Vraagtekens bij brandveiligheid 160 Haagse flats, lijst van twijfelachtige torens blijft geheim

160 Haagse flats die mogelijk niet brandveilig zijn, worden door de gemeente onder de loep genomen. De eigenaren van de complexen krijgen een brief met de vraag om aan te tonen dat ze wél veilig zijn. Zo niet, dan moeten ze dit zo snel mogelijk regelen. De gemeente wil de lijst met flats niet openbaar maken. 

De dramatische brand in de Londense Grenfell Tower in 2017 kostte meer dan 70 mensen het leven. Een van de redenen dat het vuur zo verschrikkelijk snel om zich heen greep, was de bekleding van de gevel met licht ontvlambaar aluminiumstof. 

Dit drama was niet alleen aanleiding voor de Britten om meer onderzoek te doen, ook de Nederlandse overheid ging inventariseren hoe het staat met de gevelbekleding van hoogbouw. Het leverde voor Den Haag een lijst van 160 flats op, waarvan onduidelijk is of het met de brandveiligheid wel snor zit. Ze krijgen het label oranje of rood opgeprikt, in plaats van de veilige kleuren groen of geel. 

Om welke complexen het gaat, wil de gemeente Den Haag niet openbaren. Die laat weten dat de eigenaren van de torens een brief hebben ontvangen van het stadhuis. Hen wordt gevraagd om, als de flats wél veilig zijn, dat aan te tonen. Mocht een wooncomplex daarentegen gevaarlijk zijn in geval van brand, dan moeten ze dit zo snel mogelijk aanpakken. De bewoners van mogelijk onveilige woontorens worden hiervan pas op de hoogte gesteld als blijkt dat de flat daadwerkelijk onveilig is. Het onderzoek richt zich op flats van 20 meter en hoger en complexen vanaf 13 meter waarin ook een zorgfunctie of kinderopvang te vinden is.

Een eerder artikel in deze krant, waarin gemeld werd dat er landelijk bijna duizend mogelijk onveilige flats zijn, was aanleiding voor CDA-raadslid Cees Pluimgraaff om aan de bel te trekken bij het stadsbestuur. Want hoe zit dat in Den Haag, vroeg hij zich af. Het antwoord kon zijn zorgen niet wegnemen. ,,Het maakt me juist ongeruster”, zegt Pluimgraaff door de telefoon. ,,In de vragen, als ik ze goed lees, rijzen twijfels over brandveiligheid en de verantwoordelijkheid wordt teruggelegd bij de eigenaren van de flats.”

Alleen als vast staat dat de brandveiligheid onvoldoende is, kan de gemeente bijvoorbeeld een dwangsom opleggen. De gemeente kan eigenaren niet verplichten om onderzoek te doen naar gevels van hun flats. Als blijkt dat veel eigenaren de brief van de gemeente terzijde schuiven, gaat de gemeente het ministerie vragen om toch een onderzoeksplicht op te leggen.

Pluimgraaff vindt dat het Haagse college een veel te afwachtende houding inneemt, door de eigenaren te vragen om alle informatie kant-en-klaar aan te leveren. Hij verwacht juist bij een onderwerp als brandgevaar dat de gemeente het voortouw neemt. ,,Pak door. Steek er moeite in door er een inspectieteam op te zetten: mensen met kennis die een oordeel kunnen vellen over een flat. Dat kan ook steekproefsgewijs. Wees proactiever.”

Ook vroeg hij of de lijst met mogelijk brandgevaarlijke flats overlegd kon worden, om daarmee de druk op de eigenaren van die panden op te voeren, zodat ze eerder tot actie zouden overgaan. De gemeente ziet daar niets in en ook Pluimgraaff zelf weet niet of dat eigenlijk wel zo’n goed idee is. 

,,Als ik huurder ben van zo’n flat en ik hoor dat die mogelijk brandonveilig is, dan hol ik weg. Je veroorzaakt alleen maar paniek. Daar moet je voorzichtig mee omgaan, ook omdat die flats niet van vandaag op morgen in brand staan. Eerst moet je onderbouwd een mening kunnen geven over de status van een flat.”

Bron: Algemeen Dagblad
Archieffoto: Jacques Zorgman