Deze week werd er in de Kamer gedebatteerd over de uitbreiding van het steunpakket voor bedrijven. CDA-woordvoerder Mustafa Amhaouch deed daarbij de oproep om zo nodig een commissie in te stellen die niet alleen kijkt of ondernemers aan de letterlijke regels van een regeling voldoen, maar ook naar de geest van een regeling. “Er zijn nog steeds bijzondere uitzonderingsgevallen die met gezond boerenverstand echt in de geest van de regeling vallen, maar toch met lege handen staan.”
Het CDA is wel blij dat het kabinet goed heeft geluisterd naar de ergste noodkreten van ondernemers, en met een fors uitgebreid steunpakket is gekomen. Zo krijgen bedrijven meer en langer steun, krijgen ook meer bedrijven toegang tot de steun en zijn de fiscale regelingen ruimhartig en reëel. Verder komt er voor de evenementensector een garantiefonds. Amhaouch zag echter nog wel een aantal knelpunten.
Zo vroeg hij aandacht voor de reisbranche, waar vooral kleine ondernemers al meer dan een jaar lang te maken hebben met hoge annuleringskosten die niet gedekt zijn. Ook kappers en schoonheidsspecialisten met personeel hebben het moeilijk. Velen van hen hebben voor het begin van de lockdown in december nog net genoeg omzet gedraaid en blijven steken op 20/25% omzetverlies, waardoor ze niet in aanmerking komen voor tegemoetkoming in de vaste lasten (TVL). Terwijl ze inmiddels wel kampen met financiële problemen voor lonen en vaste kosten die ze niet zelf kunnen opvangen. Ook zijn er kleine zzp’ers in de contactberoepen, en rijschoolhouders, die door de partnertoets niet in aanmerking komen voor de ToZo.
Verder uitte Amhaouch zijn zorgen over het feit dat sinds 1 januari gemeenten ondersteuning moeten bieden aan zzp’ers, bijvoorbeeld om hen te helpen van werk naar werk of om hun verdienmodel aan te passen. “We lezen dat veel gemeenten niet klaar zijn voor deze hulp, net zoals de hulp voor schuldhulpverlening aan zzp’ers.”