01 april 2020

Huisvesting statushouders

Het CDA heeft aanvullende vragen gesteld inzake de huisvesting van statushouders. Zie hieronder de vragen en beantwoording door het college van B&W.

 

 

Vraag 1

In uw beantwoording geeft u aan dat het aantal huurwoningen waar statushouders inzitten niet bijgehouden wordt door de woningbouwcoöperaties. Is er een mogelijkheid om deze getallen toch te achterhalen? Zo nee, waarom niet.

Wij verwijzen naar het antwoord op uw eerdere vraag. De status van huurders wordt niet door de corporaties bijgehouden zodra statushouders zijn geplaatst. Er zijn geen lijsten met daarop aantallen, namen of status van gehuisveste statushouders bij de corporaties.

In de periode van 2015 tot en met 2019 zijn 309 statushouders in de gemeente Noordwijk geplaatst. Dit is inclusief de aantallen statushouders voor Noordwijkerhout en De Zilk. Verhuizingen naar andere gemeenten zitten niet in dit aantal. Het genoemde aantal is gebaseerd op het, in het kader van de taakstelling, verplicht te huisvesten statushouders gedurende 2015 tot en met 2019. Het aantal aan de gemeente toe te wijzen statushouders is gebaseerd op het aantal inwoners van de gemeente.

 

Vraag 2

In uw beantwoording geeft u aan dat de gemeente hoe dan ook aan zijn taakstelling voor het plaatsen van statushouders zal moeten voldoen en dat de voorrangsregeling voor het huisvesten van statushouders in sociale huurwoningen daarom niet zal worden losgelaten. Het CDA begrijpt dat sta tushouders zullen moeten worden gehuisvest en onderschrijft dit ook. Tevens geeft u aan wel te willen zoeken naar alternatieve vormen van huisvesting van o.a. statushouders. Kan dat inhouden dat, wanneer er voldoende alternatieve plekken beschikbaar zijn, er wel zal worden gekeken naar het afschaffen van de voorrangsregels voor het huisvesten van statushouders hij de verdeling van sociale huurwoningen? Immers, er zijn dan alternatieven beschikbaar. Waarom wel of waarom niet?

Zoals ook in de beantwoording van de eerder door u gestelde vragen is gesteld, is het zoeken naaralternatieve locaties mogelijk, maar dan wel in samenhang met andere te huisvesten doelgroepen, zoals starters, spoedzoekers, maatschappelijke opvang, etc.

In een ideale wereld, waarin voor iedereen een passende woonruimte beschikbaar is, zouden voorrangsregelingen en urgentieverklaringen niet meer van toepassing zijn. Immers, iedereen die zich meldt voor woonruimte wordt dan bediend. Zolang dat niet het geval is en vanuit het rijk nog steeds de verplichting bestaat aan de taakstelling huisvesting statushouders te voldoen, is afschaffen van de voorrangsregels voor het huisvesten van statushouders niet aan de orde.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.