24 april 2017

Fractievoorzitter Aline Pastoor stelt zich voor

Ooit vroeg een leraar: wat zeiden je ouders, als ze jou vroeger naar school brachten? Ik wist het meteen. ‘Veel plezier vandaag!’ Zijn reactie: ‘Dat neem je nu dus elke dag mee. Maak er een fijne dag van, voor jezelf én je omgeving’. Vooral dat laatste was thuis een vanzelfsprekendheid. Er zijn voor elkaar, iets betekenen voor een ander.

Ik ben met politiek en christendemocratie opgegroeid. Mijn vader en opa waren burgemeester, mijn moeder runde het boerenbedrijf van haar ouders en richtte later een lokale christelijke partij op. Als meisje zat ik op de tribune van de raad, begreep er weinig van, maar was er wel door gefascineerd. Mijn ouders waren enorm betrokken. Ze hadden een duidelijke mening over hoe je met elkaar omgaat, wat samen leven daadwerkelijk betekent. Dat neem je je hele leven mee.

Ik kan me nog goed het beeld voor ogen halen van vrouwen in de Schilderswijk die voor het eerst leerden fietsen. Ik was daar directeur van een welzijnsorganisatie, ik kon een beroep doen op meer dan 300 vrijwilligers. Zij hadden fietsen verzameld en zichzelf opgeleid tot ‘fietscoach’. Wiebelend stapten de vrouwen op de fiets, eerst onzeker, daarna steviger en in staat om hun hand uit te steken. Zo fietsten zij letterlijk de straat uit. Een paar maanden later zag ik hen fietsen met hun kind achterop. Een paar jaar later zijn deze vrouwen zélf fietscoach geworden. Nu leren zij andere nieuwkomers fietsen!

Dat beeld past goed bij alles waar ik in geloof. Een beschermende hand voor mensen die niet op eigen benen kunnen staan. Maar als er geen beperkingen zijn, kun je zelf leren fietsen. En als je er toch niet uitkomt in je eigen omgeving, kan de overheid je op weg helpen. Maar ook die laat je misschien een keer los, zodat je de hoek om kunt gaan.

Ik weet nog goed hoe ik zelf de hoek omfietste. Mijn opa liet mij zomaar los! En hoe trots ik was toen onze kinderen – we hebben er drie – voor het eerst zonder zijwieltjes de straat hier in Austerlitz uit fietsten. Natuurlijk wilde ik hen het liefst vasthouden, maar ik wist dat zij het zelf konden.

Mijn werk als conrector op een middelbare school en als welzijnsdirecteur hebben mij gesterkt in mijn keuze voor het CDA. Ik zag in de praktijk hoe regels konden knellen. Hoezeer leraren en maatschappelijk werkers bezig zijn met administratie in plaats van met kinderen en ouders. Ik ben de politiek ingegaan om daarin verandering te brengen. Eerst in de Haagse gemeenteraad. Na onze verhuizing naar onze prachtige groene gemeente Zeist ben ik hier fractievoorzitter geworden.

Nog steeds zie ik dat er regels knellen of dat het moeilijk kan zijn om de weg naar het gemeentehuis te vinden. Mensen voelen zich niet altijd gehoord. Zijn het vertrouwen in de politiek kwijt. Dat trek ik me aan. Want de lokale politiek kan juist het verschil maken. Daarvan ben ik overtuigd. Neem nu zwemles: afgeschaft op school. CDA-Zeist heeft ervoor gezorgd dat kinderen die het behalen van diploma A niet kunnen betalen, een extra beroep kunnen doen op het jeugdsportfonds.

Ook zien we dat ouderen graag langer thuis willen wonen, of ouders met een gehandicapt kind. Maar hoe betaal je dan die inloopdouche beneden, of het weghalen van drempels? Dat kan nu mede dankzij CDA-Zeist via een zogenaamde ‘Blijverslening’.

Zeist staat er goed voor. De mensen die zorg nodig hebben, kunnen dat krijgen. Het centrum wordt mooier. Kerckebosch heeft een landelijke prijs gewonnen. Het CDA maakt deel uit van dit college en we hebben een sterke fractie. Daar ben ik trots op. Maar uiteindelijk gaat het erom hoe we met elkaar en naast elkaar samen leven in Zeist, zonder vooroordeel en met oog voor elkaar. Een opgave die ik ook als mijn verantwoordelijkheid voel. Daarom maak ik tijd voor de mensen om me heen. Op school geef ik damles, ik help bij de bibliotheek en draai bardienst bij de sportclub. In de raad blijf ik het opnemen voor de mensen die het nodig hebben. Durf ik mijn nek uit te steken als het nodig is. Zo probeer ik van iedere dag een fijne dag te maken, door iets te kunnen betekenen voor een ander.

Bron: Stadspers woensdag 12 april 2017

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.