30 km/u in woonwijken

    Het CDA is voorstander van het op termijn terugbrengen van de maximumsnelheid op straten in woonwijken naar 30 km/u. Dit geldt dan natuurlijk voor al het verkeer, ook voor scooters en (elektrische) fietsen. Belangrijke voorwaarde is dan wel dat de straten ook zo ingericht worden dat duidelijk is dat het een 30 km/u -straat is. Alleen een bord met een maximum snelheid plaatsen leidt tot schijnveiligheid en daardoor juist tot onveiliger situaties. Daarom zal invoering van 30 km/u in woonwijken dus geleidelijk gaan, waarbij begonnen wordt met straten in de buurt van scholen of straten met onveilige situaties voor kwetsbare verkeersdeelnemers. Op de grotere wijkontsluitingswegen blijft de maximumsnelheid wat het CDA betreft 50 km/u, om een vlotte doorstroming te garanderen.

    Afval

    Het afval in Delft wordt momenteel opgehaald door Avalex. Hoewel de dienstverlening van Avalex is verbeterd in de afgelopen periode, blijft dienstverlening door Avalex een belangrijk aandachtspunt voor de komende jaren. Het CDA is voorstander om over te gaan naar een systeem van nascheiding voor PMD-afval (Plastic, Metaal en Drankpakken). Dit is goedkoper, duurzamer en voor onze bewoners ook makkelijker. Voldoende verzamelcontainers op loopafstand in de buurt waar inwoners hun afval op een goede manier kwijt kunnen, is noodzakelijk. In de zomermaanden moeten de groene containers wekelijks worden geleegd om ongedierte (denk aan ratten en maden) en stank te voorkomen. Zwerfafval en illegale dumpingen van afval rondom ondergrondse containers zorgen voor overlast, stank en vervuiling van de openbare ruimte. Daar waar dit veroorzaakt wordt door te weinig of te kleine ondergrondse containers, moet de capaciteit van de containers vergroot worden. Afgelopen periode zijn er bij wijze van proef op initiatief van het CDA enkele containertuintjes rondom afvalcontainers geplaatst. Hoewel deze illegale dumpingen en zwerfaval helaas niet 100% voorkomen, dragen deze tuintjes bij aan een schoner en groener straatbeeld. Het oppervlaktewater is geen afvalcontainer. Het water draagt bij aan een goed leefklimaat en we dragen ook zorg voor het onderwaterleven. Daarom wil het CDA dat de gemeente, in samenwerking met het Hoogheemraadschap van Delfland, nagaat hoe het oppervlaktewater optimaal schoongehouden kan worden.

    Air-bnb

    Zie: Toeristische verhuur

    Alcohol en (soft)drugs

    Het CDA is voor ontmoediging van (soft)drugsgebruik. We blijven hierop inzetten, zeker nu verschillende onderzoeken laten zien dat het gebruik van (soft)drugs (inclusief lachgas en 3-MMC) is toegenomen sinds het begin van de coronacrisis. Wat het CDA Delft betreft komen er geen nieuwe coffeeshops bij, en komt er bij sluiting van een coffeeshop geen nieuwe coffeeshop bij. Medicinale cannabis en wiet moeten uitsluitend verkrijgbaar zijn via huisartsen en apotheken.

    Ook zet het CDA in op het terugdringen van overmatig alcoholgebruik. Handhaving op het verbod om alcoholische dranken te verkopen/schenken aan minderjarigen is belangrijk, net als het stevig aanpakken van ondernemers die doelbewust de regels overtreden en daarmee de gezondheid van jonge mensen in gevaar brengen. Bij het terugdringen van overmatig alcoholgebruik hebben ook (studie- en studenten)verenigingen en onderwijsinstellingen in het hoger- en middelbaar (beroeps)onderwijs een verantwoordelijkheid. Indien nodig moeten zij hier door de gemeente op worden aangesproken.

    Zowel in het ontmoedigen van het gebruik van (soft)drugs als het terugdringen van overmatig alcoholgebruik steunt het CDA voorlichting voor ouders op scholen en bij sportclubs

    Armoede en schulden

    Wij willen dat zo weinig mogelijk inwoners in armoede en/of met schulden leven. Het CDA heeft daarbij in het bijzonder aandacht voor kinderen en hun ouder(s), zelfstandig ondernemers en ouderen; het is belangrijk dat ook zij actief mee kunnen doen in de samenleving. Daarvoor is ondersteuning nodig die bijdraagt aan een toekomst zonder zorgen om schulden, en waarbij oog is voor het voorkomen van schulden.

    Armoedebeleid moet barmhartig en goed toegankelijk zijn. Armoede mag nooit een belemmering zijn om lid te worden van een muziek- of sportvereniging. Sport en muziek bevorderen immers de gezondheid, het welzijn en de sociale ontwikkeling. Er zijn financiële regelingen die sport en cultuur mogelijk maken voor Delftse inwoners met een kleine portemonnee. We denken hierbij in het bijzonder aan regelingen voor kinderen, zoals het Jeugd-, Sport en Cultuurfonds. Wij vinden het belangrijk dat iedereen die deze regelingen nodig heeft ook bereikt wordt. Mensen in een financieel kwetsbare positie moeten toegang blijven houden tot rechtshulp. De ondersteunende regeling hiervoor blijft daarom behouden. In de afgelopen periode heeft het CDA  geregeld aandacht gevraagd voor de Individuele Studietoeslag, een toeslag voor studenten met een arbeidsbeperking. We willen een snelle uitvoering van de wetswijziging en actieve promotie van de regeling onder studenten die voor de toeslag in aanmerking kunnen komen.

    Onze samenleving wordt steeds digitaler. Een groot deel van onze inwoners heeft echter onvoldoende financiële middelen om actief aan mee te kunnen doen of om hiervan te kunnen profiteren. Door de individuele inkomenstoeslag kunnen we deze mensen hiermee helpen. Daarom willen we die toeslag behouden. Daarnaast wil het CDA kijken of oude computers/laptops van de gemeente, bedrijven en onderzoeksinstellingen aan gezinnen met minder geld te schenken. Hierbij kunnen we samenwerken met bijvoorbeeld Stichting Leergeld. Zo slaan we drie vliegen in één klap: mensen kunnen meedoen, we houden het betaalbaar voor iedereen en we bevorderen dat apparaten worden hergebruikt in plaats van weggegooid.

    Door hulp aan inwoners met schulden worden deze mensen eerder schuldenzorgvrij en zijn er voor hen minder belemmeringen om mee te doen in de samenleving. Mede door de coronacrisis zijn er ook ondernemers die in de financiële knel zijn geraakt. Zij moeten adequate hulp krijgen met het aanpakken van schulden en praktische suggesties hoe verder te gaan. Hetzelfde geldt voor gedupeerden van de Kinderopvangtoeslagaffaire. De gemeente moet het begeleiden van mensen met schulden zo veel mogelijk in eigen hand houden en zo weinig mogelijk uitbesteden. Daar waar de gemeentelijke capaciteit onvoldoende is, kan de hulp van externe partijen worden ingeschakeld. De gemeente zorgt voor begrijpelijke communicatie, ook op papier. Ook zorgt de gemeente ervoor dat zo snel mogelijk duidelijk is of iemand kan worden toegelaten tot een schuldhulptraject. Als dat niet mogelijk is, dan ondersteunt de gemeente de inwoner met schulden desgewenst in de rechtsgang voor de wettelijke schuldsanering (WSNP).

    Bij het oplossen én voorkomen van schulden geven we in het bijzonder aandacht aan jongeren en statushouders. Projecten zoals het Jongeren Perspectief Fonds (JPF) en Eerder Melden Minder Achterstanden (EMMA) continueren we, waarbij we leren van soortgelijke pilots in de regio. Maar dat is niet genoeg. De gemeentelijke dienstverlening bij de aanpak van schulden moet sneller rust, verlaging van stress en perspectief voor de betrokkenen creëren. De dienstverlening innoveert daarom en leert van andere manieren van aanpakken.

    Er zijn steeds meer mensen die onder bewind worden gesteld of die budgetbeheer krijgen (toegewezen). In veel gevallen biedt dit een oplossing of helpt dit voorkomen dat mensen in problemen komen. De bijzondere bijstand moet een verdere toename kunnen opvangen. Tegelijkertijd spant de gemeente zich in om een structurele oplossing te vinden voor dit vraagstuk.

    We waarderen maatschappelijke initiatieven zoals de Voedselbank, Speelgoedbank en Kledingbank en ondersteunen deze waar mogelijk. Naast de Voedselbank zijn er diverse inwoners en organisaties die (mede-) inwoners ondersteunen bij schulden, administratie etc. De gemeente faciliteert hen zoveel mogelijk, bijvoorbeeld door mee te helpen een geschikte fysieke ruimte te vinden.

    Tot slot geeft de gemeente het goede voorbeeld in het toepassen en handhaven van de nieuwe wetgeving rondom de beslagvrije voet. Gemeentelijke incasso’s hebben een sociaal keurmerk.

    (Mensen met een) Beperking

    Inwoners met een beperking moeten volledig mee kunnen doen in de maatschappij. De gemeente voert het VN-verdrag Handicap zoveel mogelijk uit en zorgt ervoor dat gemeentelijke gebouwen en de openbare ruimte voor iedereen goed toegankelijk zijn. Sportverenigingen worden, waar nodig, geholpen bij het toegankelijk maken van de sportvoorziening. Bij maatschappelijk belangrijke voorzieningen is altijd parkeergelegenheid voor mensen met een beperking.

    Bestuurscultuur in Delft

    Het CDA staat voor een gemeente Delft die zich kenmerkt door een open, eerlijke en betrokken bestuurscultuur. Het politiek bestuur en de ambtelijke organisatie hebben oog voor integriteit, goed en inclusief werkgeverschap en rolvast- en rolzuiverheid. Beleidsstukken worden door het college tijdig gedeeld met de gemeenteraad. In de gemeenteraad gaan raadsleden respectvol met elkaar om en wordt er naar elkaar geluisterd

    Biodiversiteit

    Om de biodiversiteit te stimuleren wil het CDA een natuurvriendelijker beheer en onderhoud van ons openbaar groen. We denken aan ecologisch bermbeheer en het behoud van linten: stromen bloemen en planten langs bermen, plantsoenen en slootkanten. We streven naar een gevarieerde flora en fauna, waarbij inheemse bomen, struiken en planten de voorkeur verdienen. Water, groen en innovatie kunnen hand in hand gaan om dit op te vangen. Goede ideeën, ook van bewoners, moeten hierbij een kans krijgen.

    Buurtpreventie

    Inzet van buurtbewoners is een effectieve manier om de veiligheid in de buurt of wijk te vergroten. Bewoners die een buurtpreventieteam willen oprichten krijgen advies vanuit de gemeente bij het opzetten ervan. Inwoners, politie en gemeente blijven met elkaar in gesprek over veiligheid in de buurt. Aan huurders en huiseigenaren kan de gemeente informatie geven over preventieve maatregelen om woninginbraken te voorkomen.

    Collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO)

    Collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO) wil het CDA sterk stimuleren. Bij CPO geven groepen mensen samen opdracht tot de bouw van huizen en bekostigen dit gezamenlijk. Dit is financieel voordelig voor de mensen, omdat de prijs van zulke huizen vaak lager is dan de marktprijs. Maar ook de samenleving profiteert, want de toekomstige bewoners kennen elkaar al en vormen een sociale gemeenschap wat de leefbaarheid ten goede komt. De gemeente zorgt voor snelle, overzichtelijke procedures en leges zijn kostendekkend. Verder is het belangrijk om ruimte te geven aan nieuwe huur- of koop- woonconcepten, zoals het “friends-samenwoon-concept”, “wonen-werken-concepten” of “kangoeroewoningen”. Kangoeroewoningen bevorderen sociaal contact tussen jongeren en ouderen binnen een familie en de familieleden kunnen voor elkaar zorgen en daarmee elkaar en de samenleving ontlasten

    Communicatie met Delftse inwoners

    De communicatie vanuit de gemeente met burgers via social media of internet is in de afgelopen periode gegroeid. Inwoners die -om wat voor reden ook- geen of moeilijk toegang hebben tot social media of internet moeten voldoende mogelijkheden geboden worden om ook geïnformeerd te worden. Het is daarom noodzakelijk dat de gemeente tijdige, juiste en heldere informatie verspreid via geprinte lokale media. Dit geldt ook voor de wekelijkse bekendmakingen van de gemeente. Communicatie van de gemeente, of dit nu digitaal of geprint is, moet begrijpelijk en eenvoudig vindbaar zijn voor mensen.

    Delft heeft inwoners die de Nederlandse taal (nog) onvoldoende machtig zijn. In zeer bijzondere situaties kan het wenselijk zijn om deze mensen te bereiken door informatie ook in andere (veel in Delft gesproken) talen te verspreiden. Als voorbeeld van zo’n bijzondere situatie denken we aan de crisiscommunicatie aan het begin van de coronapandemie, toen nog veel onduidelijk was en het belangrijk was dat alle inwoners tijdig bereikt werden.

