Inbreng commissiedebat over de Uitgangspuntenbrief culturele basisinfrastructuur 2025-2028 (BIS)
(alleen het gesproken woord telt)

Voorzitter,

Afgelopen dinsdag mocht ik – samen met enkele collega’s – een boek in ontvangst nemen namens een grote groep jazzmuzikanten. Zingend en swingend (zo kan het ook) maakten ze duidelijk dat ze zich – letterlijk – te weinig gehoord en gewaardeerd voelen. Jazz is bij uitstek een uitspatting van een creatieve geest, omdat er geïmproviseerd wordt rondom een melodielijn. Is de staatssecretaris het met het CDA eens dat jazz en wereldmuziek horen bij een pluriform cultuuraanbod?

Voorzitter,

De Nederlandse cultuursector gaat straks een nieuwe periode in met de cultuursubsidies van het Rijk. Ik kijk uit naar alle nieuwe producties in 2025-2028. Want als er iets inspireert, dan is het wel deze sector. 
In de brief lees ik dat artistieke vrijheid voor de staatssecretaris de basis blijft. Ik deel het belang van artistieke vrijheid. Maar de basis is toch juist dat iedereen van artistieke vrijheid kan genieten? Deelt de staatssecretaris dit met het CDA?  

Voorzitter, 

De staatssecretaris heeft ons een brief gestuurd, waarin zij haar uitganspunten presenteert voor de nieuwe periode en daar heb ik een aantal vragen over.

De Raad van Cultuur adviseert fysieke toegankelijkheid in de criteria op te nemen. De staatssecretaris kan zich hierin vinden. Cultuuraanbod moet immers toegankelijk zijn voor iedereen. Hoe gaat dit werken in de praktijk? Hoe zorgen we ervoor dat Iris die graag naar festivals gaat niet keer op keer, aan de hand van een doktersverklaring, hoeft te bewijzen dat haar medicijnen nodig zijn op het festivalterrein? Waar zijn de acteurs en makers met een handicap in theater of film? Hoe zorgen we ervoor dat websites zo toegankelijk zijn dat Sander ook gewoon een kaartje kan kopen? Deelnemen aan het 'publieke' leven is voor mensen met een handicap nog altijd een grote barrière. Dat weten we van de mensen zelf en ook van onderzoek, bijvoorbeeld van het Sociaal Cultureel Planbureau met als kop: Lang niet toegankelijk

Voorzitter, 

Dan de Code Diversiteit & Inclusie. Die wordt 'actief onder de aandacht' gebracht en 'levend gehouden door de sector zelf', zo lees ik. Wat zijn de ideeën van de staatssecretaris over deze code als het gaat om deelname van mensen met een handicap? Hoe is deze code dan van toepassing? De Raad adviseert 'stappen' te zetten bij de naleving van deze codes. Welke stappen zijn dat? Ook lees ik dat er een ‘scan’ ontwikkeld is, die ervoor zorgt dat organisaties hun eigen voortgang op diversiteit en inclusie kunnen monitoren. Hoe werkt die scan? Wat is meetbaar? En wat is de status van het kenniscentrum? 

Voorzitter,

Ik heb het onderzoek etnische diversiteit en inclusie in de film- en audiovisuele-sector gelezen. Af en toe las ik in het onderzoek 'iets' over de inclusie van mensen met een handicap. Maar het bleef vaag. Ik zag het kopje 'talent en beperkingen' staan (pag. 50). Ik heb al eerder aangegeven dat wij niet uit moeten gaan van de beperking, maar van het potentieel van mensen. Een ongekend potentieel! Wat betekent de samenvoeging 'talent en beperkingen'?  Is de staatssecretaris bereid een dergelijk onderzoek te doen onder de vertegenwoordiging van mensen met een handicap in de sector? Inclusief 0-meting.

Voorzitter,

Een belangrijk punt voor het CDA is cultuur in de regio. Op werkbezoeken hoor ik regelmatig terug dat de meeste middelen nog altijd naar de Randstad gaan. In maart kwam het advies naar buiten dat Den Haag 'de regio stelselmatig verwaarloosd' heeft. Naar aanleiding van dit bericht heb ik vragen gesteld. Op de vraag welke stappen de staatssecretaris gaat zetten om de principieel 'niet te rechtvaardigen regionale achterstanden' op het gebied van cultuur aan te pakken, antwoordt de staatssecretaris dat het onderdeel van haar beleid is om de versterking van de culturele infrastructuur in Nederland en in het bijzonder in gebieden waar dit het meest nodig is aan te pakken.

Nu kom ik in de brief de woorden 'geografische spreiding' wel tegen, maar op welke wijze gaat de staatssecretaris ervoor zorgen dat de financiële middelen voor cultuur eerlijker verdeeld worden en regionale verschillen afnemen? Is de staatssecretaris bereid om geografische spreiding niet langer mee te nemen als sub-criterium, maar als een volwaardig uitgangspunt voor de komende periode? En hierbij ook oog te hebben voor een minimaal basisniveau van cultuurvoorzieningen, dat past bij de omvang van de regio? Dus bijvoorbeeld in elke gemeente een muziekschool o.i.d. Welke garanties biedt het nieuwe beoordelingskader 2025-2028 hiervoor?

Dank u wel.
 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.