Visie Opgaven verbinden.

CDA Overijssel wil vanuit een positieve grondhouding een bijdrage leveren aan de doorontwikkeling van het landelijk gebied in de provincie. Niet alleen aangeven wat niet kan, maar vooral wat er wél kan. In de afgelopen maanden heeft de breed samengestelde Commissie Landelijk Gebied gewerkt aan de visie ‘Opgaven verbinden’.
Met input ‘van onderop’ van CDA’ers op bijeenkomsten in De Lutte en Dalfsen en in samenspraak met de CDA-fractie in Provinciale Staten en het dagelijks bestuur van CDA Overijssel. ‘Opgaven verbinden’ gaat over leefbaarheid, economie, water en natuur en toekomstbestendigheid.
Er wordt gepleit voor een leefbaarheidsplan voor elke buurtschap of dorp (Mijn dorp 2035) waarin ook het buitengebied aan bod komt. Elke kern moet een ‘gebiedsverbinder’ krijgen die inventariseert wat nodig is op het gebied van welzijn en leefbaarheid en die een verbindende schakel vormt tussen dorpsgemeenschap en gemeente.
Iedere kern moet een ontmoetingsplek hebben, waaraan ook de overheid meebetaalt. Er moet ruimte zijn voor woningbouw voor alle doelgroepen, jong en oud. Ook moet er aandacht zijn voor bereikbaarheid en Commissie Landelijk Gebied pleit voor een gebiedsbudget in plaats van budgetten voor verschillende doelen.
De agrarische sector is sinds jaar en dag de economische drager in het landelijk gebied van Overijssel. De sector levert niet alleen een fantastische bijdrage aan onze dagelijkse voeding en voedselzekerheid. Tegelijkertijd zien we dat de agrarische sector onder druk staat. Marktwerking en wet- en regelgeving maken het steeds uitdagender om een boterham te blijven verdienen. Ondanks dat blijft de agrarische sector ook als beheerder van het buitengebied van onze mooie provincie van groot belang.
Waar de agrarische sector prioriteit heeft, moet terughoudendheid worden betracht met andere functies. In gebieden met meervoudige opgaven moet meer ruimte komen voor niet-agrarische bedrijvigheid, onder meer voor ambachtelijke bedrijven. Daarvoor is meer flexibiliteit nodig in de omgevingsplanen. De agrarische sector moet kunnen rekenen op ondersteuning bij de transitie naar een nieuw verdienmodel, als dat aan de orde is, en er moet een ontwikkelfonds worden opgezet voor de recreatieve sector. Verder is meer inzet nodig om tot een gezamenlijk, sterk toeristisch ‘merk’ voor Overijssel te komen.
Ten aanzien van water en natuur wordt vastgesteld dat het belangrijk is om bestaande natuur te behouden en te koesteren, nieuwe natuur moet het landschap versterken. Er moet een landschapsfonds komen voor groenblauwe diensten buiten Natura 2000-gebieden met langjarige contracten. Daarbij wordt gedacht aan 25 jaar. Verder moet gezorgd worden voor voldoende drinkwater, moeten de overstorten voor rioolwater verdwijnen en hemelwaterafvoeren worden afgekoppeld.
Onderdeel van de oplossing
In de visie ‘Opgaven verbinden’ wordt ervoor gepleit om haast te maken met het opzetten van een carbon credits-systeem met verhandelbare CO₂-certificaten. Ook moeten prestatieafspraken worden gemaakt met woningcorporaties en ontwikkelaars over het toepassen van biobased bouwmaterialen om de verduurzaming vorm te geven. Het moet bestuurlijk worden ingezet om groen gas op lokaal niveau te realiseren en eigen energieopwekking en opslag van energie moet blijvend worden gestimuleerd.
‘Het huidige beleid en de huidige werkwijze zullen ons niet brengen waar we straks moeten zijn. Wij realiseren ons dat dit van velen van ons iets vraagt en niet in de laatste plaats van de agrarische ondernemers. Wij zien de agrarische ondernemers dan ook niet als onderdeel van het probleem, maar als onderdeel van de oplossing. Overheid, ondernemers en inwoners zullen intensiever moeten samenwerken voor een toekomstbestendig landelijk gebied waarin mensen weer centraal staan.’