    Cultureel erfgoed

    Delft heeft een rijke historie en dat heeft onze stad veel beeldbepalende en bekende gebouwen en monumenten gebracht. Zij bepalen de uitstraling van onze stad en maken daarmee deel uit van onze geschiedenis en identiteit. Dat is waardevol en het CDA wil hier graag aandacht voor houden. Daarom heeft het CDA al eerder gepleit voor een Delftse Erfgoedvisie. Nu deze visie er is, willen wij bordjes of QR-codes plaatsen bij historische plekken, waarmee de geschiedenis van onze stad evenwichtig wordt verteld. Uiteraard is daarbij goed overleg met direct betrokken organisaties essentieel. De afdeling Erfgoed van de gemeente speelt hier een belangrijke rol zijn.

    Verder wil het CDA dat de gemeente actief kijkt welke beeldbepalende gebouwen de komende jaren met leegstand of sloop worden bedreigd. Door deze gebouwen een nieuwe bestemming te geven kan het gebouw gered worden. Bovendien is het herbestemmen van gebouwen in de meeste gevallen veel duurzamer dan sloop en nieuwbouw. Daarom wil het CDA dat de gemeente in dialoog gaat met kerkeigenaren, inwoners en erfgoedorganisaties om te onderzoeken of een kerkenvisie, een strategische visie op de toekomst van kerkgebouwen, gewenst is en of hiervoor gelden vanuit het Rijk kunnen worden gebruikt.

    Cultuur

    Cultuur zorgt voor levendigheid in onze stad, stimuleert talentontwikkeling en creativiteit en brengt nieuwe inzichten bij jong en oud. Cultuur draagt bij aan verbinding tussen mensen en is belangrijk voor ontspanning, ontplooiing en ontmoeting. Zonder daarbij andere doelgroepen te vergeten, pleit het CDA met name voor een rijk cultuuraanbod voor kinderen en ouderen. Kinderen doen met een rijk en doordacht cultuuraanbod kinderen van nieuwe ervaringen op en worden lichamelijk en geestelijk weerbaarder. Daardoor kunnen zelfs jeugdzorgkosten worden voorkomen. Voor ouderen helpt een rijk en doordacht cultuuraanbod bij aan het bestrijden van eenzaamheid.

    Veel toeristen bezoeken Delft vanwege onze rijke geschiedenis, de kleinschaligheid en de uitstraling van de stad. Culturele evenementen moet daarom passen bij de omvang van onze stad en het liefst ook onderscheidend zijn ten opzichte van evenementen in andere steden. Natuurlijk zijn er culturele evenementen voor alle inwoners. Het is daarom belangrijk dat evenementen worden gespreid over de wijken. Zo versterken we de wijken en ontlasten we de druk op de historische binnenstad.

    We steunen het gebruik van Fair Practise Code (FPC), een gedragscode voor ondernemers in de cultuursector ontwikkeld door de sector zelf. Omdat het toepassen van deze code voor ondernemers tot meerkosten kan leiden, wil het CDA dat de gemeente - waar mogelijk- vrijwillig gebruik van de FPC meeweegt in aanbestedingen.

    Dakloosheid en huisuitzettingen

    Helaas heeft niet iedereen een thuis. Dak- en/of thuisloos zijn of raken is afschuwelijk. Deze mensen verliezen niet alleen een essentiële basisbehoefte, het heeft ook effect op hun welzijn, gezondheid, zelfbeeld en maatschappelijke participatie. Door verschillende oorzaken groeit het aantal economisch daklozen. Dit zijn mensen die door een gebeurtenis in hun leven, bijvoorbeeld een echtscheiding of het verlies van hun baan, plotseling op straat staan en niet de mogelijkheid hebben een huis te huren of te kopen. Om een flexibele aanpak voor dit probleem te kunnen realiseren werkt de gemeente samen met woningcorporaties. Daarnaast spant de gemeente zich in om de kostendelersnorm, een korting op de bijstandsuitkering als meerdere mensen in een huishouden een uitkering ontvangen, te laten aanpassen en behouden we de mogelijkheid voor een briefadres. Verder willen we gedwongen huisuitzetting zoveel mogelijk voorkomen, zeker als het om huishoudens met kinderen gaat of als de ouders van kinderen zijn overleden. Om huisuitzettingen te voorkomen moet de gemeente de Wet Vroegsignalering actief uitvoeren.

    Delfts doen

    Zie: Participatie en (bewoners)advies

    Dementie

    Delft moet een dementievriendelijke gemeente zijn. We willen dat de gemeente passende zorg voor mensen met dementie borgt door bijvoorbeeld daginvulling, huishoudelijke- en thuishulp en vervoer. Ook faciliteert de gemeente inwoners, bedrijven en organisaties om zich actief in te zetten om Delft dementievriendelijker te maken. Van bakker en buurtgenoot tot sportclub en gemeenteloket. Zo kunnen mensen met dementie en hun mantelzorgers zo lang mogelijk (zelfstandig) meedoen en ontstaat er een gemeenschap die een hand toereikt wanneer mensen met dementie het even niet meer weten.

    Digitale veiligheid & privacy

    De toename van digitale dienstverlening biedt veel voordelen voor gebruikers, maar kan ook serieuze consequenties hebben voor inwoners. Het CDA zet erop in dat mensen blijvend leren hoe zij met verdere digitalisering kunnen omgaan. Met de toename van dreigingen in het digitale domein wil het CDA dat de gemeente zich ook in de komende raadsperiode maximaal inspant om digitale veiligheid te verzekeren. Persoonlijke informatie in de systemen van de gemeente moet te allen tijde veilig zijn en privacy gewaarborgd.

    Digitalisering

    De snelle digitalisering van de samenleving is een gegeven en biedt tal van nieuwe mogelijkheden. We zetten erop in dat mensen blijvend leren hoe zij met verdere digitalisering kunnen omgaan. Dit begint al op school. Het CDA wil initiatieven zoals een laptopproject, waarbij elke leerling een laptop heeft, stimuleren. Om leerlingen die nog wat minder handig met een computer zijn te helpen zouden (bijvoorbeeld) studenten van de TU Delft en het Science Centre kunnen ondersteunen. Ook andere projecten zoals een “meet the robots project” waarbij leerlingen langsgaan bij de robotlaboratoria van de TU Delft willen we stimuleren. Zo ontstaan er meer verbindingen tussen niet-studenten en de TU Delft. Door inwoners actief te betrekken bij technologische ontwikkelingen kunnen zij makkelijker meedoen in het dagelijks leven en staan ze sterker op de arbeidsmarkt

    Distributie (winkelbevoorrading)

    Voor bevoorrading van winkels en het centrum is het CDA voorstander van uitbreiding van innovatieve, duurzame stadsdistributieconcepten. Bijvoorbeeld waarbij vracht voor winkels aan de rand van de gemeente wordt overgeslagen op kleinere, schone stadsvrachtwagens, (elektrische) bakfietsen of zelfs boten die via de grachten winkels bevoorraden. Uitgangspunt is dat er minder en schonere voertuigbewegingen moeten zijn in en rond winkelgebieden. Bevoorrading van winkels vindt enkel plaats tijdens de daarvoor aangewezen tijden.

    Duurzaam inkopen

    De gemeente geeft het goede voorbeeld als het gaat om duurzaam inkopen. Opdrachtnemers bij gemeentelijke projecten worden gestimuleerd tot Social Return on Investment (SROI). Daarnaast wil het CDA dat de gemeente zoveel als mogelijk inkoopt bij lokale ondernemers. Het initiatief van de Delftsche Doos (als kerstpakket) is hier een mooi voorbeeld van.

    Duurzaam (energietransitie)

    Delft heeft de ambitie om in 2050 energieneutraal te zijn, en het CDA is het van harte hiermee eens! Alle energie die op het grondgebied van de gemeente Delft wordt verbruikt, moet uiterlijk in dat jaar duurzaam zijn. Dit geldt voor elektriciteit, voor warmte en voor energie nodig voor verkeer en vervoer. Energieneutraal betekent voor ons niet dat alle gebruikte energie per se ook binnen de gemeentegrenzen moet worden opgewekt.

    Willen we deze ambitie kunnen realiseren, dan is iedereen nodig: van inwoners tot bedrijven en van overheid tot (sport)verenigingen. Duurzaamheid moet dus vooral vanuit de samenleving komen. De energietransitie is van ons allemaal. Het CDA wil een open dialoog bevorderen om de noodzakelijke energietransitie tot een gezamenlijk project te maken. Initiatieven uit de stad om onze stad energieneutraal te maken moeten op steun vanuit de gemeente kunnen rekenen. Mensen die hun huis energiezuinig maken, ervoor kiezen een auto te delen in plaats van er een te bezitten, of die bewust zo weinig mogelijk afval produceren. Of ondernemers die zich laten bevoorraden door elektrische busjes in plaats van grote vrachtwagens. Ook hier is de rol van de gemeente vooral faciliterend. Door het wijzen op mogelijkheden, door met regelgeving duurzame oplossingen te bevoordelen boven vervuilende alternatieven en door zelf het goede voorbeeld te geven.

    Het CDA vindt dat de verduurzamingsopgave op een realistische en eerlijke manier moet worden aangepakt. Dit moet continu zijn weerslag vinden in plannen, ambities en financiële onderbouwingen. Schone, duurzame energie moet voor iedereen haalbaar én betaalbaar zijn, ook voor de mensen met een lager inkomen. Eventuele subsidies of andere vormen van ondersteuning vanuit de gemeente of het Rijk komen daarom bij voorkeur bij hen terecht, zodat zij ook actief mee kunnen doen in de energietransitie.

    De transitie naar een energieneutraal Delft zal onvermijdelijk gepaard gaan met investeringen. Hoe goed het doel ook is, deze investeringen mogen niet gepaard gaan met onverantwoorde financiële risico’s. Een risico is bijvoorbeeld dat flink geïnvesteerd wordt in een technologie die over een paar jaar al weer verouderd is. Het CDA wil daarom dat alle grote investeringen in Delft Energieneutraal gepaard gaan met een gedegen risicoanalyse. Ook moet bij grote investeringen vooraf gekeken worden hoe negatieve effecten op de lasten van burgers en ondernemers voorkomen kunnen worden. Bijvoorbeeld door het financiële voordeel van duurzame investeringen terug te geven aan de stad.

    Zo vragen maatregelen om de energietransitie te bevorderen forse uitbreidingen in ons elektriciteitsnet. Die kosten zijn voor het netbedrijf Stedin, waarvan de gemeente een van de aandeelhouders is. Ontwikkelingen hieromtrent volgt het CDA nauwlettend.

    Eenzaamheid

    Eenzaamheid is één van de grootste sociale problemen van deze tijd. In de coronatijd is dit probleem alleen maar groter geworden. Ouderen maar ook jongeren en studenten, mensen met een bijstandsuitkering maar ook mensen met een baan, alleenstaanden maar ook mensen met een gezin voelen zich geregeld eenzaam. Het CDA wil dat we als samenleving omzien naar elkaar en ervoor zorgen dat we niet naast elkaar leven maar met elkaar. Als samenleving moeten we “samen leven”. Dat kan door bijvoorbeeld een buurvrouw uit te nodigen voor een kop koffie, een buurtbarbecue te organiseren of boodschappen te doen voor een zieke buurtgenoot. Wij willen eenzaamheid tegengaan maar nog liever voorkomen. De gemeente kan hierbij helpen door initiatieven tegen eenzaamheid van inwoners, (studenten)verenigingen of maatschappelijke organisaties te omarmen. Samen met deze maatschappelijke partners kan eenzaamheid, bijvoorbeeld via een Taskforce Bestrijding Eenzaamheid, worden aangepakt.

    Fietsers en voetgangers

    Delft is een echte fietsstad. Fietsen is zowel goed voor de gezondheid als voor de verkeersdoorstroming. Daarom wil het CDA fietsgebruik stimuleren door fietspaden waar nodig te verbeteren en veiliger te maken. Ook wil het CDA onderzoeken waar wegen veilig kunnen worden omgevormd tot brede fietsstraten waar auto’s te gast zijn.

    Voetgangers en fietsers zijn de meest kwetsbare deelnemers aan het verkeer. Bij keuzes over verkeer in Delft moet de veiligheid van voetgangers en fietsers daarom het zwaarst meewegen. Zo heeft het CDA zich de afgelopen raadsperiode hard gemaakt voor het aanpakken van de onoverzichtelijke rotonde Delflandplein, een rotonde waar relatief veel ongelukken tussen auto’s en fietsers gebeuren. We zijn blij dat deze rotonde op korte termijn veiliger gemaakt wordt. De komende jaren wil het CDA ook andere plekken waar gevaarlijke (verkeers-)situaties kunnen ontstaan aanpakken en veiliger maken. In het bijzonder geldt dit voor straten rondom scholen waarbij we het makkelijker en veiliger willen maken om lopend of met de fiets naar school te gaan en het willen ontmoedigen om kinderen met de auto te brengen.

    Op sommige plaatsen in Delft is de stroom fietsers zo groot dat dit de doorstroom van het autoverkeer vrijwel onmogelijk maakt. Dit is hinderlijk voor automobilisten maar kan ook tot gevaarlijke situaties voor fietsers leiden. Om zulke (kruis)punten veiliger te maken wil het CDA dat er (tijdens spitsuren) verkeerslichten komen om deze verkeerstromen in goede banen te leiden. Een goed voorbeeld zijn de nieuwe verkeerslichten bij het kruispunt Jaffalaan/Mekelweg, die hebben geleid tot betere doorstromingen en een veiliger verkeersituatie.

    Het CDA wil strikte handhaving van de verkeersregels door bezorgscooters en -fietsen. Ondernemers van wie de bezorgers geregeld de verkeersveiligheid in gevaar brengen moeten hierop worden aangesproken en zo mogelijk aangepakt worden.

