Bestuur, financiën en de gemeentelijke organisatie

Een kleinere overheid is geen doel voor het CDA, maar een logisch gevolg van meer samenleving. De rol van de publieke overheid dient beperkt te zijn, maar wanneer de overheid haar rol neemt, moet deze ook duidelijk zijn en scherp. Juist om mensen en de samenleving meer de ruimte te geven. Het CDA wil een open bestuurscultuur met een volwaardige rol van alle burgers. Het maken van keuzes is belangrijk, omdat in financiële en regeltechnische zin de lastendruk te zwaar drukt op de kracht in de samenleving. Door als bestuur te veel te willen en te eisen, worden burgers onverschillig. Daarom moet de afbakening tussen publieke en private taken scherper. Het CDA gaat uit van nabijheid, de menselijke maat, wederkerigheid, wederzijds vertrouwen en een toegankelijker systeem van verantwoording.

Vanuit het vertrouwen in de eigen kracht van de samenleving wil het CDA dat er meer ruimte komt voor particuliere en collectieve initiatieven vanuit de samenleving. Het initiatief Villa Ockenburg dat door het CDA sterk ondersteund is, is hiervan een inspirerend voorbeeld. 

Het CDA wil dat de stad vanuit het kleinste niveau wordt opgebouwd met oog voor de menselijke waardigheid. Persoonlijk contact, transparantie en eenvoud zijn hierbij kernbegrippen. Alle ambtenaren moeten hiervan doordrongen zijn. Het vertrouwen in de gemeente valt of staat met de kwaliteit van het contact met bewoners.

Het CDA wil dat de betrokkenheid in wijken en buurt toeneemt. De gemeente laat los wat door bewoners zelf of op stadsdeel- of wijkniveau kan worden geregeld. Het Buurthuis van de Toekomst is een mooi voorbeeld van ruimte geven aan de bewoners, terwijl er nog wel ondersteuning en advisering vanuit de gemeente mogelijk is.

De Commissie Loosduinen, inclusief alle bevoegdheden, blijft in stand. De buitengewone inzet van deze Commissie voor Loosduinen is een waardevolle spiegel voor het bestuur.

De Rekenkamer ondersteunt de Gemeenteraad bij het terugdringen van de controle- en regeldruk en waakt over een goede besteding van het belastinggeld, met name bij grote projecten. Door samen te werken met Rekenkamers in de regio en binnen G4 verband kunnen goede voorbeelden van overheidsparticipatie en decentralisaties met elkaar worden vergeleken. 

Wethouders en ambtenaren worden zich bewust van de risico-regelreflex. Het CDA toetst een nieuwe, extra regel eerst op noodzaak en doelmatigheid, voordat ze hiermee instemt. 

Den Haag weet zich een plek te bemachtigen in de Europese bestuursnetwerken, zodat de stad goed aansluit bij Europese besluitvormingstrajecten en nieuwe Europese ontwikkelingen en kansen. Het stadsbestuur opereert zelfbewust en samen met regionale partners op het Brusselse niveau. 

Dienstverlening aan bewoners en bedrijven wordt versterkt. Persoonlijke dienstverlening staat centraal. Digitale dienstverlening kan heel persoonlijk zijn, persoonlijke dienstverlening kan digitaal. Het credo is: 24/7 digitaal (fast service) waar het kan, persoonlijk contact zes dagen in de week wanneer het moet (slow service).

De gemeente moet zich houden aan de termijnen die zij zelf stelt aan het beantwoorden en afhandelen van klachten en meldingen van inwoners. Niet alles hoeft via brieven en e-mails. De gemeente zou vaker de telefoon kunnen pakken en met mensen overleggen.

De gemeente moet kritisch kijken naar het vastgoed dat ze in haar bezit heeft. Vastgoed dat geen direct maatschappelijk verband heeft, moet zo snel mogelijk verkocht worden.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.