04 november 2021

Begrotingsraad - Sociaal domein: "Samendoen, samenleven en samenzijn."

Donderdag 4 november - GOES - Nederland vergrijst in een snel tempo. De verwachting is dat er in 2040 meer dan 2,4 miljoen 75-plussers zijn. Als je ouder wordt betekent het overigens niet vanzelfsprekend dat je zorg nodig hebt. Het aantal fitte ouderen in onze samenleving neemt toe. Het CDA wil deze mensen recht doen, want zij leveren een belangrijke bijdrage aan onze samenleving. In aansluiting hierop wil het CDA bevorderen dat ouderen langer thuis kunnen blijven wonen als zij dat willen en kunnen. Voor een deel van onze ouderen neemt de zorgvraag met het klimmen der jaren toe. Het CDA vraagt daarom voor deze groep zelfstandig wonenden voldoende ondersteuning. De regelgeving mag geen belemmering zijn dat vraagt om een goede afstemming tussen de WMO en de zorgverzekeringswet. Daarbij hoort ook voldoende aandacht voor de mantelzorgers zodat zij niet overbelast raken. Even een adempauze voor hen met voldoende respijtzorg vindt onze partij zeker nodig. Wat een toenemend punt van aandacht is, zijn mensen met dementie. Het aantal mensen met dementie, jong en oud is in 2021 landelijk met 300.000 is toegenomen. Dit zal de komende jaren nog verder toenemen. Dit is ook van toepassing voor de gemeente Goes. De minister van volksgezondheid heeft recent in een debat over dementiezorg, wijkverpleging, PGB en WMO aangegeven dat dementie de aankomende jaren alle aandacht krijgt: “we gaan het net zo intensief over dementie hebben als nu over corona”. Het wordt immers volksziekte nummer één. Deze dementiestrategie omvat 4 pijlers:

1 onderzoek,
2 mensen met dementie tellen mee,
3 steun op maat bij leven met dementie,
4 preventie.


Het CDA vindt het belangrijk dat wij hierin onze verantwoordelijkheid nemen, om goede zorg en welzijn voor deze inwoners te kunnen garanderen. Het helpt als mensen met dementie in de gemeente Goes herkend, maar ook erkend worden. Dat vraagt om begrip en ondersteuning. Van de inwoners in de gemeenten maar ook van de gemeente. Als thuis blijven wonen niet langer gaat voor mensen met dementie, dan vindt het CDA het belangrijk dat naast verpleeghuizen er andere vormen van wonen mogelijk moeten zijn. Kleinschalig wonen met 5 à 6 mensen met dementie met 24-uurszorg in huis. Of bijvoorbeeld grotere vormen van kleinschalig wonen in kleine zorgvastgoedcomplexen. Of hofjes waar bewoners vitaal elkaar kunnen ondersteunen. Kleinschalige woonvormen zijn een vorm van sociale innovatie. De innovatie is dat we het zorgen zoals thuis moeten gaan doen in een werkomgeving. Daarmee wordt het onderscheid tussen privaat (de wereld thuis) en professioneel ( de wereld van de behandelaars) doorbroken. Kleinschalige woonvormen worden in de regel ontwikkeld door verwanten van mensen met dementie. Deze oprichters willen een zo gewoon mogelijk leven voor hun familie en wensen dat zij gezien, gehoord en gekend worden. Dat leidt tot een setting die zoveel mogelijk op thuis lijkt, in de zin van gezellig, sociaal en levendig. Een veilige omgeving die geborgenheid en gezelligheid beidt. Vanuit de gedachte solidariteit wil het CDA stimuleren dat ouderen en mensen met demetie in een kleinschalige woonvorm of verpleeghuis kunnen gaan wonen op basis van een sociale indicatie. Thuis kunnen de mantelzorgers het vaak niet meer aan. Ondanks de goede en betrokken mantelzorg vereenzamen en verpieteren mensen met dementie op dit moment soms nog. In de nieuwe woonvorm komen ze niet naar hun nieuwe thuis om verpleegd te worden, maar om verder te leven. Als deze mensen in een nieuwe sociaal verrijkte omgeving komen, zie je ze vaak opbloeien en weer tot bestaan komen. Ze laten nieuw gedrag zien en ontwikkelen zich zelfs als de aandoening de hersenen verder blijft aantasten. Er is bovendien veel meer te doen en te beleven in deze sociaal verrijkte omgeving dan in het eigen huis. Dat nuanceert de nadruk op autonomie en eigen regie uit het kwaliteitskader. In de kleinschalige woonvorm staat niet de unieke, individuele mens centraal, maar het samendoen, samenleven en samenzijn.

Suzanne van Avermaete

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.