    Om de openbare ruimte veiliger te maken voor voetgangers, is het CDA terughoudend met het invoeren van “shared space”: plekken waar voetgangers, fietsers en soms ook andere verkeersdeelnemers de openbare ruimte delen. Dit kan alleen als veiligheid van alle verkeersdeelnemers, voetgangers voorop, gegarandeerd is. Verder wil het CDA een duidelijkere markering voor voetgangersstroken op plekken waar fietsers te gast zijn zoals de strook van de Binnenwatersloot langs de Oude en Nieuwe Langendijk. Voetpaden dienen zoveel mogelijk vrij te zijn van obstakels, zodat iedereen vrij en ongestoord kan lopen. Hinderlijk gestalde huurscooters moeten sneller verwijderd worden. Als de verhuurders dit niet zelf doen, doet de gemeente dit op kosten van de verhuurders.

    Fietsendiefstal

    Diefstal van (e-)fietsen is een groot probleem. Voldoende beheerde Biesieklette-fietsstallingen helpt om dit tegen te gaan. Bovendien kunnen hier mensen met afstand tot de arbeidsmarkt werken. Verder moeten er voldoende fietsnieten worden geplaatst, waar fietsen aan vast gemaakt kunnen worden.

    Fietsparkeren

    De afgelopen jaren zijn er rondom station Delft extra fietsenstallingen gebouwd om de grote toestroom aan fietsen te kunnen opvangen. Toch worden veel fietsen nog steeds onjuist en niet in de rekken geparkeerd. Het CDA pleit voor strengere handhaving op verkeerd geparkeerde fietsen en tegelijk voor meer fietsenrekken bij het station. Fietsers parkeren hun fiets vaak graag zo dicht mogelijk bij hun bestemming: liever pal voor de winkel dan in een beveiligde stalling 100 meter verderop. Zo worden veel fietsen geparkeerd op en rondom de Markt, terwijl er vlakbij veel ruimte is zoals in Biesieklette aan de Voldersgracht (in de oude winkel van Piet Vonk). Het CDA wil graag dat zulke fietsenstallingen meer onder de aandacht van centrumbezoekers worden gebracht. Met duidelijke parkeervakken voor fietsers, zoals op het Bastiaansplein, kunnen we op meer plekken fietsparkeren mogelijk maken. Tegelijkertijd is de openbare ruimte niet bedoeld voor permanente stalling van fietsen: fietswrakken en fietsen die langere tijd ongebruikt op straat staan, worden daarom actief verwijderd. Eigenaren van panden met meer dan drie (studenten)kamers moeten inpandige fietsenstalling realiseren.

    Financiën

    Helaas is de financiële situatie van Delft momenteel niet goed. In de afgelopen raadsperiode 2018-2022 leidde dat tot forse bezuinigingsplannen om de financiële situatie het hoofd te bieden. Het is belangrijk dat er structureel meer Rijksgelden naar de gemeente vloeien om vraagstukken in het sociaal domein, rondom de uitvoering van het Klimaatakkoord en voor de Omgevingswet op een goede manier te kunnen uitvoeren. Via de VNG moet Delft zich daarvoor maximaal inspannen.

    Maar dat neemt niet weg dat het CDA ervoor staat dat de gemeente zorgvuldig en verantwoord met belastinggeld om moet gaan. De gemeente moet een goed rentmeester zijn. Dit vraagt de komende jaren om een gedegen, zorgvuldig en behoedzaam financieel beleid. Voor ons betekent dit dat beschikbare middelen zoveel mogelijk ten goede van mensen komen. Simpelweg omdat mensen ertoe doen. Het CDA wil daarom de beschikbare middelen zo minimaal mogelijk uitgeven aan institutionele overhead, zoals onderzoek en externe adviseurs, en zo maximaal mogelijk aan inwoners en ondernemers aan wie (gemeentelijke) organisaties dienstbaar horen te zijn.

    Het CDA is dankbaar voor de grote gift van een particulier waarmee de renovatie van museum Prinsenhof voor een groot deel gefinancierd kon worden. Het sponsoren door bedrijven of zelfs inwoners van specifieke projecten, zoals onderhoud van groen in een bepaalde straat, ziet het CDA als een interessante financieringsmogelijkheid in deze tijd waarin we als gemeente veel ambities maar weinig geld hebben. Het CDA wil de mogelijkheden voor crowdfunding en sponsoring van gemeentelijke taken daarom verruimen. Afgezien van naams- of logovermelding mag er geen enkele tegenprestatie door de gemeente tegenover een vrijwillige bijdrage beloofd of gevraagd worden.

    Projecten met grote (financiële) belangen voor de inwoners en/of risico’s verdienen extra aandacht: snelheid moet dan ondergeschikt zijn aan zorgvuldigheid. Grote projecten en bijbehorende ambities worden waar mogelijk sober, maar degelijk uitgevoerd. Verder wil het CDA nagaan of er gemeentelijke panden zijn die kunnen worden verhuurd of afgestoten als deze, bijvoorbeeld als gevolg van corona en het toegenomen thuiswerken, leegstaan. De gemeente is zeer terughoudend met het uitlenen van geld, het verstrekken van financiële garanties, het (bij)kopen van aandelen, het aangaan van nieuwe leningen en grote uitgaven. Elke investering die Delft doet, moet een toegevoegde waarde hebben voor de inwoners of bedrijven in Delft. Als de gemeente geld voorfinanciert worden de terugbetalingen en eventuele rente dan ook teruggestort in de algemene reserve, ook als deze voorfinanciering vanuit het Fonds Delft 2040 is gedaan. In samenspraak met ondernemers kijken we hoe de toeristenbelasting er in de toekomst uit kan zien. Datzelfde geldt voor de precarioheffing. Leges zijn kostendekkend, waarbij we ernaar streven dat deze zo laag mogelijk zijn door als gemeente zo effectief en efficiënt mogelijk te werken.

    Financiële meevallers worden bij voorkeur ingezet om de stadsschuld te verlagen en/of om hulpbehoevende Delftenaren ondersteuning te bieden. Het resterende deel van de Eneco-gelden wordt niet verjubeld aan prestigeprojecten. Liever zie wij dat dit geld (deels) wordt ingezet aan kwaliteitsverbetering in de wijken. Hierbij denken wij aan het klimaatadaptief en energieneutraal maken van deze wijken en aan het verfraaien en “vergroenen” van de openbare ruimte. Hierbij geldt voor het CDA dat in de eerste plaats financieel kwetsbare buurten en inwoners moeten profiteren. Zo zorgen we voor elkaar en voor volgende generaties.

    Fonds Delft 2040

    In de afgelopen raadsperiode is het Fonds Delft 2040 opgezet. Dit fonds is gevuld met geld van de gemeente en doet investeringen of leent geld uit aan projecten die het bijdragen aan de grote Delftse doelstellingen. De invloed van de gemeenteraad in de besluitvorming waarin wel of niet wordt geïnvesteerd is echter kleiner dan het CDA wenselijk vindt. Om meer democratische controle en meer (financiële) grip bij de gemeenteraad te krijgen, wil het CDA nagaan of een andere wijze van aansturing van het Fonds Delft 2040 mogelijk is.

    Geestelijke gezondheidszorg

    Gemeenten spelen een rol in de geestelijke gezondheidszorg (OGGZ). We willen voorkomen dat bijstandsgerechtigden met gedwongen opname tussen wal en schip raken en daarmee verder in de problemen komen. Daarom gaat de gemeente in gesprek met relevante partners om adequate financiële ondersteuning voor deze mensen te regelen. Verder kunnen inwoners 24/7 terecht bij een centraal telefoonnummer als zij zich zorgen maken over een buurtgenoot. De gemeente blijft zich inzetten om het aantal zorgmijders te verminderen.

    Gemeentelijke dienstverlening

    We begrijpen dat voor sommige mensen de samenleving steeds complexer wordt. Goed contact tussen de gemeente en de Delftse inwoners en ondernemers is daarom cruciaal. De gemeente werkt aan een dienstverlening die aansluit bij wat mensen nodig hebben. De dienstverlening van de gemeente Delft is laagdrempelig en toegankelijk voor iedereen. Dit betekent bijvoorbeeld dat procedures en formulieren eenvoudig te vinden en te lezen zijn. Formulieren en informatie (ook digitaal) moeten eveneens toegankelijk zijn voor mensen met een beperking. Alle medewerkers van de gemeente die direct contact hebben met inwoners of ondernemers moeten van tijd tot tijd een (herhalings)cursus klantvriendelijkheid volgen.

    Inwoners en ondernemers die aankloppen bij de gemeente moeten optimaal (op weg) worden geholpen, ook bij taken die door de gemeente zijn uitbesteed. Voor deze mensen is er geen “verkeerd loket”. De gemeente komt haar afspraken na en geldende (afhandel)termijnen worden door de gemeente gehaald. Brieven en e-mails die de gemeente krijgt worden snel, adequaat en correct inhoudelijk behandeld. En wie belt met het algemene nummer 14015 wordt deskundig en klantvriendelijk geholpen. Dit alles vraagt dat gemeentemedewerkers beschikken over correcte en actuele kennis. Tot slot hebben inwoners recht op goed en menselijk contact. Het CDA wil dat de gemeente actief meedenkt met haar inwoners. In de komende periode wil het CDA daarom onderzoeken of er onder inwoners en ondernemers behoefte is aan verruiming van de openingstijden van fysieke gemeentelijke balies waar inwoners en ondernemers overdag én deels in de avonduren terecht kunnen.

    Gemeenschappelijke regelingen en verbonden partijen

    Delft is deelnemer in verschillende gemeenschappelijke regelingen en ook (mede-)eigenaar van een aantal verbonden partijen. In een gemeenschappelijke regeling werkt de gemeente samen met andere overheden, meestal andere gemeenten. Voorbeelden hiervan zijn de GGD Haaglanden en de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH). De gemeenschappelijke regelingen staan op afstand van de gemeenteraad, waardoor democratische controle niet altijd eenvoudig is. Het CDA heeft altijd bepleit dat gemeenteraadsleden meer grip moeten krijgen op gemeenschappelijke regelingen, omdat zij democratisch gekozen volksvertegenwoordigers zijn. De Wet Versterking Legitimiteit Gemeenschappelijke Regelingen versterkt de rol van de gemeenteraad. Dat vinden we een verbetering. Bij de uitvoering van deze wet wil het CDA ook de aanbevelingen van het komende onderzoeksrapport van de Delftse Rekenkamer over gemeenschappelijke regelingen betrekken. Het CDA is terughoudend met het opstarten van nieuwe gemeenschappelijke regelingen. Deze zijn alleen een optie als zij aantoonbaar meerwaarde hebben voor Delftse inwoners of bedrijven. Een verbonden partij is een organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft. Voorbeelden hiervan zijn Yes!Delft, Parkeren Delft BV en Werkse Holding BV. Ook waar het verbonden partijen betreft, is het zaak meer grip op de financiën en de risicobeheersing te krijgen door de gemeenteraad. Om dat te bereiken wil het CDA onderzoeken of het door de gemeente Arnhem ontwikkelde “risicokompas” een passend instrument is.

    Geluidshinder

    Zie: Luchtkwaliteit en geluidshinder

    GGD Haaglanden

    Als gevolg van de coronacrisis is de (financiële) druk op de GGD Haaglanden enorm. Zij doen fantastisch werk en het CDA heeft grote waardering voor de GGD-inzet. Het CDA monitort ontwikkelingen bij de GGD Haaglanden en zal bij knelpunten aandringen op oplossingen.

    Amnesty International maakte recent bekend dat 12% van de studenten in Nederland tijdens hun studietijd slachtoffer is van verkrachting. Dit is vreselijk en moet veranderen. Daarom moedigt het CDA onderwijsinstellingen en studentenverenigingen aan om meer in te zetten op goede voorlichting en informatie over hulpverlening, protocollen tegen seksuele intimidatie en seksueel misbruik en preventie. De onderwijsinstellingen en studentenverenigingen kunnen hierbij ook de expertise van de GGD Haaglanden en maatschappelijke organisaties zoals Vrouwenplatform Delft en Soroptimistclub Delft betrekken. Het CDA is groot voorstander van projecten tegen straatintimidatie, zoals Safe Streets

    Herbestemming leegstaande kantoren

    Wanneer kantoorruimte leeg komt te staan, neemt de gemeente een actieve rol om te voorkomen dat er leegstand ontstaat, bijvoorbeeld door het ombouwen van kantoorruimte naar woningen mogelijk te maken. Bij grote ontwikkelgebieden zoals de Schieoevers zet het CDA in op evenwicht tussen wonen, water, groenvoorziening, mobiliteit én het behoud van bedrijvigheid, bijvoorbeeld voor inspirerende maakindustrie, in het gebied. We willen prettig wonen en leven bevorderen en voorkomen dat het gebied te veel versteent.

    Hoogbouw

    Bij het tekort aan woningen en aan braakliggende grond, zal het onvermijdelijk zijn dat bij nieuwbouwprojecten soms de hoogte ingegaan moet worden. Maar ook hierbij moet de Delftse maat bewaakt worden. Een skyline als in Rotterdam of Den Haag past echter niet bij Delft. Daarom bekijkt het CDA per situatie tot welke hoogte hoogbouw wenselijk is.

