Vorig jaar werd ik gevraagd om deel te nemen aan de fractie van het CDA. Vroeger had ik nooit kunnen denken dat ik deze keuze zou maken, echter heb ik nu een punt bereikt dat ik daar anders over ben gaan denken. Ik ben dan op dit moment ook de enige boer die de landbouwsector vertegenwoordigt in de gemeenteraad.

Ondanks mijn sympathie voor de BBB, blijf ik bij het CDA.  Van de vier kernwaarden spreekt het rentmeesterschap mij het meeste aan. Ik mag als boer een klein stukje van deze aarde bewerken en probeer daar een goede invulling aan te geven.

Tegenwoordig heeft iedereen een mening over stikstof en klimaat en wordt er vaak gepraat óver de boeren in plaats van mét de boeren. Terwijl andere sectoren ook hun bijdrage moeten leveren, wordt er nu vooral naar de agrarische sector gekeken. Het voelt niet goed dat wij als sector stikstof moeten reduceren, terwijl de andere sectoren dit nog laten rusten.

Het grootste probleem waar boeren tegenaan lopen is dat er gerekend wordt vanuit een model waar je veel vraagtekens bij kunt zetten, terwijl er gekeken moet worden naar de werkelijke staat van de natuur. Op dit moment wordt er nu vooral gekeken naar natuurdoelanalyse. Het blijkt dat als in een bepaald natuurgebied een bepaald habitattype niet beoordeeld kan worden door bijvoorbeeld gebrek aan informatie, het gehele natuurgebied als slecht wordt gekwalificeerd. Dit leidt tot onwerkbare situaties. Hopelijk komt de politiek met een goed antwoord hierop en dus een werkbaar stikstofbeleid.

Tenslotte hoop ik dat er weer meer waardering komt voor het werk wat de boer doet. Het feit dat we naast produceren van voedsel ook het landschap onderhouden, sloten beheren, biodiversiteit, zorgen voor weidevogels en koolstof vastleggen zijn allemaal werkzaamheden die nu nog onderbelicht worden. Mijn ogen als boer zijn gericht op een komend landbouwakkoord, waarmee de overheid en de boeren sámen een plan maken voor de toekomst.

Henk van der Veen

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.