24 januari 2024

CDA Deventer wil meer politiecapaciteit

De laatste jaren komt Oost-Nederland er structureel slecht vanaf bij de sterkteverdeling van de politiecapaciteit. In het nieuwe ontwerp Meerjarenbeleidsplan Politie 2024-2027 zou hier niet of nauwelijks verbetering in komen. Met directe gevolgen voor de magere toebedeling van politiepersoneel aan het basisteam IJsselland-Zuid waar Deventer onder valt. CDA-raadslid Ad van der Linde drong erop aan dat de burgemeester in een zienswijze hiertegen bezwaar maakt. Dit amendement werd vanavond unaniem aangenomen in de gemeenteraad.

De politiecapaciteit voor IJsselland-Zuid, waar Deventer onder valt, is ontoereikend: Er is een aantoonbaar tekort aan politiecapaciteit waardoor onder meer de wijkagenten te weinig tijd aan hun wijk kunnen besteden dan nodig is omdat zij steeds voor andere diensten moeten bijspringen. Er is bij de politie continu sprake van schaarste management om met de bestaande tekorten om te kunnen gaan.

Verschillende onderzoeken laten zien dat Oost-Nederland er zeer pover vanaf komt in de toebedeling van Politiecapaciteit. Dit wordt tot 2028 volgens dit regionale beleidsplan niet veel beter en dat heeft volgens CDA Deventer direct negatieve gevolgen voor de openbare orde en veiligheid in Deventer.

Zelfs de regioburgemeester Hubert Bruls heeft zich publiekelijk geuit (de Stentor 13 januari 2024) dat grens is bereikt en spreekt over substantiële tekorten nu en in de toekomst. Ook andere ontstemde burgemeesters roeren zich is te lezen in verschillende media. Dus vindt Ad van der Linde dat ook Deventer daar wat van moet zeggen. Hij diende een amendement in met een zienswijze brief om de burgemeester te bewegen zijn ongenoegen uit te spreken over de onvoldoende toebedeling van de politiecapaciteit aan Deventer. “Als je nu niets zegt over de tekorten, sta je tot 2028 achteraan als het gaat om adequate toebedeling van de gewenste politiecapaciteit en kunnen we ons eigen veiligheidsbeleid niet uitvoeren”, aldus van der Linde.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.