    Huislijk geweld

    Veiligheid begint met een veilige woonsituatie. Helaas komt huiselijk geweld nog steeds veel te veel voor. Tijdens de lockdowns in coronatijd is huiselijk geweld alleen maar toegenomen. Mediation kan helpen bij het oplossen van conflictsituaties. Als dit niet helpt of als dit niet mogelijk is, moet actief worden opgetreden om slachtoffers van huiselijk geweld te beschermen.

    Huurteam

    Zie: Ombudsman en huurteam

    Inburgering

    Vanaf 2022 krijgen gemeenten een grotere rol bij inburgering. Het is belangrijk dat nieuwkomers zich snel onderdeel voelen van de stad en meedoen aan de samenleving. Onze inzet is daarom dat inburgeraars passend (vrijwilligers)werk vinden of een opleiding volgen. Zo bouwen ze waardevolle contacten op met een divers palet van stadsgenoten, raken zij bekend in Delft en leren ze de Nederlandse taal. Dat laatste is erg belangrijk om volwaardig deel te kunnen nemen aan de samenleving. De gemeente helpt ze door een goede verbinding met de Participatiewet.

    Maatschappelijke organisaties kunnen helpen met sociale contacten en ‘warme’ ontmoetingsplekken. Bij de inrichting en uitvoering van de nieuwe Inburgeringswet zet Delft lokaal zoveel mogelijk in op positieve prikkels.

    Ook buurten waar veel buitenlandse nieuwkomers (zijn) komen wonen, verdienen ondersteuning vanuit de gemeente. Hun buurt verandert immers ook! Zoveel mogelijk moet gestimuleerd worden dat de huidige bewoners en de nieuwkomers in hun dagelijkse leven contact hebben met elkaar. Net zoals studenten al kamers huren in een verzorgingshuis, kan gekeken worden naar mixvormen, bijvoorbeeld waarin studenten en statushouders een gebouw delen. Het CDA wil voorkomen dat er wijken of buurten ontstaan waar sociale problemen zich concentreren.

    Interlokaal verkeer

    Voor een veilige balans tussen verkeer binnen Delft en verkeer van en naar Delft, is het belangrijk dat verkeer met bestemming buiten Delft snel en veilig de stad uit kan rijden. Hiermee wordt de druk van (vracht)verkeer ook verminderd. Daarom wil het CDA dat bijvoorbeeld de Beatrixlaan niet wordt versmald en dat de maximumsnelheid op deze weg blijft zoals die is. Deze weg is immers breed, heeft weinig kruisingen, staat ver van woningen en is daarmee uiterst geschikt voor interlokaal verkeer.

    Jeugdcriminaliteit

    Hoewel de criminaliteit onder minderjarigen en jongvolwassenen in de afgelopen zes jaar is afgenomen volgens het CBS, is de ernstige jeugdcriminaliteit toegenomen. Het gaat dan om bijvoorbeeld ernstige geweldsdelicten, zoals gewapende overvallen of steekincidenten. Om dit tegen te gaan, pleit het CDA ervoor om in de Veiligheidsregio te kijken naar mogelijkheden om de campagne “Drop-je-knife” (waarbij jongeren anoniem en straffeloos hun (steek-)wapen kunnen inleveren) uit te breiden. De gemeente zet, al dan niet in samenwerking met partners, in op het tegengaan van schoolverzuim, goede voorlichting en het betrekken van de ouders hierbij.

    Jeugdzorg

    Volgens recente cijfers van het CBS ontvangt 8,4% van de Delftse jongeren jeugdzorg. Dat is ongeveer 1 op de 12 jongeren in Delft. Met deze aantallen lijkt het alsof grote groepen jongeren dusdanige problemen hebben dat zij (gespecialiseerde) jeugdzorg nodig hebben. Het CDA pleit voor een aanpak die inzet op talentontwikkeling van kinderen en jongeren. Om die talenten te ontwikkelen kan het behulpzaam zijn als jongeren daarbij een zetje in de goede richting krijgen. Omdat muziek -bewezen- de mentale gezondheid en sociale vaardigheden op peil kan houden en vaak kan verbeteren, pleit het CDA al lange tijd voor extra geld voor meer muziek in de klas. Juist in deze coronatijd is dit voor onze kinderen van heel groot belang. Uit jeugdzorgdossiers dat blijkt dat 80% van de kinderen die jeugdzorg ontvangen gescheiden ouders heeft. Daarom wil het CDA dat kinderen van wie de ouders gaan scheiden of gescheiden zijn een buddy kunnen krijgen. Deze buddy’s zijn personen die zich veelal in de directe leefomgeving bevinden van de kinderen en die voor de kinderen belangrijke vertrouwenspersonen zijn. De buddy’s komen natuurlijk niet in de plaats van een eventuele behandeling of een plek op een wachtlijst staan.

    Met deze buddy’s willen we problemen voor kinderen zoveel mogelijk voorkomen. Dat is in de eerste plaats beter voor de kinderen zelf, maar zo voorkomen we ook onnodige maatschappelijke kosten en is er meer tijd, aandacht en budget voor kinderen die écht problemen hebben. Kinderen met problemen moeten vanzelfsprekend de (excellente) zorg en ondersteuning krijgen die zij nodig hebben. Het CDA wil zich maximaal inspannen dat kinderen die geen veilig thuis hebben (op tijd) gevonden worden zodat zij de noodzakelijke bescherming krijgen. Ook voor zorg voor onze jeugd geldt wat het CDA betreft: ‘lichte’ zorg inclusief talentontwikkeling en het versterken van het normale leven waar dat kan, en ‘zware’ zorg alleen waar het moet.

    Klimaat en milieu

    Klimaatadaptief bouwen moeten worden gestimuleerd. Zo houden we de stad leefbaar en voorkomen we hoge kosten in de toekomst. De gemeente moet heldere handreikingen voor de bouwers hebben waaraan nieuwbouwprojecten in Delft aan moeten voldoen.

    Daarnaast is het CDA voorstander van meer groen in de wijken. Meer groen zorgt voor meer woon- en werkplezier, bevordert gezondheid en vermindert overlast van weersomstandigheden. Bovendien biedt een groene omgeving schaduw tijdens warme zomerdagen. Daarom wil het CDA dat er in de komende
    raadsperiode tenminste 500 bomen worden geplant. Bij de (her)inrichting van openbare ruimte zetten we zoveel mogelijk in op minder verharding van oppervlakte en waar dat wel nodig is waterdoorlatende bestrating. Het CDA wil eveneens stimuleren dat bewoners geveltuinen aanleggen en hun tuin “vergroenen”. Ook dit draagt bij aan voorkomen van verstening en creëert bovendien meer natuur. Om klimaatadaptie te bevorderen, werkt de gemeente nauw samen met het Hoogheemraadschap van Delfland, bijvoorbeeld bij het verstrekken van regentonnen aan huishoudens of bij het groenblauw inrichten van buurten.

    Leegstand gebouwen

    Zie: Herbestemming

    Leegstand winkels

    Zie: Winkelaanbod

    Leven lang leren

    Blijven leren en ontwikkelen is belangrijk voor iedereen. Daarbij spelen onderwijsinstellingen, de bibliotheek DOK, OPEN/de VAK en andere maatschappelijke organisaties een belangrijke rol. Het CDA wil stimuleren dat kinderen al vroeg in hun leven in aanraking komen met cultuur en lezen. Samenwerking tussen scholen, musea en bibliotheek moet ervoor zorgen dat cultuur voor kinderen laagdrempelig en toegankelijk is.

    Ongeveer 1 op de 9 Nederlanders heeft moeite met lezen en schrijven. Dat is veel te veel! Niet goed kunnen lezen of schrijven zet mensen op achterstand in onze samenleving. Wij willen daarom een ambitieuze aanpak waarin we zoveel mogelijk van deze mensen bereiken en helpen hun lees- en schrijfvaardigheid te verbeteren. De gemeente moet samen met de bibliotheek en het maatschappelijk middenveld onderzoeken hoe we het beste tot een geschikt aanbod van cursussen kunnen komen.

    Luchtkwaliteit en geluidshinder

    Delft ligt tussen de A13 en de A4, twee van de drukste snelwegen van Nederland. Dit heeft gevolgen voor de luchtkwaliteit en geluidshinder in Delft. De gemeente moet bij Rijkswaterstaat pleiten voor duurzaam asfalt op de snelwegen langs Delft, waaraan ook de TU Delft en TNO werken. Zo zorgen we voor een betere luchtkwaliteit en minder geluidshinder. Ook andere initiatieven, zowel landelijk als lokaal, die geluidshinder tegengaan en luchtkwaliteit verhogen, ondersteunen we.

    Mantelzorg

    Mantelzorgers vervullen een geweldige taak en doen dit veelal met grote toewijding. Zij zorgen ervoor dat mensen die zich niet zelfstandig redden ondersteuning krijgen en dat verdient onze waardering. Overbelasting van mantelzorgers moet worden voorkomen. Daarom is goede dagopvang en het tijdelijk kunnen overdragen van zorg (respijtzorg) nodig.

    Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH)

    Delft werkt sinds een paar jaar samen met 22 andere gemeenten binnen de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (MRDH) aan regionale aanpak van economie en verkeer. Twee onderwerpen waarbij het logisch is om als regio samen te werken. De interactie tussen MRDH en gemeente Delft is echter nog niet optimaal. De mogelijkheden voor gemeenteraadsleden om de MRDH te controleren zijn nog te beperkt. Om die reden wil het CDA de werkgebieden van de MRDH de komende jaren niet verder uitbreiden. Liever zien wij dat de MRDH eerst nog stappen zet in het verbeteren van de democratische controle van de organisatie. Delft moet zich de komende jaren als een positieve, maar assertieve deelnemer opstellen als gemeente middenin de MRDH, zodat inwoners en ondernemers de meerwaarde hiervan (meer) ervaren. Constructief en meedenkend waar dat kan, maar scherp en kritisch waar dat nodig is.

    Midden Delfland

    Aan Delft grenst de gemeente MiddenDelfland, een kleine gemeente met veel ruimte en groen. Niet voor niets heeft Midden-Delfland het internationale keurmerk Cittaslow gekregen; inwoners en bezoekers kunnen daar op een plezierige, gastvrije manier en op een menselijk tempo genieten. Voor Delftse inwoners is Midden-Delfland op wandelen fietsafstand en belangrijk om te recreëren. Het CDA zet zich in voor behoud van dit -om de hoek gelegenmooie, rustige en groene landschap

    MKB-ers (Delft in de top!)

    In Delft is zo’n 70% van de lokale werkgelegenheid afkomstig van MKB-bedrijven. Toch blijkt dat Delft -ook in 2021- niet in de top-100 van MKB-vriendelijkste gemeenten staat. In 2021 scoorde Delft op plek 47 (van 52 gemeenten) in de provincie Zuid-Holland. Dat moet veranderen! De gemeente moet ondernemers ondersteunen en actief met ze meedenken. Er moet daarom één aanspreekpunt voor ondernemers bij de gemeente zijn voor vergunningsaanvragen, het bespreken van kansen en het stellen van vragen. Ook minder gemeentelijke regels en betere communicatie kunnen ondernemers helpen. Delftse bedrijven moeten kunnen blijven groeien. De gemeente zet zich in om te zorgen dat Delft een aantrekkelijke vestigingsplaats is voor bedrijven. Ons doel is dat Delft in 2026 in ieder geval de top-100 binnengestormd is.

    Musea en theaters

    Ook bij musea en theaters heeft het CDA oog voor de positie van kleinere instellingen en initiatieven. Tegelijkertijd is Theater de Veste een belangrijke plek van ontmoeting, verbinding en inspiratie voor veel inwoners. Dit theater moet een blijvende sterke positie hebben in de samenleving.

    Het museum Prinsenhof heeft -als het voormalige woonhuis van Willem van Oranje- historische waarde en draagt bij aan de identiteit van Delft. De komende jaren wordt museum Prinsenhof gerenoveerd. Mede dankzij inzet van het CDA wordt daarbij de noodzakelijke basis op orde gebracht en worden de gebouwen toegankelijker gemaakt voor mensen met een beperking. Dure investeringen om internationale topstukken in museum Prinsenhof te kunnen tentoonstellen zijn wat het CDA betreft niet wenselijk. Liever zien wij dat museum Prinsenhof past bij de Delftse maat en het Delftse verhaal.

    Het CDA wil de komst van het Van Markenmuseum verder onderzoeken. Zo’n museum kan aandacht besteden aan de historische rol van Jacques van Marken en zijn echtgenote Agneta als eerste sociaal ondernemer van Nederland.

    Als het nodig mocht zijn om te bezuinigen op de gemeentelijke bijdrage aan cultuur, dan vindt het CDA het belangrijk dat gemeentelijke cultuurinstellingen een gelijke bijdrage leveren als de gesubsidieerde cultuurinstellingen. Zo draagt iedereen bij en kunnen projecten zoals Vindplaats en Taalhuis bij DOK maar ook andere waardevolle projecten voor onze inwoners bewaard blijven.

    Wij zijn voorstander van verdere samenwerking tussen verschillende culturele instellingen, verenigingen en onderwijs. Onderling kan er kennis worden uitgewisseld en kan er gezamenlijk worden opgetrokken bij het werven van subsidies of externe fondsen.

