16 januari 2021

Inbreng CDA op armoede onderzoek GGD dd 12-1-2021

Het zal u niet verbazen dat wij behoorlijk teleurgesteld zijn in dit rapport. De verklaring waarom het kwalitatieve onderzoek niet heeft kunnen plaatsvinden bij mensen die zelf armoede ervaren is legitiem en begrijpen we. Maar dat we vervolgens een rapport krijgen met informatie waarvan we het merendeel al in juli ontvangen hebben, of met informatie die al op een andere manier in ons bezit was, daar zijn we van geschrokken.  Daarnaast; je zou verwachten dat er op andere manieren ook wel meer kwalitatieve informatie verzameld had kunnen worden.

In bijlage 1 staan de benaderde instellingen en organisaties, maar in het rapport staat later dat er maar één interview heeft plaatsgevonden en dat is met CLIP.(blz9) Het wordt in het rapport niet duidelijk of men alleen met Clip heeft gesproken en wat er nu wel en/of niet besproken is met de andere benaderde instellingen en organisaties . We zouden daar graag een antwoord op willen hebben?

Op pagina 18 wordt er gesproken over een quick scan bij andere gemeenten waarin wordt aangegeven dat betreffende onderzoekers ook interviews hebben gehouden met ketenpartners, experts of professionals. We missen in het lijstje van dit onderzoek belangrijke lokale partners zoals huisartsen, de Seniorenraad, de Adviesraad Sociaal Domein? Waarom zijn zij niet benaderd? Is er tussendoor contact of begeleiding geweest met onze gemeente over andere mogelijkheden van een kwalitatief onderzoek.

De GGD had eerder al aangegeven dat het rapport vertraagd was omdat ze moeilijk in contact kon komen met mensen die armoede ervaren. Begin november was al duidelijk dat het kwalitatieve gedeelte zoals gepland, dan ook geen doorgang zou vinden. We zouden graag willen weten waarom het dan nog 2 maanden heeft geduurd voordat wij het uiteindelijke rapport hebben ontvangen? En waarom zijn we toen al niet direct gestart met het zoeken naar alternatieven?

Dan wat vragen over de inhoud van het rapport:

Volgens CBS methode leefden er in S&B in 2018: (uitgaande van 110% van het sociaal minimum): 700 personen langer dan 1 jaar en 300 personen zelfs langer dan 4 jaar, in armoede. In verhouding met Nederland misschien laag, maar als je deze cijfers niet gaat vergelijken en alleen aan de áántallen denkt dan is het een vreselijk hoog aantal: 700 personen in 2018 die armoede ervaarden! En we leven nu in 2021 , zitten midden in een Corona pandemie met economische gevolgen en dus de verwachting dat dit aantal zal stijgen.

Een paar technische vragen:

  • Pag. 12 De cijfers welke getoond worden op basis van de CBS methode zijn van 2018, wanneer zijn de cijfers van 2019 en 2020 bekend?
  • Pag 13: SCP tabel niet-veel-maar-toereikendcriterium uit 2017. Is er geen actuelere informatie beschikbaar? We zijn 4 jaar verder. En waarom is er geen tabel met cijfers over het Basisbehoeftenbudget welke in onze ogen belangrijker is.
  • Pag 14 Ouderen met AOW, 440 personen, de cijfers zijn van 2016 terwijl Son en Breugel snel aan het vergrijzen is. Is er geen actuelere informatie beschikbaar?

Bij de conclusie dat niet alle ouderen met een AOW in armoede leven, willen wij graag nog wel een kanttekening plaatsen: er wordt vermeld dat een deel van de ouderen die alleen AOW hebben, een deel vermogen heeft (waaronder spaargeld) en niet tot de lage inkomens/sociaal minimum wordt gerekend. Is dat wel terecht want ook deze inwoners kunnen armoede ervaren. Uit diverse onderzoeken blijkt dat juist deze groeiende groep, vaak 85+ ers, die inderdaad in veel voorkomende gevallen ‘gewoon’ een AOW hebben, toch in armoede leven door hoge woonlasten, door verhuizingen naar woonzorgcentra of aangepaste woningen in combinatie met allerlei extra kosten zoals maaltijdservice, waskosten en niet te vergeten medische kosten. Juist hier zit de stille armoede ook, omdat zij niet voldoende middelen hebben om volwaardig deel te nemen aan het maatschappelijk leven!

Dan een vraag over de samenvatting op pagina 17:

In de samenvatting wordt gesproken over 550-600 personen die in armoede leven terwijl in grafiek op pagina 12, 700 personen staat? Ook al is er een afronding op 50 dan klopt dit aantal nog niet en is het minstens 650

De belangrijkste algemene conclusie (pag 35) van dit onderzoek is dat door een combinatie van verschillende factoren, in Son en Breugel niet alle inwoners met een laag inkomen bereikt en (voldoende) ondersteund worden.

