In de ogen van CDA Dinkelland gaat het programma landelijk gebied van de provincie Overijssel teveel over mensen in plaats van samen met de mensen in het gebied, stelt CDA-raadslid Jeannette Paus. ‘’De bewoner, beheerder en gebruiker moeten in de plannen voor het buitengebied centraal staan.’’


Teveel over in plaats van met de mensen
Begin mei zijn de gemeenteraden in Noordoost-Twente (Tubbergen, Losser, Oldenzaal en Dinkelland) over het provinciaal programma landelijk gebied bijgepraat. In dit programma staat de aanpak van de opgaven natuur, klimaat, water en landbouw. ‘’Ons bekruipt het gevoel dat het proces van dit programma hetzelfde verloop als Natura2000 krijgt. In onze ogen teveel over de mensen in plaats van samen met de mensen in het gebied'', vindt Paus.

Betrek en luister naar inwoners
CDA Dinkelland vindt een goede staat van de natuur belangrijk en maakt zich tegelijkertijd zorgen over de gevolgen voor de leefbaarheid van het buitengebied en de kleine kernen. ‘’Het provinciale programma gaat veel voor bewoners en grondeigenaren betekenen. Nu brengt het onzekerheid en onrust aan de keukentafel met zich mee’’, ziet Paus. Zij pleit voor het beter betrekken van bewoners en gebruikers van het buitengebied. ‘’Neem de inwoners mee, betrek en luister naar hen. Alleen zo ontstaat er een gedragen plan.’’ CDA Dinkelland pleit voor regie bij de mensen in het gebied en ruimte voor eigen initiatief om aan de vele opgaven van het buitengebied te werken.

Vertrouwen
CDA Dinkelland wil van het college van B&W weten welke partijen zijn betrokken, wanneer besluitvorming plaatsvindt en hoe er aan vertrouwen tussen bewoners, grondeigenaren en de overheid wordt gewerkt. ‘’In de eerste versie van het programma komt het woord leefbaarheid niet voor. Heeft het college aandacht voor de mogelijke gevolgen voor de leefbaarheid?’’. Het college beantwoordt binnen dertig dagen de vragen. Op 1 juli dient de provincie Overijssel het ontwerp PPLG aan het Rijk in.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.