    Ombudsman en huurteam

    Wanneer een bewoner of ondernemer een probleem met de gemeente heeft, moet de instelling van de gemeente zijn dat dit probleem wordt opgelost. Eerste stap hierbij is dat de gemeente zich oprecht verdiept in de vraag, klacht of probleem om het hele verhaal te begrijpen. Voorkomen moet worden dat er een ongewenste stapeling van juridische procedures komt. Toch kan het zijn dat een burger vastloopt of dat de klacht of probleem niet opgelost kan worden. Het instellen van een Gemeentelijke Ombudsman kan helpen om burgers in zulke situaties te helpen. Het instellen van een regionaal huurteam kan helpen om burgers te ondersteunen bij (vastgelopen) huurgeschillen. Beide opties wil het CDA komende periode onderzoeken

    Onderwijs

    De weg naar een mooie toekomst loopt naast de opvoeding thuis ook via het onderwijs. Daarom wil het CDA dat alle jongeren met een diploma de school verlaten en proberen we schooluitval actief te voorkomen. Actieve ondersteuning vanuit de gemeente bij het aanpakken van het lerarentekort is hiervoor ook nodig. Hierbij wil het CDA onderzoeken onder welke voorwaarden een parkeervergunning voor betrokken leraren kan worden verstrekt.

    In Nederland is de vrijheid van onderwijs in de grondwet geregeld en dat vinden we een essentieel recht.

    Op school leren kinderen en jongeren nieuwe kennis en doen zij waardevolle ervaringen op. Maar wij vinden het ook belangrijk dat school de plek is waar ze hun talenten ontdekken en ontwikkelen. Om die talenten te ontwikkelen kan het helpen als jongeren daarbij een zetje in de goede richting krijgen. Omdat muziek -bewezen- de mentale gezondheid en sociale vaardigheden op peil kan houden en vaak juist verbeteren, pleit het CDA al lange tijd voor extra geld voor meer muziek in de klas. Juist in deze coronatijd is dit voor kinderen van groot belang. Verder ziet het CDA graag dat scholen aandacht besteden aan omgaan met geld en relaties.

    Het CDA ziet graag dat jongeren via stages kennis maken met Delftse maatschappelijke organisaties. Maar onderwijs ook de plek waar kinderen en jongeren die het in hun leven zwaar hebben kunnen worden gevonden en geholpen. Denk aan kinderen of jongeren die problemen ervaren met zichzelf, hun familie of hun directe leefomgeving. De gemeente draagt bij aan de verbinding tussen onderwijs en (laagdrempelige) hulp voor deze kinderen zodat zij snel en adequate hulp kunnen krijgen.

    Tot slot wil het CDA kijken of het schoolzwemmen gestimuleerd kan worden. We vinden het belangrijk dat alle mensen meedoen in de Delftse samenleving. Dat kan bijvoorbeeld via betaald werk maar ook onbetaald werk zoals vrijwilligerswerk of mantelzorg. Werk zorgt voor sociale contacten, persoonlijke ontwikkeling, nieuwe ervaringen en meer zelfvertrouwen en eigenwaarde. Om ervoor te kunnen zorgen dat iedereen mee kan doen in de samenleving is goede, medemenselijke ondersteuning vanuit de gemeente nodig. Juist ook voor mensen voor wie werk (nog) geen haalbare optie is. Ook kerken en maatschappelijke organisaties kunnen hierin een hele belangrijke rol vervullen.

    Onderwijs (mbo en hbo)

    Van basisonderwijs, praktijkgericht onderwijs tot theoretisch en wetenschappelijk onderwijs worden scholieren en studenten opgeleid voor een breed palet aan banen op diverse niveaus. Onze stad heeft hen allemaal nodig. Dat geldt zeker voor mbo-studenten. Ook zij verdienen een optimale ontwikkeling. Daarom wil het CDA dat de gemeente samenwerking en afstemming tussen onderwijs, overheid, bedrijfsleven en topinstituten bevordert. We zien in Smart Makers Delft een begin waar mbo-onderwijs en bedrijfsleven samenwerken. Ook wil het CDA nagaan wat de mogelijkheden zijn om een cultuurpark te realiseren waar de verbinding tussen praktisch onderwijs en cultuur versterking krijgt.

    Veel studenten in het mbo- en hbo-onderwijs hebben een stageplek nodig om hun opleiding succesvol te kunnen afronden. Ook de gemeente zet zich in om voldoende plekken te bieden en in de regio te kijken waar meer stageplaatsen kunnen worden gerealiseerd.

    Ontmoeten in de openbare ruimte

    Ook in de openbare ruimte ontmoeten mensen elkaar. Om dat verder te stimuleren wil het CDA daarom goede, duurzame ontmoetingsplekken en mensen stimuleren deze te gebruiken. Dit kunnen plekken op straat, in parken of bij speelplaatsen zijn, maar ook in het buurthuis, de bibliotheek, het theater, een winkel of in kerken of moskeeën ontmoeten mensen elkaar.

    Openbaar vervoer

    Bus- en tramlijnen zijn niet zomaar verbonden haltes; ze zijn dé manier om verschillende delen van Delft en de regio gemakkelijk en daarmee ook mensen met elkaar te verbinden. Mensen kunnen met bus of tram naar het (wijk)centrum gaan of bij vrienden, kennissen of familie in een ander deel van Delft op bezoek. Vooral voor Delftenaren die slecht ter been zijn, is het van extra belang dat tram- en buslijnen niet uitvallen en dat alle wijken goed met het openbaar vervoer te bereiken zijn.

    Door de lagere passagiersaantallen vanwege de coronapandemie, is het aanbod van openbaar vervoer in onze regio en ook in Delft versoberd. Dat heeft het CDA gesteund met de voorwaarde dat wanneer de passagiersaantallen weer herstellen, deze maatregelen teruggedraaid worden. Dit moet ook daadwerkelijk gebeuren en dat vraagt actieve monitoring door het nieuwe college. Het gaat dan bijvoorbeeld om herstel van de buslijn van Delft Station via de TU Delft naar Rotterdam The Hague Airport (buslijn 37) en het weer ‘ontkoppelen’ van buslijn 51 en buslijn 61. Inwoners van de Schoemakersplantage en werknemers op Delft Techpark hebben op dit moment geen openbaar vervoerhalte op fatsoenlijke loopafstand. Het liefst ziet het CDA dat op termijn weer er een buslijn over de Schoemakerstraat gaat rijden met een halte bij de Schoemakerplantage. Tot die tijd zien wij graag hier een halte voor de Delfthopper komt, zodat inwoners en werknemers in ieder geval de mogelijkheid tot openbaar vervoer krijgen. De Delfthopper, een soort belbus, zien wij niet als een optimale manier van openbaar vervoer, maar als een minimum in situaties waarin een reguliere buslijn niet mogelijk is. Delft moet blijven lobbyen bij de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) voor volwaardige buslijnen in Delft

    Sommige wijken van Delft hebben geen normale buslijn meer, alleen nog maar een belbus, de zogenoemde Delfthopper. Het CDA wil voorkomen dat meer buslijnen worden ingeruild voor een Delfthopper. Daarom pleiten wij ervoor dat Delft bij de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) blijft lobbyen voor een volwaardige buslijn voor wijken die nu alleen nog maar bereikbaar zijn met de Delfthopper.

    Het CDA wil onderzoeken of het parkeerterrein dat wordt aangelegd bij het terrein waar de Willem van Oranje-musical zal worden gehouden, op termijn kan worden omgebouwd tot een P+R, waar bezoekers aan Delft gratis of goedkoop kunnen parkeren om met het openbaar vervoer naar het centrum te reizen. Zo kunnen bezoekers van Delft makkelijk en goedkoop hun auto parkeren en vlot de stad in. Dit scheelt verkeer binnen de stadsgrenzen en verlicht de parkeerdruk in de parkeergarages.

    Momenteel wordt hard gewerkt aan de verdubbeling van de sporen tussen Rijswijk en Delft Campus. Hierdoor ontstaat binnenkort meer ruimte op het spoor wat zal leiden tot meer treinverbindingen vanaf Delft richting Den Haag en Rotterdam. Het CDA wil onderzoeken of ook een rechtstreekse treinverbinding zonder overstap naar Gouda/Utrecht mogelijk is en of deze verbinding ook voorziet in voldoende behoefte.

    Openbare ruimte

    Voor toeristen maar zeker ook voor inwoners wil het CDA een nette openbare ruimte. Dit betekent dat er geen ontsierende spandoeken met reclame boven de straten en grachten hangen en dat illegaal aangebracht graffiti, reclameboodschappen op de openbare weg en een wildgroei aan stickers op verkeerspaaltjes,
    lantaarnpalen etc. worden verwijderd. Het CDA wil dat de aanbrenger of opdrachtgever de rekening voor het verwijderen betaalt.

    Oppervlaktewater

    Niets voor niets schrijven bekende auteurs als Geert Mak en Simone van der Vlugt met liefde over Delft en het water in hun boeken ‘Het ontsnapte land’ en ‘Nachtblauw’. Veel toeristen komen voor de grachten en het water naar Delft. De stad moet daarom ook via het water goed bereikbaar zijn, zeker tegen de achtergrond van de coronacrisis die voor meer watertoerisme zorgt. Dit vraagt een goede aansluiting op regionale vaarwegen en aanpak van het kroos in de Delftse grachten. Het versterken van de Schie/Vliet als erfgoed trekvaart zal een extra impuls geven aan het watertoerisme en de waterrecreatie. Het CDA wil samen met Den Haag, Rijswijk en Schiedam nagaan of het inzetten van een pendelboot bijdraagt aan versterking van de Schie/ Vliet en zorgt voor minder verkeersdruk. Voor wandelaars willen we een groene singelroute; een parcours om de binnenstad, langs het water en door verbonden parken. Voor water en groen werkt de gemeente zoveel mogelijk samen met het Hoogheemraadschap van Delfland.

    Ondernemers

    Ondernemers vormen de motor van de lokale economie. Zij dragen bij aan de bedrijvigheid en levendigheid van Delft en maken Delft daarmee aantrekkelijk. Het CDA is trots op de ondernemers en bedrijven die we hebben in Delft. Gemeente en bedrijfsleven hebben elkaar nodig bij belangrijke vraagstukken zoals duurzaamheid, werkgelegenheid en arbeidsparticipatie. Wij pleiten ervoor dat de gemeente stimuleert dat overheid, bedrijfsleven, onderwijs en andere organisaties afspraken maken bij het bevorderen van duurzaamheid, het aanstellen van mensen met een arbeidsbeperking of afstand tot de arbeidsmarkt en het aantal stage- en leerplekken. Bereikbaarheid van bedrijven en winkels is hierbij essentieel, net zoals het zo aantrekkelijk maken van de kernwinkelcentra dat het winkelend publiek er graag verblijft.

    De gemeente ondersteunt ondernemers die door de coronapandemie in de knel zijn gekomen, bijvoorbeeld door schuldhulpverlening en heroriëntatie. Daarnaast denkt de gemeente actief mee met ondernemers over hoe zij zich kunnen houden aan de landelijke coronamaatregelen. Het CDA wil kleinschalige bedrijvigheid in de wijken stimuleren en buurtwinkelcentra behouden. Bij herinrichting van wijken kijkt de gemeente naar de mogelijkheden hiervoor. Dit versterkt de wijken en de bevordert de leefbaarheid. Met ondernemers en bewoners werken we de visie op ondernemen verder uit.

    Ondermijning

    Delft is kwetsbaar voor drugscriminaliteit en criminele netwerken, zo blijkt uit de scan van het Regionale Informatie- en Expertise Centrum Den Haag (RIEC). Het CDA pleit ook hier voor versterking van de wijken. Met sterke wijken krijgen criminele activiteiten minder kans. Daarnaast wil het CDA de ambtelijke en bestuurlijke weerbaarheid versterken en onderzoeken of de samenwerking in de regio geïntensiveerd kan worden. Verder kan het geregeld controleren van het rioolwater op sporen van drugs helpen bij het in kaart brengen van drugproblematiek en daarmee bij de bestrijding van drugscriminaliteit. Als duidelijk is welke restanten van drugs in het rioolwater zitten, kan de gemeente eerder actie ondernemen tegen de drugscriminaliteit en kunnen gebruikers hulp krijgen.

    Slachtoffers van mensenhandel moeten goed geholpen worden en snel naar een veilige plek kunnen. De gemeente zoekt daarom actieve samenwerking met hulpverlenende instanties zoals de Stichting Hulp en Opvang Prostitutie en Mensenhandel (SHOP).

    Ouder worden

    De combinatie van wachtlijsten en het toegewezen zorgpakket vraagt niet alleen om investeringen in de inrichting van het gebouw en de technische infrastructuur (denk aan tilapparatuur, domotica en medisch noodzakelijke apparatuur), maar ook in technische innovaties die ervoor kunnen zorgen dat mensen, ondanks de beperkingen waar zij mee moeten leven, verantwoord thuis kunnen blijven wonen. Samen met de TU Delft wil het CDA de mogelijkheden onderzoeken om robotica in te zetten ter ondersteuning van menselijke zorg, waardoor onder andere de persoonlijke verzorging in handen blijft van de zorgvrager en de zorg zich kan richten op medisch handelen en op de ondersteuning van een menselijk bestaan.

