29 oktober 2019

Duurzaamheidsvisie Midden-Drenthe

Op donderdag 17 oktober is de duurzaamheidsvisie opiniërend besproken in de commissie Ruimte en Groen. In deze nieuwsbrief zal ik de standpunten van onze fractie weergeven.

Voor het CDA is snelheid geboden als het gaat om duurzaamheid, maar niet ten koste van draagvlak. Door via enquêtes, interviewrondes, inwonersavonden en stakeholderssessies voorlichting te geven en inwoners vragen te stellen is bij de duurzaamheidsvisie betrokkenheid gecreëerd. De grote respons geeft ook aan dat inwoners bereid zijn om mee te denken. Veel mensen ervaren de veranderingen rondom duurzaamheid als ingrijpend en dan is het belangrijk dat men goed meegenomen wordt en betrokken wordt.

Het CDA kan zich goed vinden in de uitgangspunten van de duurzaamheidsvisie:

- Verduurzaming is voor iedereen behapbaar en betaalbaar

- Opbrengsten in de regio houden

- Integraliteit en koppelkansen met andere ontwikkelingen

- Met elkaar&lokaal

Deze uitgangspunten passen ook bij de input die is opgehaald.

Het CDA adviseert het college om bij de ter inzage legging van het document ook de jongeren letterlijk op te zoeken zodat zij zich betrokken voelen bij de toekomst van Midden-Drenthe.

Het uitgangspunt is CO2 neutraal. Als je CO2 neutraal wil worden moet je beginnen met de uitgangswaarden. Deze wil het CDA dan ook graag in de definitieve versie van de duurzaamheidsvisie opgenomen hebben.


Er is de aan de fracties een aantal keuzes voorgelegd :

  1. Zon op dak:inzetten op hoge ambitie 30% of inzetten op gemiddelde ambitie in Nederland (10-15%)?

Het CDA kiest voor de hoge ambitie van 30%.

Onze fractie is altijd van mening geweest dat we onze daken optimaal moeten benutten zodat er zo min mogelijk grondgebonden zonneparken nodig zijn. Onze gemeente heeft bovengemiddeld veel agrarische gebouwen, daarnaast willen we hierbij kijken naar wat de industrie kan bijdragen als het om de daken gaat.

  1. Duurzame energieopwekking met zonneparken en/of windmolens?

Het CDA kiest voor het verduurzamen van de elektriciteitsopgave door middel van:

- grootschalige zonneparken (>2,5 ha, met een ambitie van 50% lokaal eigendom)

- coöperatieve kleinschalige zonneparken (<2,5 ha en 100% lokaal eigendom)

- kleine windturbines (tiphoogte 21 meter en 100% lokaal eigendom).

Het eigenaarschap van de inwoners is hierbij voor het CDA belangrijk, de inwoners moeten mee kunnen profiteren. Daarnaast wil het CDA de deur naar grotere windmolens niet helemaal dicht gooien. De beste manier om elektriciteit op te wekken is een en/en verhaal , dus zowel zonnepanelen als windmolens. Dit omdat niet altijd de zon schijnt en het niet altijd waait. Bovendien gebruik je bij grotere windmolens minder kostbare landbouwgrond dan bij zonneparken. Een belangrijke voorwaarde bij eventuele grotere windmolens is draagvlak. Als dat er niet is dan gaan we niet voor de grotere windmolens.

  1. Hoe gaan we om met vergunningsverlening?

Het CDA is hierbij voor een systeem (Tender*) waarbij je een aantal eisen vaststelt en dan kijkt naar welke vergunningsaanvraag hier het beste bij past.

Bij een Tender houd je niet alleen beter de regie maar heb je ook zeggenschap over in hoeverre inwoners mee kunnen profiteren. Voor ons is het belangrijk dat maatschappelijke partijen ook worden betrokken bij het vormgeven en beoordelen van de ingediende plannen.

  1. Tempo?

Het CDA kiest voor het vaststellen van de Warmtetransitievisie in 2021 en daarna Wijkuitvoeringsplannen plus inzet op besparing en niet voor opschroeven van het tempo.

