15 juli 2025 1 minuten lezen

CDA fracties regio Haaglanden willen meer grip en kaderstelling.

De CDA-vertegenwoordigers uit Delft, Zoetermeer, Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk en Wassenaar hebben vragen aan hun colleges gesteld over het inkoopkader dat in juni in hun raden ter besluitvorming zal worden vastgesteld. De raad is dan aan zet om de kaders mee te geven voor dit inkoopkader dat vanaf januari 2027 gaat gelden voor de regio.

Met deze vragen en de antwoorden willen de CDA-ers meer inzicht krijgen in de jeugdzorg om te komen tot gemeenschappelijke kaders in de regio. Relevant daarbij is dat de hervormingsagenda jeugd aangeeft dat gemeenten in de regio moeten samenwerken. Het CDA wil in de toekomst meer kunnen sturen op effectiviteit in de jeugdzorg. Daarnaast wil het CDA kijken of het aantal gecontracteerde aanbieders kan verminderen? Het aantal is de afgelopen jaren enorm toegenomen. Dat kan door in plaats van de huidige open house constructie (iedere aanbieder die is geregistreerd kan iedere hulpvraag behandelen) te werken met een vorm van aanbesteding. Zo komt de juiste hulp terecht , bij het kind dat het nodig heeft, en wordt kostenbewustzijn, gestimuleerd. Daarnaast vragen de CDA-ers zich af hoe we mogelijk de administratieve lasten kunnen verminderen ,door bijvoorbeeld standaardisering. De CDA woordvoerders Frank Visser, David Weekenstro, Monique de Veld, Jorrit Koster, Helma van Schie, en Sabrina Everaard vinden het belangrijk dat er goede zorg is voor diegene die niet zonder de zorg kan..

Omdat het inkoopkader in juni in de raden wordt besproken en de kaders 1 januari 2026 helder moeten zijn, heeft het CDA deze vragen te gesteld, Vanuit het Rijk ligt er ook nog eens een bezuinigingsopgave. De toename van 1 op 27 naar nu 1 op de 7 kinderen in de jeugdzorg vindt het CDA zorgelijk. De jeugdzorg moet zich meer gaan richten op de zwaardere zorg, waarbij heel goed inzichtelijk moet zijn waar het probleem ligt. Niet bij ieder probleem moet een kind als jeugdzorg kind gelabeld worden. Het moet weer normaal worden om strubbelingen bij het opgroeien binnen het gezin, de sportclub of wel de school op te vangen. Dit zal weer aan de orde komen de regio we in 2026 met een nieuwe regiovisie moeten komen.

Afgelopen donderdag behandelde de gemeenteraad de begroting voor 2025. Eén van de onderwerpen waar het CDA aandacht voor heeft gevraagd is de verkeersveiligheid rondom scholen. Bereikbaarheid ziet het CDA als een basisrecht. Scholen, supermarkt, maar ook bijv. de huisarts moeten makkelijk en veilig te bereiken zijn. Juist ook zonder auto. Kinderen die op de fiets naar school rijden zijn een kwetsbare groep in het verkeer, dat maakt dat veilige fietsroutes naar school zo belangrijk zijn.

Het college had aangegeven dat, als de capaciteit het toestaat, het in 2025 een plan maakt voor de verbetering van de verkeersveiligheid rondom de scholen bij De Poort in Nootdorp, omdat er daar signalen van onveiligheid zijn. En de gemeente wil jaarlijks één schoolroute onder de loep nemen. Op zich zijn we hier natuurlijk blij mee, maar... Pijnacker-Nootdorp telt ca. 12 verschillende schoollocaties, dus met één schoolroute per jaar kun je uittellen dat het heel wat jaren zou duren voor je alle schoolroutes gehad hebt. We vinden dat dit wel wat ambitieuzer kan. Wil je dit goed doen, dan vergt dat mensen en middelen en moet je een goed plan hebben, dat snappen we. Daarom hebben we een motie ingediend die het college vraagt om bij de Voorjaarsnota 2025 met een voorstel te komen voor het onder de loep nemen van alle schoolroutes en de verkeersveiligheidsrisico’s te signaleren. De motie werd unaniem door de raad aangenomen.