    Wie als oudere niet meer zelfstandig kan blijven wonen moet ergens andere terecht kunnen, bijvoorbeeld in een woonzorgcentrum. In Delft zijn slechts twee huizen met een verpleeghuisfunctie en twee particuliere huizen. Dit betekent dat wanneer er voor een oudere geen plaats is in Delft, er momenteel in de omliggende gemeenten naar een plekje moet worden gezocht. Het CDA vindt het zeer kwalijk dat deze mensen uit hun vertrouwde omgeving en sociale netwerk worden gehaald en soms zelfs gescheiden van hun partner moeten wonen. Het CDA wil bekijken of het mogelijk is om de capaciteit voor verpleeghuiszorg in Delft te vergroten en heeft daarbij bijzondere aandacht voor de mogelijkheid van partnerplaatsen. Verder wil het CDA onderzoeken of andere woonvormen zoals een ‘Knarrenhof’ mogelijk zijn. Ook het particulier initiatief om gezamenlijke wooncorporaties te starten wil het CDA stimuleren, zodat ouderen zelf in hun woongemeenschap kunnen voorzien.

    Wie ongeneeslijk ziek is en niet meer thuis kan of wil wonen moet specifieke begeleiding, zorg en aandacht krijgen. De gemeente ondersteunt daarom het hospice in Delft bij het vinden van een geschikte en duurzame locatie in een groene, aantrekkelijke omgeving

    Parkeren

    Voor veel mensen blijft de auto toch een belangrijk of zelfs noodzakelijk vervoermiddel. Voor al deze mensen is het van belang dat zij hun auto dichtbij hun huis of bestemming, veilig en betaalbaar kunnen parkeren. Parkeerplaatsen nemen echter veel ruimte in en op sommige plekken in buurten en in het stadscentrum is deze ruimte schaars.

    Afgelopen collegeperiode hebben de coalitiepartijen een nieuw parkeerbeleid ingevoerd. Hoewel betaald parkeren in sommige buurten van Delft absoluut noodzakelijk is, heeft het CDA moeite met het one-size-fits-all-beleid dat is ingevoerd. Met dit beleid wordt geen rekening gehouden met  verschillen tussen buurten en draagvlak onder bewoners. Het CDA wil dit de komende periode herstellen. In verschillende buurten, in de Wippolder, Hof van Delft en Indische Buurt in het bijzonder, is het goed om met bewoners te kijken of betaald parkeren echt nodig is en of daar draagvlak voor is. In situaties waarin het nieuwe parkeerbeleid inwoners onredelijk heeft benadeeld, wil het CDA dit beleid heroverwegen en desnoods terugdraaien. Denk bijvoorbeeld aan mensen die nu een kilometer moeten lopen, omdat zij hun (tweede) auto niet meer in de buurt van hun huis mogen parkeren maar in de Prinsenhofgarage.

    Ook wil het CDA dat de huidige coulanceregeling die op parkeerboetes van toepassing is duidelijker door de gemeente voor het voetlicht wordt gebracht.

    Om onnodig autoverkeer in het stadscentrum te verminderen heeft het de voorkeur dat bezoekers aan de binnenstad vooral parkeren in de parkeergarages. Deze parkeergarages hebben veel plek en liggen op maximaal tien minuten lopen van het centrum. Het is daarom belangrijk dat de routes naar ondergrondse parkeergarages duidelijker worden aangegeven. Parkeerterreinen die in de Binnenstad zijn gelegen en in nabijheid van parkeergarages -zoals de Gasthuisplaats- moeten alleen voor vergunninghouders bestemd worden. Voor bewoners en hun eigen bezoekers en bezoekers die slecht ter been zijn en het dus belemmerend kan zijn om alleen vanaf de parkeergarages het centrum in te gaan, kan een uitzondering worden gemaakt.

    Participatie en (bewoners)advies

    Geregeld geven burgers en bedrijven bij de gemeenteraad aan dat zij het gevoel hebben niet voldoende te zijn betrokken bij gemeentelijke voorstellen. De scholenschuif in Tanthof, invoering van gereguleerd parkeren in de Wippolder, de geplande renovatie van museum Prinsenhof en de aanleg van de Rode Loper zijn zomaar een paar voorbeelden, maar wel allemaal voorbeelden met grote impact voor inwoners en ondernemers. Participatie betekent niet “even snel inspraak” of “uitleggen hoe het zit”, maar “samen draagvlak creëren”. Ook als gemeentelijke plannen daardoor veranderen. Voor een goede participatie zijn gemeente én inwoners samen verantwoordelijk. De gemeente moet tijdig echte inspraakmomenten organiseren. Van inwoners en gemeente samen vragen we serieus en met wederzijds respect in dialoog te gaan met elkaar en te accepteren dat participatie niet altijd betekent dat iedereen zijn of haar zin krijgt.

    De Delftse aanpak voor participatie, genaamd “Delfts Doen”, wordt nu nog niet altijd door de gemeente gevolgd. Inwoners moeten tijdig en serieus mee kunnen denken over oplossingen in hun directe leefomgeving. Om dit te verbeteren wil het CDA dat “Delfts Doen” beter gevolgd wordt en de uitvoering regelmatig wordt geëvalueerd zodat bijsturing mogelijk is. Met de invoering van de Omgevingswet worden initiatiefnemers veel meer verantwoordelijk voor de participatie. De gemeente zorgt voor een goede overdracht en initiatiefnemers committeren zich ook aan “Delfts Doen”.

    De Adviesraad Sociaal Domein (ASD) herbergt veel lokale expertise over het sociaal domein en moet door de gemeente tijdig en zorgvuldig worden betrokken in adviestrajecten.

    Radicalisering tegengaan

    Voorkomen moet worden dat inwoners zich zodanig vervreemd voelen van onze samenleving, dat zij zich aangetrokken voelen tot radicalisering, polarisatie en extremisme. Meer inzet op het bieden van gelijke kansen, actief meedoen in de samenleving en waardering voor inzet enerzijds en vroegsignalering en persoonsgerichte aanpak anderzijds kunnen bijdragen dit te voorkomen. Recente rapportages over extremisme, polarisatie en radicalisering laten een duidelijk beeld zien dat er parallelle werelden bestaan. Hierbij gaat het meer specifiek om jihadisten, links- en rechtsextremisme, mensen- en wapenhandel. Het blijkt dat er onvoldoende zicht is op bepaalde groepen. Het CDA wil dat de gemeente zich maximaal inspant om te  voorkomen dat radicalisering, polarisatie en extremisme zich vestigt of uitbreidt in onze wijken. Het Strategisch Netwerk Radicalisering en Polarisatie en de zogenoemde Contactcirkel (netwerk van sleutelfiguren uit Delftse (religieuze) verenigingen en moskeeën, politie, welzijnswerk, onderwijs en de gemeente) moeten worden verstevigd om meer zicht te krijgen op informele netwerken die risico’s (kunnen) vormen. Wij steunen een verbreding van de aanpak en het uitvoeringsprogramma naar verschillende soorten van extremisme. Zo kan de voedingsbodem voor radicalisering, polarisatie en extremisme weggenomen worden. Continu werken aan vertrouwen is daarbij cruciaal.

    Referenda

    Complexe vraagstukken zijn niet eenvoudig terug te brengen tot een ja-nee-vraag, zonder dat de nuance verloren gaat. We zien het risico dat tegenstellingen daardoor worden vergroot en verscherpt, in plaats van dat we elkaar opzoeken waardoor het draagvlak voor een voorstel toeneemt. Waar mogelijk heeft het CDA daarom de voorkeur voor “samen draagvlak creëren” en co-creatie. En soms moet de gemeenteraad moeilijke besluiten nemen, waarbij de belangen van iedereen zorgvuldig tegen elkaar worden afgewogen maar niet iedereen tevreden kan worden gesteld. Wij zijn daarom geen voorstander van het gebruik van lokale referenda. Het CDA zet in op actieve invulling van “Delfts doen” en andere instrumenten zoals Delft Internet Panel en de Omnibusenquête. Op die manier vragen we op zoveel mogelijk manieren input vanuit de samenleving om te betrekken bij besluiten.

    Rekenkamer

    Het CDA waardeert de rol die de Delftse Rekenkamer (DRK) vervult en de ondersteuning die de DRK geeft aan de gemeenteraad. Daarom willen we de Rekenkamer vragen om onderzoek te doen naar of belastinggeld zorgvuldig en zinnig is uitgegeven en of het gemeentelijk beleid werkt.

    Right to challenge

    Zie: Uitdaagrecht

    Schoolgebouwen

    Het is belangrijk dat (nieuwe) scholen levensvatbaar zijn, ook op de middellange termijn. Goed toezicht op het functioneren van scholen is uiteraard aan de Onderwijsinspectie. Waar de gemeente een verantwoordelijkheid heeft, wordt deze ten volle genomen. Als er nieuwe schoolgebouwen worden gebouwd, of als scholen worden gerenoveerd worden, moet dit duurzaam, en financieel verantwoord gebeuren. Daarnaast moeten alle schoolgebouwen beschikken over goede ventilatie en goed toegankelijk zijn. Ventilatie is gezond en komt onderwijsprestaties ten goede.

    Verder wil het CDA graag dat in de nabije omgeving van scholen ruime aandacht is voor voldoende groen en water. Wanneer de omgeving van een schoolgebouw wordt heringericht, is draagvlak onder gebruikers van de school en omwonenden belangrijk, net zoals het passen in de (leef)omgeving. Het CDA wil stimuleren dat schoolkinderen zoveel mogelijk lopend of met de fiets naar school gaan, in plaats van met de auto worden gebracht. Lopend of met de fiets is gezonder en veiliger en zo doen de kinderen waardevolle ervaring op als verkeersdeelnemers. Uiteraard betekent dit dat de verkeerssituatie in de buurt van scholen en op belangrijke routes naar scholen veilig moet zijn

    Shared space

    Zie: Fietsers en voetgangers

    Sociale huur en sociale koop

    Wanneer sociale huurwoningen vrijkomen ziet het CDA graag dat deze in eerste instantie worden toegewezen aan inwoners van Delft of aan mensen die in Delft werkzaam zijn. Daarnaast willen wij dat huidige bewoners hun sociale huurwoning kunnen kopen als ze dat zouden willen. Het bezitten van een eigen woning vergroot de verantwoordelijkheid, betrokkenheid en investeringsbereidheid van mensen. Daarmee vergroten zij ook de duurzaamheid en leefbaarheid in de buurt waar ze wonen. De opbrengst van verkoop van de woning kan bijdragen aan financieringsmogelijkheden van nieuwe betaalbare woningen voor andere huurders. We willen nagaan of voorwaarden (vergelijkbaar met de voormalige premie-A-woningen) uitgewerkt kunnen worden.

    Softdrugs

    Zie: Alcohol en (soft)drugs

    Sporten en spelen

    Voldoende beweging draagt bij aan welzijn en een gezond leven en stimuleert sociaal contact. Om kinderen meer te laten bewegen wordt samenwerking tussen scholen en sportverenigingen gestimuleerd en behouden we de samenwerking met JOGG Delft. Hierdoor komen kinderen in aanraking met verschillende sporten en kunnen zij laagdrempelig lid worden van een sportvereniging, werken aan hun gezondheid en eigen talenten ontdekken. Een kleine portemonnee mag voor geen enkel kind een belemmering zijn voor het beoefenen van sport; het CDA steunt het Jeugd- en Sportfonds die dit voor alle Delftse kinderen mogelijk maakt.

    Kinderen moeten veilig in hun buurt kunnen sporten en spelen. Om dat te bevorderen is samenwerking tussen scholen, sportverenigingen en eigenaren van accommodaties nodig. De gemeente stimuleert dit en kan ook ondersteunen, bijvoorbeeld via de verenigingsondersteuners. Verder is het noodzakelijk dat de openbare ruimte goed toegankelijk is voor sport en spelen. Het CDA wil ook nagaan hoe speeltuinen sporten en spelen kunnen bevorderen.

    Sportverenigingen dragen bij aan ontmoeting, leefbaarheid en gezondheid. De gemeente moet sportverenigingen daarom zoveel mogelijk ondersteunen, bijvoorbeeld bij het op orde brengen van accommodaties. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het toegankelijk maken van de sportvoorziening, zodat ook mensen met een beperking gebruik kunnen maken van de faciliteiten. Ook als sportclubs op zoek zijn naar een nieuwe locatie of een accommodatie willen verduurzamen, ondersteunt de gemeente waar mogelijk, bijvoorbeeld door middel van kennis en advies. Zo wordt Delft een sportstad voor jong en oud.

    Ontspannen en recreëren gebeurt ook in de Delftse Hout. Het is belangrijk om het strand, de ligweide en het zwemwater schoon te houden. De gemeente draagt hier, samen met het Hoogheemraadschap van Delfland, zo goed mogelijk zorg voor. Daarnaast wil het CDA onderzoeken of een deel van de fietspaden tot recreatiepaden gemaakt kunnen worden. Deze recreatiepaden zijn uitsluitend voor niet-gemotoriseerd vervoer, waardoor weggebruikers meer rekening met elkaar (moeten) houden.

    Het CDA zet in op een sterkere verbinding tussen studenten en niet-studenten in Delft. Dat kan ook via sport, bijvoorbeeld door het delen van sportaccommodaties of -faciliteiten. Waar nodig en mogelijk kan de gemeente hier een brug vormen.

