wetende dat niet iedere stoep, groenstrook even toegankelijk kan zijn voor iedereen. Accepteren dat er grenzen zijn aan die maakbaarheid. Een mooi voorbeeld vind ik het idee van een lift bij Hoog Catharijne, zodat mensen die slecht ter been zijn ook gemakkelijk aan boord kunnen van een rondvaartboot. Op die manier kan iedereen een rondje Singel ervaren.

Groen in zelfbeheer

We zien ook dat bewoners die samen met hun buren groenstukjes in zelfbeheer nemen, of hotels en andere ondernemers die een deel van hun tuin openstellen voor publiek. Zo ontstaat een mix van semi-openbare ruimten waar de zeggenschap en (gevoel van) eigenaarschap veel meer betekenis heeft dan het puur juridisch eigendom.

Ook voor die plekken in de stad kunnen we in gesprek over hoe de toegankelijkheid verbeterd kan worden. Dat overhangend groen moet bijvoorbeeld wel letterlijk een beetje binnen de perken blijven. Elkaar helpen, aanspreken, inspireren om het beter te doen, iedere dag weer, brengt ons verder dan een ieder-voor-zich mentaliteit.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.