15 april 2020

Vanuit het Sociaal Domein

Kortgeleden bracht de Adviesraad Sociaal Domein (ASD) haar rapport Tussenbalans II uit. Dit rapport gaat over de bevindingen over de decentralisaties die in 2015 zijn doorgevoerd. Het rapport laat zien dat er een aantal mooie resultaten zijn geboekt door het college, maar geeft tegelijkertijd ook een aantal; zorgelijke signalen. Voor het CDA is het belangrijk dat er goede bejegening en dienstverlening aan Delftse burgers is. Dit hebben we ook nadrukkelijk aan de orde gesteld bij de bespreking van het rapport:

De Participatiewet

En dan zien we de ‘catch22’ waarbij mensen met een bijstandsuitkering in kunnen belanden als ze een foutje hebben gemaakt. Iets wat de raad al meermalen aan het college heeft voorgelegd.

Dat iemand die een uitkering heeft en intentioneel de verkeerde informatie verschaft op een korting kan rekenen, maar mensen die dit per ongeluk doen niet. In het voorbeeld van het rapport zien we dan gelijk ook dat iemand in de problemen komt. Omdat de ene medewerker de andere kennelijk niet kan vervangen tijdens zijn of haar vakantie. Wat gebeurd er: iemand is dan genoodzaakt om geld te lenen en dat dan van de uitkering wordt afgetrokken. We hebben meer dan eens onze zorgen geuit over bejegening van klanten die een beroep doen op een uitkering. Dit voorbeeld is helaas een bevestiging dat dit soort praktijken nog steeds voorkomen binnen de Participatiewet.

WMO: ouderen die een beroep doen op ondersteuning

Dan lezen we over de bejegening van inwoners die een beroep doen op de WMO.  Toevallig is het CDA zelf een keer bij een gesprek geweest met WMO consulenten en de opmerking in het rapport over reflectie op de eigen regie herkennen we.

Enerzijds voldoet men aan de wensen van de klant, als het niets kost en zelfs kostenbesparend is. En wanneer een extra inspanning gewenst is dan zegt men inderdaad dat dit vanwege mogelijke extra kosten niet geregeld kan worden. Een heel vreemde dubbelheid die zelfs kil kan overkomen. De wachttijd van 12 weken lijkt ons rijkelijk lang, maar het goede nieuws is wel dat er daarna kennelijk snel wordt gehandeld.

Zorg voor jongeren

De samenwerking tussen scholen en Delft Support loopt kennelijk goed en ook de ervaring van JGZ met het programma “regie op preventie” is positief.

Een rechtstreeks beroep doen op opvoedondersteuning is kennelijk ingewikkeld terwijl dat al een begin is van het voorkomen van erger. Preventie dus. Ook onze fractie is verbaasd dat mensen niet naar de laagdrempelige opvoedondersteuning van Delft voor Elkaar of het maatschappelijk werk van Kwadraad worden verwezen. Hoe organiseren we toegang voor laagdrempelige eerstelijns zorg? En kan dit op een wijze die privacy en discretie waarborgt?

Diversen

Zorgelijk lijkt ons dat mensen de kunde van de hulpverleners of mensen van de toegang in twijfel trekken of gewoonweg niet zien. De digitale toegang is voor veel mensen ingewikkeld, maar zelfs voor niet-digibeten lijkt de website nog ingewikkeld. Is er een mogelijkheid om de toegankelijkheid en werkzaamheid van de websites te laten checken door specialisten en ervaringsdeskundigen?

Tenslotte

De Tussenbalans begint met de opmerking dat er in andere steden wordt gewerkt met wijkteams, multidisciplinaire teams die niet alleen de hulpvraag inschatten, maar vanuit verschillende disciplines hulp verlenen. Wij hebben hier hele goede ervaringen van gehoord. Overweegt het college weleens om (toch) met wijkteams te werken? Dat lijkt ons niet gek om te onderzoeken.

 

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.