    Studentenhuisvesting

    De woningmarkt raakt ook de huisvesting voor studenten. Dit komt niet alleen door het tekort aan woningen, maar vooral ook door de enorme jaarlijkse groei van de TU Delft. Het aantal studenten aan de TU Delft is de laatste jaren sneller gestegen dan het totaal aantal inwoners van. Uit de Landelijke monitor studentenhuisvesting blijkt dat het tekort aan studentenwoningen in Delft, met de huidige plannen van de TU Delft, zal oplopen tot 3.600 studentenwoningen in 2028. Over de aanhoudende groei van de TU Delft moeten bestuurlijke afspraken gemaakt worden en sturingsinstrumenten worden ingezet. Dit kan worden vastgelegd in het eerder gesloten convenant tussen de gemeente en de TU Delft. Vanzelfsprekend hebben gemeente én TU Delft hierin allebei een verantwoordelijkheid. Het lopende onderzoek van de Delftse Rekenkamer over het convenant kan leiden tot aanbevelingen om het convenant verder te actualiseren.

    Studentenwoningen moeten vooral op de TU-campus worden bijgebouwd. Meer woningen op de campus zal er automatisch voor zorgen dat er ook meer horeca en winkels komen, waarmee dit gebied verder verlevendigt. Zo ontstaat een campusgebied waar het door de combinatie van wonen, studeren, winkels en groen, prettig verblijven is. Daarnaast moet Delft zich hardmaken voor de bouw van studentenwoningen in omliggende gemeenten. Uiteraard zijn goede en veilige fiets- en openbaar vervoerverbindingen tussen die locaties en de campus dan cruciaal. Delft moet zich in de Metropoolregio hier dan ook hard voor inzetten. Bij voorkeur zijn de nieuw te bouwen studentenwoningen geschikt voor drie tot vijf personen in plaats van de zelfstandige wooneenheden voor steeds één student die nu vooral gebouwd worden. Door in een kleine gemeenschap voorzieningen te delen, zijn studenten minder alleen op zichzelf aangewezen en daardoor minder kwetsbaar voor eenzaamheid. Het CDA wil creatieve initiatieven waarbij bijvoorbeeld studenten, senioren en/of statushouders een complex delen ondersteunen. Dit bevordert sociaal contact tussen jongeren en ouderen of mensen van buiten Nederland.

    Ook de huisvesting van buitenlandse studenten is een probleem in Delft. Om dit in goede banen te leiden, zou het CDA graag zien dat de Delftse hbo- en wo-onderwijsinstellingen nieuwe afspraken maken met het Rijk over de toelating van niet EU-studenten. Dit kan via de Universiteiten van Nederland en de Vereniging Hogescholen. Ook de gemeente en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) kunnen hierin participeren. Verder worden toekomstige internationale studenten door de hoger onderwijsinstellingen in Delft en gemeente actief gewezen op de moeilijke woonsituatie in de stad. Dit enkel vermelden op bijvoorbeeld de TU-website is onvoldoende.

    Starters en (jonge) gezinnen op de woningmarkt

    Delft moet een thuis zijn en blijven voor jongeren, starters en gezinnen uit de middeninkomensgroep zoals onderwijzers, politieagenten en zorgmedewerkers. Juist starters en (jonge) gezinnen vertrekken massaal naar omliggende gemeenten, zo constateert de verkenning ‘Een stad met verschillen’. Dat is voor de ontwikkeling voor onze stad een zorgelijke ontwikkeling, vooral omdat juist deze groepen veel bijdragen aan de leefbaarheid en economische slagkracht van de gemeente. Het is belangrijk dat jongeren, starters en gezinnen kunnen wonen in een woning bedoeld voor de levensfase waarin ze zitten. Meer sturing vanuit de gemeente op de woningbouw, onder andere op de realisatie van verschillende soorten woningen, is daarom nodig. In Delft wordt momenteel 1 op de 7 woningen opgekocht door een belegger. Dat is fors meer dan landelijk. Waar mogelijk moet het opkopen van vrijgekomen woningen door (buitenlandse) beleggers worden verminderd. Het instellen van een zelfbewoningsplicht sluit het CDA daarom niet uit, net als andere maatregelen zoals die wellicht ook in de gemeente Den Haag zullen worden ingevoerd. Daarnaast wil het CDA onderzoeken of bezitters van vier woningen of meer extra belast kunnen worden.

    Straatnamen (diversiteit)

    Met de ontwikkeling van diverse gebieden tot woongebied, zijn er ook extra straatnamen nodig. Het CDA zou graag zien dat bekende Delftse vrouwen als Ina van der Beek-Maan (schrijfster), Stien Kaiser (sportster), Hannie van Leeuwen (politica) en Betsy Perk (schrijfster) een straatnaam krijgen in een van de nieuw te bouwen wijken in Delft.

    Struikelstenen

    Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn 142 Joodse stadsgenoten weggevoerd uit Delft. Een verschrikkelijke gebeurtenis die niet mag worden vergeten. Het CDA waardeert daarom de inspanningen van Stichting Herinneringsstenen Delft die ervoor ijvert voor hen allemaal een Stolperstein, het Duitse woord voor struikelsteen, te  realiseren. De gemeente ondersteunt dit initiatief waar mogelijk, bijvoorbeeld door waar mogelijk procedures hiervoor verder te vereenvoudigen. Verder wil het CDA nagaan of de gemeente enkele struikelstenen kan schenken.

    Theaters

    Zie: Musea en theaters

    Toerisme

    Toeristen bezoeken Delft vooral om onze rijke geschiedenis, kleinschaligheid en de uitstraling van de stad. Helaas heeft onze toerismesector veel last van de coronacrisis: veel minder toeristen dan een paar jaar geleden bezoeken Delft. Om hiervan te herstellen wil het CDA dat de gemeente optrekt met de Delftse toeristenbranche, het Netwerk Binnenstad, Stichting Centrum Management Delft, bewoners en andere relevante organisaties. Samen zoeken we naar de beste oplossingen om Delft nog aantrekkelijker te maken publiek uit binnen- en buitenland. Naast dagjesmensen zijn vooral toeristen die ook in Delft overnachten van groot belang. Zij maken meer gebruik van de horeca, hotels, culturele voorzieningen en winkels. Zo dragen toeristen bij aan onze lokale economie en werkgelegenheid. Het is daarom nodig dat Delft een aantrekkelijke stad voor zakelijke reizigers en toeristen is. Idealiter zijn bezoekers aan Delft goed gespreid in tijd en plaats. In de citymarketing kan Delft, in samenwerking met de regio en branche, nadrukkelijker worden geprofileerd als congresstad voor binnen- en buitenlandse gasten.

    Toeristische verhuur (oa Air-bnb)

    Het concept van toeristisch verhuren van woningen -zoals Airbnb- is een welkome aanvulling op de overnachtingsmogelijkheden in Delft. Wel vinden wij het belangrijk dat er heldere en eenduidige regels zijn en dat deze ook worden nageleefd. Zo voorkomen we excessieve situaties, waarbij de verhuur leidt tot overlast of structurele onttrekking van woonruimte aan de woningvoorraad. Het CDA wil een periodieke evaluatie van de Nota Toeristische Verhuur om te kunnen bijsturen indien nodig.

    Uitdaagrecht

    Inwoners, verenigingen, ondernemers en andere organisaties hebben veel ideeën om Delft mooier en beter te maken. Goede initiatieven vanuit de samenleving moeten worden gewaardeerd. Meer aandacht voor het uitdaagrecht is daarom nodig. Het idee van het uitdaagrecht is dat inwoners taken van de gemeente mogen ‘overnemen’ als ze het bijvoorbeeld slimmer, goedkoper of met meer draagvlak denken te kunnen. We willen hiermee verder experimenteren en zoeken de ruimte om dit mogelijk te maken. Tegelijk respecteren we ook hierbij de democratische spelregels: de gemeenteraad houdt de mogelijkheid om anders te besluiten. De gemeenteraad blijft immers het hoogste bestuursorgaan dat ook de belangen van andere inwoners meeweegt.

    Veilig huis

    Iedereen heeft recht op een veilige, geborgen en huiselijke omgeving in het eigen huis. Het CDA werkt daarom al geruime tijd aan beleid om huiselijk geweld en kindermishandeling tegen te gaan. In coronatijd is het aantal meldingen van mishandeling thuis helaas toegenomen. Mensen die fysiek of psychisch worden mishandeld of op een andere manier in de knel zijn gekomen verdienen adequate ondersteuning. Dit vraagt een aanpak door de gemeente waarbij deze burgers actief worden opgezocht. Wij willen ook dat Veilig Thuis Haaglanden goed bereikbaar is, met professionals die goed toegerust zijn voor het belangrijke werk dat zij doen.

     

    Veilige omgeving voor iedereen

    Delft moet een stad zijn waar iedereen zichzelf kan zijn. Helaas zijn groepen mensen waaronder LHBTIQ+’ers nog regelmatig slachtoffer van pesterijen, discriminatie of zelfs geweld. Het CDA wil dat de gemeente zich actief inzet voor een omgeving waar iedereen zich veilig en prettig voelt. Waar iedereen met een veilig gevoel over straat kan lopen. Pesterijen, uitingen van haat of geweld tegen iemand op basis van afkomst, geloof, gender, seksuele oriëntatie etc. worden daarom stevig aangepakt.

    Verduurzaming van woningen

    Het is belangrijk om de bestaande woning- en gebouwenvoorraad te verduurzamen. Zeker nu de energieprijzen enorm stijgen moeten we energiearmoede tegengaan en liefst voorkomen. Om dit te bereiken moeten ook bewoners van goedkopere koop- en (sociale) huurwoningen met hoge energierekeningen kunnen profiteren van duurzaamheidssubsidies. Het CDA wil daarom de middelen die Delft kan krijgen uit het Nationaal Isolatieprogramma zoveel mogelijk voor deze groep bewoners gebruiken. Zo bevorderen we verduurzaming en leefbaarheid in wijken en bestrijden we energiearmoede. De gemeente gaat hiermee op wijkniveau aan de slag met eigenaren en corporaties en zorgt daarbij voor goede koppeling tussen de landelijke subsidieregelingen en de lokale initiatieven zoals de energiecoaches en het regionale energieloket.

    Verenigingen, stichtingen en vrijwilligers

    Verenigingen en stichtingen zijn het cement en vrijwilligers de motor van onze Delftse samenleving. Verenigingen verhogen de levendigheid en saamhorigheid in de stad. Hun inzet draagt bij aan meer gemeenschapszin en een gezondere leefstijl, waardoor meer mensen zich thuis voelen in de stad, wijk of buurt. De Delftse (studenten)verenigingen, stichtingen en vrijwilligers dragen in belangrijke mate bij aan ontmoetingen tussen mensen. Zo worden verschillende bevolkingsgroepen samengebracht, ontstaan er verbindingen en voorkomen we eenzaamheid. Het CDA wil dat de gemeente deze kracht optimaal benut bij de versterking van wijken. Daarnaast kan de gemeente verenigingen en stichtingen helpen door mee te denken hoe een vereniging of stichting nog beter kan functioneren, maar ook met de werving en opleiding van vrijwilligers. Vrijwilligers bij verenigingen en stichtingen verdienen waardering van de gemeente. Zo pleiten wij voor het jaarlijks uitreiken van het “Lokaal Compliment” als prijs voor een winnend vrijwilligersinitiatief.

    Verkamering

    Het CDA was de eerste politieke partij in Delft die voorstelde om het verkameren van gezinswoningen te begrenzen. Dankzij het CDA is er een omzettingsvergunning geïntroduceerd. Dit is een vergunning om een bestaande woning te mogen verkameren die ertoe moet leiden dat minder gezinswoningen verkamerd worden en dus beschikbaar blijven voor gezinnen. Hierdoor kunnen problemen op de woningmarkt voor gezinnen verminderd worden. Het CDA steunt daarom het via de huisvestingsverordening actief remmen of zelfs stoppen van verkamering of het splitsen van gezinswoningen. Wel moet verkameren mogelijk blijven voor mensen die in het kader van “langer en weer thuis” gemeenschappelijk willen gaan wonen. In buurten waar door massale verkamering veel overlast wordt ervaren, zoals recent in de Wippolder, worden de problemen actief aangepakt door gemeente en onderwijsinstellingen samen met wijkbewoners.

    Verkeer en vervoer (algemeen)

    Mensen verplaatsen zich elke dag. Van kinderen die ’s ochtends naar school lopen tot zwaar vrachtverkeer waarmee supermarkten bevoorraad worden: allemaal maken we gebruik van dezelfde openbare ruimte. Mobiliteit is nodig om volwaardig aan de samenleving deel te kunnen nemen en om elkaar te kunnen ontmoeten. Daarom is het van belang dat we ervoor zorgen dat de openbare ruimte zodanig is ingericht dat iedereen makkelijk, veilig en overzichtelijk mee kan doen aan de samenleving.

    We willen een juiste balans vinden tussen de belangen van fietsers en automobilisten in Delft, waarbij de precieze balans per wijk of zelfs per buurt kan verschillen. In het centrum en de buurten net tegen het centrum aan is minder ruimte voor de auto dan in de ruimere opgezette wijken zoals Tanthof, Voorhof en Buitenhof. In alle wijken staat verkeersveiligheid, in het meest bijzonder voor de meest kwetsbaren, bovenaan onze prioriteitenlijst. Het is belangrijk dat alle wijken zowel met de auto als met de fiets goed bereikbaar zijn. Dit alles gebeurt uiteraard in nauwe samenspraak met bewoners van die wijken.