Dat wisten we al in juli 2020 toen we bij de tussentijdse presentatie van het onderzoek al een oproep hebben gedaan om per direct de communicatie te verbeteren. In de aangenomen motie dd. 11 november jl. werd dat nogmaals ondersteund. Ook in dit onderzoek wordt duidelijk (blz 33) dat de voornaamste redenen waarom er geen gebruik wordt gemaakt van de regelingen is:

  • Het niet weten of men ervoor in aanmerking komt en het moeilijk vinden om het uit te zoeken
  • Het niet weten hoe een regeling aan te vragen.

Er wordt nu vermeld in het voorstel dat de communicatie op de website is aangepast en zijn er door CliP folders gemaakt met informatie over de regelingen. Daar hebben we 3 vragen over:

 

Ten eerste Hoe weet je dat folders op de juiste plek terecht komen als er ook stille armoede is? Hoe weet je of de zoektocht op de website nu duidelijker is voor inwoners. Wordt er onderzocht of die verbetering ook effect heeft?

Ten tweede: Op pag 36 in het rapport wordt gesteld dat het een flinke zoektocht is om snel de juiste en complete informatie te vinden op de site van zowel de gemeente als het CMD als S&B verbindt. Wanneer is deze conclusie door de GGD genomen? Na de verbeteringen van de website? Want dan heb ik al mijn antwoord op vraag 1

Ten derde: Hoe staat het met mensen in de bijstand proactief informeren, de wachttijden verkorten, mensen ondersteunen bij een aanvraag, überhaupt een reactie geven, tegenstrijdige antwoorden voorkomen, taalproblemen oplossen en proactief informeren bij wijzigingen. Het werd in juli al genoemd. We weten dus al langere tijd dat het hier ook aan schort. Zijn daar al acties op ondernomen?

Wat betreft aanbeveling 1 , gebruik maken van de armoede monitor CBS en deze koppelen aan gemeentelijke data, willen we graag wel opmerken dat je hiermee niet de Stille armoede vindt.  Deze mensen vind je niet door BKR toetsingen of andere data uit systemen te halen. Daarvoor zijn veel creatievere manieren nodig en we zouden nogmaals de belangrijke rol van een armoede ambassadeur zoals in andere gemeenten wel bekend en met succes, willen benadrukken. Een centraal contact persoon die zich meer richt op hulpverleners die bij de mensen thuis komen. (Zij zien de signalen immers vaak als eerste).Een armoede ambassadeur is  ook een centraal contact persoon die een structureel armoede overleg (aanbeveling 5) faciliteert. Wat het CDA betreft zou deze rol overigens mooi kunnen aansluiten bij de sociaal bemiddelaar die voorgesteld wordt in bijgaande motie.

In aanbeveling 4 wordt het volgende aangehaald: per 1 januari 2021 krijgen gemeenten de mogelijkheid om gegevens van burgers met betalingsachterstanden in een vroeg stadium uit te wisselen met woningcorporaties, energie- en drinkwaterbedrijven en zorgverzekeraars (VNG, 2020).

Is er al een actie in gang gezet om dit te starten?

Voorzitter, ik ga naar mijn afronding toe, maar wil even terug in de tijd: In de commissie vergadering van februari 2019 brachten we dit onderwerp voor het eerst in, 2 jaar geleden intussen!! En we praatten toen al over het huidige nota armoedebeleid wat is opgesteld eind 2006, begin 2007. Nu dus 14 jaar oud!

Om diverse redenen is dit onderwerp op de bestuurlijke planning een aantal keren vooruit geschoven.

En nu is er dus wederom een verschuiving , dit keer naar het TWEEDE kwartaal 2021. Dat is een breed begrip. Wanneer gaan onze (letterlijk, maar intussen ook figuurlijk) arme inwoners daadwerkelijk iets merken van een nieuw beleid?

Het gezondheidsbeleid werd gekoppeld aan dit armoedebeleid.

Door Covid 19 hebben we te maken met toenemende armoede en steeds meer behoefte aan duidelijkheid over inkomensregelingen.

We kunnen onze inwoners toch echt niet langer meer laten wachten!

We willen van de wethouder dan ook graag een concretere datum dan enkel het genoemde kwartaal en vragen om eea uiterlijk in april 2021 afgerond te hebben. Daarnaast willen we graag weten of er onderzoek gedaan gaat worden naar een armoede ambassadeur, welke partijen er door de gemeente wél betrokken gaan worden in hun eigen onderzoek en welke snelle concrete verbeteringen er in de tussentijd al gestart gaan worden.

 

 

De vergadering terugkijken:

https://sonenbreugel.notubiz.nl/vergadering/783660/Commissie%20Burgerzaken%2012-01-2021

 

 

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.