Beste CDA-vrienden, beste Nederlanders, 

Waarom wil ik het CDA leiden?

Mijn directe aanleiding is helder: de toeslagenaffaire, en vooral het gebrek aan openheid daarover, is een symbool geworden voor overheidsoptreden dat niet meer in dienst staat van hun burgers. Het is een smet op het blazoen van vele andere geweldige ambtenaren die elke dag hun best doen voor een beter Nederland. 

Conform het christendemocratische beginsel ’publieke gerechtigheid’ geloof ik in een overheid als schild van de zwakken. In plaats van een zwaard van Damocles dat boven hun hoofd hangt, zoals in de toeslagenaffaire. Waarin veel mensen door etnisch profileren als fraudeur zijn weggezet. Sommigen verloren geld, sommigen hun huis en sommigen zelfs tijdelijk het gezag over hun kinderen.

Als parlementariër, als burger, als christendemocraat, maar vooral als mens stuit mij dat tegen de borst. 

Deze rechtvaardigheid is niet links, is niet rechts. Notabene samen met de SP ben ik als CDA’er opgetrokken. Want ook in een tijd van polarisatie betekent ‘rechtvaardigheid’ gelukkig voor veel mensen nog steeds hetzelfde.

Opvallend genoeg was de rechtsstaat niet de reden waarom ik de politiek in ging. Ik studeerde econometrie, promoveerde en was vooral geïnteresseerd in een eerlijke verdeling van welvaart. Een noodzaak tot gerechtigheid zag, en zie ik toch ook vooral daar. Met die missie ging ik de politiek in: Hoe kunnen we de markt gebruiken, maar tegelijk temperen? Want de markt is amoreel, maar een goed leven, is dat niet 

Zo arriveerde ik na studies in Exeter, Rome en Florence in Den Haag. Als jonge Doctor in de economie denk je dat alles inhoud is. Maar ik kwam er al snel achter dat dit niet altijd het geval is. Soms moet je knokken. Een pitbullmentaliteit bleek noodzakelijk. 

Beste vrienden, niemand kan de toekomst voorspellen, en politici doen daardoor onder druk te vaak beloftes die ze niet na kunnen komen. En ik ben het beu dat als omstandigheden iemand zijn oprechte inzet doorkruisen, een politicus zich weer in bochten moet wringen omdat hij anders het verwijt krijgt ‘gedraaid’ te zijn. Dat spel maakt onze politiek niet beter. U verdient beter. 

We staan voor grote uitdagingen. Ik kan u niet altijd voorspellen ‘hoe’ ik - hoe wij - het gaan doen, maar wel ‘waarom’ en bovenal langs welke principes. Ik heb dat getracht met deze brief te doen. En verder moeten mijn daden maar voor zich spreken: of dat nou was voor belastingbetalers, ouders, pensioengerechtigden, vervolgde Yezidis of de rechtstaat van onze Europese vrienden Malta en Polen.

Ons land is een van de mooiste en fijnste landen ter wereld. Elke dag ben ik blij, en trots om Nederlander te zijn, op onze samenleving, economie, cultuur én geschiedenis. Maar dat mooie land is het niet zomaar geworden. En zal het ook niet zomaar blijven. En zelfs in zo een land zien we voor sommige mensen problemen die er niet zouden moeten zijn, problemen die oplosbaar zijn. 

Dus het enige dat ik u echt kan beloven, is dat ik mijn best doe. En in plaats van meer beloftes, doe ik een oproep: Laten we samen die problemen, voor die mensen dan ook gaan oplossen. 

En als ik daarin van de leden voor mag gaan, dan doe ik dat. 

Hartelijke groet, 
Pieter

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.