    Vuurwerk

    Oud & Nieuw moet voor iedereen veilig en prettig verlopen. Geweld tegen zorgmedewerkers, handhavers en hulpverleners is onaanvaardbaar en moet worden voorkomen of bestraft. Vuurwerk met Oud & Nieuw leidt tot slachtoffers, schade en overlast. Daarom streeft het CDA naar een vuurwerkvrije gemeente. De gemeente gaat in gesprek met inwoners en ondernemers over alternatieven voor een feestelijke jaarwisseling. Het CDA ziet bijvoorbeeld een centrale vuurwerk-, laser- of droneshow als een goed alternatief.

    Warmteplan

    Met een visiedocument, een warmteplan, wil de gemeente de stad aardgasvrij maken in de bebouwde omgeving. Over de totstandkoming van dit plan is het CDA positief: een groot aantal bewoners, verenigingen en politiek zijn betrokken geweest. Wat het CDA betreft moet dit worden gecontinueerd, zowel in Delft als in de Regionale Energie Strategie (RES) Rotterdam Den Haag. Immers, de energietransitie is van ons allemaal.

    Restwarmte uit afvalverbranding of uit de industrie is duurzamer dan warmte opgewekt uit CV-ketels. Maar deze warmte is niet CO2-neutraal. Als tussenoplossing onderweg naar een CO2-neutrale stad, is het CDA daarom positief over de koppeling van Delft op WarmtelinQ, de nieuwe warmteleiding van de Rotterdamse Haven via Delft naar Den Haag. Wij stellen hierbij wel als voorwaarde dat deze koppeling niet mag betekenen dat verduurzaming van de Rotterdamse haven wordt vertraagd, omdat het voor de petrochemische industrie aantrekkelijk is om niet-duurzaam restwarmte op te wekken en die te verkopen. Op termijn wil het CDA dat WarmtelinQ alleen duurzame warmte levert aan Delft.

    Werk en inkomen

    We vinden het belangrijk dat alle mensen meedoen in de Delftse samenleving. Dat kan bijvoorbeeld via betaald werk maar ook onbetaald werk zoals vrijwilligerswerk of mantelzorg. Werk zorgt voor sociale contacten, persoonlijke ontwikkeling, nieuwe ervaringen en meer zelfvertrouwen en eigenwaarde. Om ervoor te kunnen zorgen dat iedereen mee kan doen in de samenleving is goede, medemenselijke ondersteuning vanuit de gemeente nodig. Juist ook voor mensen voor wie werk (nog) geen haalbare optie is. Ook kerken en maatschappelijke organisaties kunnen hierin een hele belangrijke rol vervullen.

    Een bijstandsuitkering is het laatste vangnet binnen de sociale zekerheid. Mensen moeten hierop kunnen vertrouwen. De gemeente zorgt ervoor dat de ruimte voor maatwerk die de Participatiewet biedt optimaal wordt benut. Bijvoorbeeld waar het gaat om de nadelige effecten van de kostendelersnorm, een korting op de bijstandsuitkering wanneer meerdere mensen in een huishouden een uitkering ontvangen of wanneer oudere kinderen nog (noodgedwongen) thuis wonen. Of de (financiële) mogelijkheden om een steuntje in de rug te krijgen. Het CDA wil eenduidig en ruimhartiger beleid voor het ontvangen van kleine giften in natura voor bijstandsgerechtigden, zodat familie en/of vrienden soms ondersteuning kunnen bieden. Zo keert de menselijke maat terug in de sociale zekerheid. Dat zijn de normen en waarden waar wij voor staan!

    We vinden het belangrijk dat zoveel mogelijk mensen een baan kunnen vinden. Daarom willen we dat werkzoekenden optimale ondersteuning krijgen. Dit kan bijvoorbeeld door training en scholing. Ook willen we kijken hoe parttime werk aantrekkelijker gemaakt kan worden. Daarnaast wil het CDA onderzoeken welke verbetermogelijkheden er zijn in (de uitvoering van) het beleid rond werk en inkomen. De gemeente houdt oog voor de onderkant van de arbeidsmarkt zodat ook mensen met een praktische opleiding voldoende perspectief te hebben. Het liefst zien we dat nieuwe banen vast zijn. Bij tijdelijke banen moet er perspectief zijn op een vervolg. De gemeente zorgt voor zogenoemde beschutte werkplekken, zodat ook mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking mee kunnen doen. Door deze maatregelen vergroten we voor iedereen kansen om aan de slag te gaan. Mocht betaald werk voor iemand (nog) niet haalbaar zijn, dan is vrijwilligerswerk een goed alternatief om toch mee te doen in onze samenleving. De gemeente helpt hierin om dat te bereiken.

    Sommige mensen met een bijstandsuitkering zijn nog niet klaar om uit te stromen naar een betaalde baan of zijn zeer actief als vrijwilliger of mantelzorger. Daarom is voor hen specifiek maatwerk gewenst.

    Mensen met een bijstandsuitkering hebben nu een sollicitatieplicht. Het CDA is daar voorstander van, maar wel met een paar uitzonderingen. Zo vinden wij dat bijstandsgerechtigden die eerst arbeidsfit moeten worden of ouder zijn dan 65 jaar en langere tijd meerdere dagen per week actief zijn als vrijwilliger of mantelzorger vrijstelling moeten kunnen krijgen. Voor jongeren tot 27 jaar die uit de jeugdzorg komen wil het CDA dat, zolang de coronacrisis duurt, hun bijstandsaanvraag direct in behandeling wordt genomen en niet dat ze eerst vier weken naar een baan moeten zoeken. Aan stabiliteit van inkomen voor deze jongeren geeft het CDA de voorkeur in deze financieel onzekere tijd.

    Verder geeft de gemeente goede voorlichting en informatie over de rechten en plichten die een bijstandsuitkering met zich meebrengt. Mocht iemand zich niet houden aan de plichten, dan gaat de gemeente eerst met deze persoon in gesprek, via een verzuimgesprek. Zo’n fatsoenlijke omgang met elkaar moet de standaard zijn. Bewuste fraude en/of misbruik van voorzieningen wordt hard aangepakt.

    Werkgelegenheid

    Uit de ruimtelijk-economische visie Delft 2030 blijkt dat het aantal inwoners van Delft sneller groeit dan het aantal banen. Het CDA ziet graag dat de inwoners en banen even snel groeien. De gemeente heeft daarom de taak om Delft een aantrekkelijke vestigingsplaats te laten zijn voor bedrijven. Daarnaast moeten bedrijven in Delft
    kunnen groeien. Het CDA wil inzetten op een aanpak die de mismatch in de sectoren techniek, ICT, zorg, onderwijs en logistiek tegengaat. Via regionale samenwerking in de metropoolregio wil het CDA de “agglomeratiekracht” ontwikkelen, zodat de werkgelegenheid in Delft versterkt wordt. Daarbij houdt de gemeente oog voor de onderkant van de arbeidsmarkt, zodat zoveel mogelijk inwoners mee kunnen doen. Het stimuleren van sociaal ondernemerschap kan hierin helpen.

    Winkelaanbod

    Een kwalitatief goed en divers winkelaanbod in Delft is belangrijk. Niet alleen grote ketens, maar ook kleine winkels moeten een plek hebben in de Delftse winkelgebieden. In overleg met ondernemers wil het CDA nagaan of er behoefte is aan een functioneel limiteringssysteem. Hiermee bestaat de mogelijkheid om bij een te eenzijdig aanbod aan winkels en of horeca een nieuwe winkel in hetzelfde segment te weren.

    Samen met ondernemers gaat de gemeente aan de slag met het tegengaan van leegstand in winkelgebieden. Winkelgebieden moeten daarom aantrekkelijk groen en schoon zijn. Het CDA wil leegstaande winkelpanden ook inzetten om startende en kleine ondernemers te huisvesten, bijvoorbeeld nieuwe opkomende groepen als de ambachtelijke kleinschalige maakindustrie. Aan randen van het centrum is ombouw van winkelpanden tot woningen een goede optie.

    Winkelbevoorrading

    Zie: Distributie

    Winkeltijden

    Steeds meer mensen hebben last van burn-out. Dat komt deels doordat we tegenwoordig als samenleving zeven dagen per week ‘aan’ moeten staan en daardoor veel mensen geen rustmoment meer hebben. Voor het CDA zijn zon- en feestdagen net iets minder een werkdag dan andere dagen. Uitbreiding van de  winkeltijdenverordening is voor het CDA daarom geen vanzelfsprekendheid. Zo houden we ook de belangen in de gaten van de kleine, lokale MKB-ondernemers voor wie zeven dagen per week geopend zijn veel moeilijker is dan voor grote ketens.

    Wonen (betaalbaar voor iedereen)

    Doordat de huizenprijzen de afgelopen jaren enorm gestegen zijn, kunnen veel jongeren, studenten, starters, gezinnen -ook met een modaal of iets bovenmodaal inkomen- en ouderen vrijwel geen woning in Delft vinden op dit moment. Deze nijpende situatie is niet van vandaag op morgen te veranderen en hierbij is ook hulp van het Rijk en de provincie Zuid-Holland nodig. Maar waar mogelijk moeten we eraan werken dat eerlijk en betaalbaar wonen toegankelijk wordt voor meer mensen, in een groene en klimaatadaptieve omgeving. Uitganspunt voor gemeentelijk woningbeleid moet zijn dat mensen in Delft goed moeten kunnen wonen tegen een bereikbare prijs.

    Woningvoorraad en woningdifferentiatie

    Om de problemen op de woningmarkt aan te kunnen pakken, is het vergroten van de woningvoorraad noodzakelijk. Door het bouwen van kwalitatief hoogwaardige woningen voor de juiste doelgroepen en het maken van concrete afspraken in de regio willen we stimuleren dat mensen die in een andere levensfase komen maar wel in Delft of in de regio willen blijven wonen gaan verhuizen. Zo komen er weer woningen vrij voor starters en gezinnen. Zo kan het bouwen van ouderenhuisvesting eraan bijdragen dat gezinswoningen vrijkomen, zeker als deze woningen zijn voorzien van de nieuwste technische innovaties waarmee ouderen langer zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. Ouderen zouden deze woningen eventueel met behulp van een financiële verhuishulp kunnen betrekken. Bij nieuwbouw voor starters en gezinnen moet het accent op betaalbare middenkoop en -huur liggen. Om dat te bevorderen wil het CDA kijken of het door de gemeente Rijswijk genomen initiatief tot het oprichten van en deelnemen aan het woonfonds Rijswijk ook toe te passen is in Delft. Dit woonfonds heeft tot doel om meer betaalbare woningen voor middeninkomens en doorstroming (uit de sociale sector) te realiseren.

    Zorg

    Wanneer iemand een zorgvraag heeft, kijkt de overheid eerst wat die persoon zelf kan oplossen en of het eigen netwerk kan helpen. Daarna kijkt de overheid welke professionele zorg er dan nog nodig is. De overheid vertrouwt dus meer op zelfstandigheid en eigen kracht en tot op zekere hoogte ook op ondersteuning van familie, vrienden en/of buren.

    Dat mensen eigen regie op het leven blijven houden en omringd worden door bekenden die hen (onder)steunen is echter niet altijd mogelijk. Veel mensen staan alleen in het leven en zullen daardoor eerder een beroep moeten doen op professionele zorg. Die zou dan zo laagdrempelig mogelijk, vanuit voorliggende voorzieningen, geboden moeten worden. Pas als de steunvraag verandert in een zorgvraag komt ‘zwaardere’ zorg in beeld. Om jongeren de juiste hulp te kunnen geven, is het belangrijk dat deskundigen beschikken over actuele vakkennis maar ook over relativeringsvermogen. Uitgangspunt voor het CDA is het principe van ‘lichte zorg’ als het kan en ‘zware zorg’ als het moet. Onze inzet blijft dus dat mensen de zorg krijgen die ze nodig hebben.

    Ook meer focus op preventie, gezondheid en innovatie ondersteunen hierin. Zo organiseren we dat mensen de hulp krijgen die nodig is en voorkomen dat de zorgkosten onnodig stijgen. De toegang tot zorg moet voor iedereen eenvoudig bereikbaar, beschikbaar en betaalbaar zijn. Drempels en onnodige bureaucratie worden zoveel mogelijk weggenomen.

    Zorgaanbieders

    Uit onderzoek blijkt dat in regio’s waar verschillende zorgaanbieders actief zijn, er meer zorg wordt verleend en kosten hoger zijn. Ook in Delft zijn meerdere zorgaanbieders actief. Om onnodige zorg en dus onnodige kosten te voorkomen, is het belangrijk dat zorg goed wordt afgestemd met hulpverlening. Hierbij moet extra aandacht zijn voor de belastbaarheid van jeugdbeschermers. In de regio kijken we kritisch naar de baten en lasten. Daarbij kan de regio zich laten adviseren door wetenschappers en onderzoekers. Daarnaast wil het CDA dat een wildgroei in aanbod van zorg zoveel mogelijk wordt voorkomen.

    Zorg via "keukentafelgesprekken"

    Wanneer mensen zorg krijgen toegewezen, is het belangrijk dat er ook ruimte is voor (sociaal) contact in de vorm van een “keukentafelgesprek”. Zo kan ontdekt worden of eventuele mantelzorgers ondersteuning moeten krijgen. Maar keukentafelgesprekken kunnen ook helpen om misbruik of mishandeling van zorgbehoeftigen tijdig te kunnen signaleren.

    Landelijk/​Provinciaal

    De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.