Hierbij houden we de wettelijke termijnen aan en dit staat initiatieven die er nu al zijn op gebied van verduurzaming niet in de weg. Ook voorlichting over wat men nu al kan doen op gebied van duurzaamheid, kan nu al worden gegeven. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan isolatie, warmtepompen en zonnepanelen. Wanneer we dit tempo aanhouden is er ook de gelegenheid om zoveel mogelijk nieuwe innovaties mee te nemen die je misschien bij een versnelling gaat missen.

  1. De rol van de gemeente bij circulaire economie.

Het CDA kiest voor een faciliterende rol van de gemeente. Dat betekent:

- het nieuwe afvalstoffenbeleid in te richten op behalen van circulaire economie

- uitvoering geven aan circulaire economie door zelf ook het goede voorbeeld te geven met maatschappelijk verantwoord inkopen

- aan de slag met de regiodeal Natuurinclusieve landbouw

- DOEK organiseren waarbij circulaire economie een eigen onderdeel krijgt.

Je kan er ook voor kiezen om nog een actievere rol als gemeente op te pakken. Dat betekent wel extra capaciteit en middelen. Je moet ergens beginnen als gemeente en ook kijken wat er mogelijk is. Landelijk en provinciaal wordt er ook al veel opgezet. Dit hoeven we als gemeente niet nog eens extra op te pakken. Wel kunnen we de goede voorbeelden hieruit gebruiken. Wanneer men bij DOEK* gaat nadenken over circulaire economie is het goed om ook te verwijzen naar mogelijkheden en sites die worden genoemd bij landelijke instanties als het gaat om het grondstoffenakkoord en innovaties.

  1. De rol van de gemeente op gebied van voedsel.

Hier kiezen we voor een proactieve rol van de gemeente. Dat is niet alleen gaan voor Fair Trade (met daarbij ook bewustwording creëren als het gaat om voedsel) en aandacht voor voedsel bij DOEK. Maar ook voor communiceren met inwoners en zorgen voor bewustwording, zelf het goede voorbeeld geven en samenwerking met partijen als LTO en andere stakeholders om gezamenlijk dingen actief van de grond te trekken.

Dit vraagt ook om extra inzet en middelen maar de duurzaamheidsvisie is volgens ons niet uit te voeren zonder goede communicatie bewustwording. Daarnaast is goed overleg met stakeholders als bijvoorbeeld het LTO over wat er kan en niet kan in de landbouw ook heel belangrijk als we spreken over voedsel.

  1. Bod aan de regionale energietransitie.

Om invulling te geven aan de doelstellingen uit het klimaatakkoord zijn er in Nederland 30 regio’s benoemd. Deze regio’s dienen allemaal een zogenaamd bod in en het totaal moet er voor zorgen dat Nederland voldoet aan het klimaatakkoord. Als gemeente Midden-Drenthe moeten we een bod uitbrengen naar de regio Drenthe. Mocht het bod niet hoog genoeg zijn dan moeten we als gemeente opnieuw een bod uitbrengen. Je kan er hierbij voor kiezen om hoog te bieden of een bod uitbrengen gericht op compensatie van het eigen energiegebruik van de gemeente. De CDA fractie kiest voor deze laatste optie.

Reden voor onze keuze is dat wij onze inwoners niet meer belasten willen dan nodig. Dit doet volgens ons het meeste recht aan de betaalbaarheid en behapbaarheid van duurzaamheid voor onze inwoners.


Duurzaamheid is belangrijk en wij willen u/jou graag zo goed mogelijk bijpraten. Wel besef ik dat dit een lange nieuwsbrief met veel informatie is. Mochten er aan de hand van deze nieuwsbrief vragen zijn aan onze fractie dan horen wij die natuurlijk graag.


Ria Beukema

CDA raadslid Midden-Drenthe

 

*Bij een Tender kunnen waarbij voorwaarden uitgewerkt worden in de zin van inspraakmogelijkheden, financiële- en procesparticipatie, meervoudig ruimtegebruik, vergroting biodiversiteit, tegen gaan van inzet goede landbouwgrond enz.

**DOEK staat voor Duurzaamheid Op Eigen Kracht. DOEK is een prijsvraag om duurzaamheid en een duurzame mind-set te bevorderen. Bij DOEK gaat het om een duurzame omgeving/organisatie waarbij 'op eigen kracht' veel gerealiseerd wordt. Alle inwoners van Midden Drenthe kunnen hiervoor plannen indienen.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.