20 september 2017

Cultuurnota Boxtel

Op dinsdagavond 19 september werd de cultuurnota besproken in de raad. De reactie van het CDA was als volgt:

Wij verwachtten en hoopten op een inspirerende en innovatieve visie waar de creativiteit vanaf zou spatten. Met duidelijke doelen en prioriteiten. Niet teveel strakke kaders, maar kansen bieden. Helaas…. dat biedt deze visie niet.

Deze nota bevat, buiten het benoemen van nog een coördinator en een stadskunstenaar, niets nieuws. Deze nota gaat over het belang van kunst en gaat niet over de richting die we op willen in Boxtel. Wat is de visie van dit college op kunst en cultuur en wat wilt u bereiken met deze nota? 

Wat is de uitdaging?

Volgens het CDA is het de kunst om maatschappelijke problemen en uitdagingen op het gebied van educatie, toerisme, zorg en welzijn zoals eenzaamheid, vergrijzing, ontplooiing en het  verbinden van mensen, te koppelen aan kunst en cultuur. 

Het is de kunst om zoveel mogelijk mensen en zeker ook kwetsbare groepen te laten genieten van kunst en cultuur en hen te inspireren. 

Wij verwachtten van u dat u formuleert hoe we dat de komende jaren gaan doen. En welke problemen en uitdagingen we  in onze gemeente gaan aanpakken. Dat staat niet in deze visie. 

Een aantal dingen zijn heel goed maar sommige dingen kloppen in onze ogen niet. 

Het CDA is er trots op dat Boxtel met de beschikbare middelen zo goed vertegenwoordigd is op de cultuurschijf van de VNG. We hebben als dorp van zo’n 30.000 inwoners een enorm groot cultuuraanbod. Als je goed kijkt naar wat hier in dorp ontstaat en gebeurt, zie je dat de chemie gigantisch is. Boxtel kent  een ongekende hoeveelheid initiatieven die gedragen worden door vrijwilligers. Deze initiatieven zijn onderbelicht in dit stuk. Kijk alleen al naar de kunst- en cultuurweek die deze week georganiseerd wordt: nergens in dit document komt Stichting Bockepruick of Bockesprongen voor. Dit soort organisaties krijgen niets of bijna niets en zij zetten iets neer waar heel veel mensen heel veel plezier van hebben. Andere organisaties krijgen in verhouding veel geld maar bereiken veel minder mensen. 

In onze gemeente ontstaan heel veel initiatieven organisch, en bij problemen zoeken de cultuurmakers elkaar op en zoeken samen op creatieve wijze naar een oplossing. De Boxtelse, Liempdse en Lennisheuvelse cultuurmakers weten elkaar te vinden. Na MIK, zijn vele partijen in het gat gesprongen en werken samen en bieden een mooi aanbod van o.a. muziekonderwijs. Geweldig hoe dit is opgepakt. Een ander mooi voorbeeld is QQLQ Boxtel, waarin veel cultuurmakers hun krachten bundelen met doel niet alleen Boxtelaren maar ook mensen van buiten het dorp kennis te laten maken met ons mooie culturele aanbod. Wat wil je nog meer? 

Boxtel is dus niet zo groot dat we elkaar niet kunnen vinden. En anders hebben we altijd nog de Brede Scholen, CultuurBox, een marktplaatscoördinator, cultuurcoördinator, het muziekloket, de muziekconsulent en een wethouder Kunst en Cultuur die ook alle organisaties, het onderwijs en de bedrijven kent of weet te vinden en dus kan verbinden. Waarom wilt u dan een culturele ambassadeur die moet gaan verbinden. Wordt daarom gevraagd door de cultuurmakers? Missen zij iemand? Is dit nodig? Nee, zij zijn zelf de culturele ambassadeurs!

Het is de kunst om met beperkte middelen al die activiteiten vorm te geven. Wij verwachten dat het aanstellen van een betaalde kracht eerder tot demotivatie van onze huidige vrijwilligers zal leiden dan tot verbinding. Bovendien is het niet duidelijk wat de stadskunstenaar/stadsfilosoof/culturele ambassadeur moet gaan doen. De namen verschillen, de omschrijving blijft vaag, het doel is niet helder. Kosten totaal 60.000 euro. 

Wat het CDA betreft: Geen stadse fratsen!   à motie: onderzoek behoefte stadskunstenaar. Alleen CDA heeft voor deze motie gestemd.  

De personeelskosten voor kunst en cultuur lopen flink op. We tuigen een hele poppenkast op.  Er wordt veel geld aan organisatie en gebouwen uitgegeven, terwijl de cultuurmakers het met heel beperkte middelen moeten doen. Die verhouding raakt echt zoek. Het CDA wil niet dat een klein groepje dat profiteert van het budget. We komen vaak dezelfde mensen tegen. 

Het CDA zou het willen omdraaien, geef geld aan de cultuurmakers en geef hen de opdracht bepaalde doelgroepen te betrekken of problemen op te pakken. 

Korte opmerkingen en vragen:

·          Er wordt veel verwezen naar burgerparticipatie. Hoe is dit stuk tot stand gekomen? De gemeenteraad is er de laatste tijd amper bij betrokken geweest. Zijn de cultuurmakers hierbij betrokken geweest en staan zij achter deze visie?  Volgens de wethouder zijn de cultuurmakers in Boxtel betrokken geweest bij dit plan en staan zij achter deze visie. Wij horen andere geluiden.

·          Muziekonderwijs gaat fase 3 in. Zijn fase 1 en 2 geëvalueerd? Hoe zijn deze resultaten gemeten? Mogen we deze evaluaties inzien? Dit wordt toegezegd.

·          Kunst in openbare ruimte – eindelijk weer een nieuw kunstwerk onthuld van Boxtelaar Ad van Iersel, in de Indenhof. Een verrijking. Hier worden geen middelen meer voor gereserveerd. Zonde! 

·          Het CDA maakt zich nog steeds zorgen om het onderhoud van de  bestaande kunstwerken en pleit voor een inhaalslag en wil inzetten op bijhouden van onderhoud en klein herstel. Wanneer gebeurt dit? Wethouder: Dit wordt opgepakt

·          De Tijdlijn en (bestuurlijke) processen klopt niet. CDA heeft meer vragen gesteld dan hierin staat. En waarschijnlijk andere partijen ook. 

Het CDA daagt uit tot een echte visie die toekomstbestendig is. Kom met een nieuw verhaal van een paar A4’tjes. Leg in korte lijnen uit wat u echt wil gaan doen met daarbij een bijlage waar het geld naartoe gaat. We hopen dat u de uitdaging aangaat.

Deze uitdaging is niet door de wethouder opgepakt. Uiteindelijk heeft alleen CDA tegen deze cultuurnota gestemd met de volgende stemverklaring: We missen een duidelijke visie voor de toekomst. En vinden dit een verkeerde verdeling van de beperkte financiën. 

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.