04 juli 2023

CDA Hoogeveen over nota schuldhulpverlening: 'Terug naar de tekentafel'

CDA Hoogeveen heeft bij monde van fractievoorzitter Femke Koekoek gevraagd om de beleidsnota Schuldhulpverlening 2023-2027 niet vast te stellen maar aan te passen cq te wijzigen met in ieder geval de volgende aspecten:

  • De kaders voor schuldhulpverlening en daaraan gekoppeld de beleidsdoelstellingen
  • Visie op de rol van de gemeente ten aanzien van schuldhulpverlening als publieke taak
  • Verkennen van de mogelijkheden van het overnemen van schulden, het in dienst nemen van bewindvoerders, introduceren van een pauzeknop en een Jubeljaar;
  • In het kader van vroeg signalering en preventie pro-actief de wijken in te gaan en de inwoners te bezoeken als er sprake is van betalingsachterstanden al bij het eerste signaal;
  • Schrappen van de term recidive en consequent vervangen door nazorg

Lees hieronder de uitgebreide motivatie van Koekoek bij bovenstaande punten:

Voorzitter,

Het fenomeen schulden is veel gevaarlijker dan we vaak denken. In tegenstelling tot wat we vaak denken, hebben schulden weinig tot niets te maken met armoede. Schulden kunnen iedereen in hun greep krijgen. Ongeacht inkomen. Ongeacht achtergrond. Ongeacht hoe zonnig je leven er nu uit ziet. Iedereen in deze zaal kan het overkomen. En erger nog, schulden zijn een onzichtbaar probleem.

De schuldenproblematiek lijkt een ogenschijnlijk makkelijk op te lossen probleem voor een land waar in principe geld genoeg is. Maar toch lukt het ons niet om het probleem echt aan te pakken. De afgelopen jaren is er ontzettend veel aandacht geweest voor de complexe wereld van schulden en schuldhulpverlening. Zo brak eind 2016 de NPO deze wereld vol schaamte en geslotenheid open met uitzending van de Humanserie ‘Schuldig’. Maar ook in de Tegenlichtuitzending ‘De Kloofdichters’ van begin dit jaar werd pijnlijk duidelijk in beeld gebracht hoe slecht wij zijn in het oplossen van deze problematiek.

Deze problematiek gaat dan ook niet alleen over te veel geld hebben uitgegeven. Allereerst en allermeest maken schulden mensen klein en afhankelijk, ze vormen een aanslag op de eigenwaarde van mensen. Schulden gaan niet alleen over geld, ze gaan zelfs niet alleen over armoede. Tijdens de rondetafelgesprek over schulden werd het in deze zaal twee maanden geleden nog gezegd: slechts 16% van onze inwoners met problematische schulden heeft ook een laag inkomen. Schulden gaan over zoveel meer dan geld, ze gaan over eenzaamheid, schaamte, stress, zorgmijding, zelfbeeld, sociaal leven, schoolprestaties en ga zo maar door. En daarnaast is er nog een andere wrange kant aan schulden. Er bestaat een heuse schuldenindustrie die er baat bij heeft om mensen in de schulden te houden. Voor het innen van sommige schulden wordt een veelvoud van het oorspronkelijke schuldbedrag aan kosten gemaakt, kosten die deels worden vergoed door de samenleving als collectief, maar deels ook financieel en emotioneel voor rekening komen van diegenen die toch al in de problemen zitten.

Onze verwachtingen voor deze nota Schuldhulpverlening waren groot. En dat is ook niet verwonderlijk. Het CDA heeft immers de thema’s armoedebestrijding en schulden als topprioriteiten benoemd en kreeg daarvoor al aan het begin van deze raadsperiode bijval van zowel de raad als het college.

In Hoogeveen is armoede een groot probleem. Maar bovendien, en ook dat hebben we eerder gezegd, baart de Hoogeveense schuldenproblematiek ons grote zorgen. En dan verwacht je dat er een gevoel van urgentie spreekt uit de nota schuldhulpverlening. Dat maximaal ingezet wordt om schulden terug te dringen. Dat buiten de gebaande paden wordt gekeken. Dat er innovatieve maatregelen worden opgenomen. Maar helaas, niets van dat alles in deze nota.

Voorzitter, ik stel mij altijd de vraag, kan ik dit voorstel zaterdag, als ik mijn boodschappen doe op de markt, uitleggen? Kan ik komende zaterdag uitleggen dat er iets gaat gebeuren met de schuldhulpverlening, dat we schulden gaan terugdringen en mensen hierbij echt gaan helpen? Helaas, dat lukt mij niet. Het enige dat ik zou kunnen zeggen is: ‘De triage, de intake voor hulp, die lijkt nu goed geregeld te worden’. Maar verder zou ik beschaamd toe moeten geven dat we in tegenstelling tot onze ervaringen uit het verleden gewoon blijven doen wat we al deden in de hoop dat deze aanpak op wonderlijke wijze in de toekomst wèl zal helpen.

Voorzitter, nu naar de voorliggende nota:

  • Positief is dat de triage nu goed geregeld lijkt te zijn, waarbij het accent vooral bij de vrijwilligers lijkt te liggen. De vraag is of het niet wenselijk en noodzakelijk is dat er toch een professionele coördinator komt om alles in goede banen te leiden? Heeft de wethouder hierover gesproken met de vrijwilligersorganisaties?;
  • Positief is dat de cliëntenraad een uitgebreid advies heeft gegeven en ook terechte punten heeft aangedragen die grotendeels door het college zijn overgenomen;
  • We hebben een dubbel gevoel bij de samenwerking met de vrijwilligersorganisaties. Voor het CDA is het goed om hierin samen op te trekken, maar de vraag die bij ons opkomt, leggen we de bal, verantwoordelijkheid en de ballast niet teveel bij de vrijwilligersorganisaties? Heeft het college een eigen visie op de vraag of schuldhulpverlening een publieke taak is of doet zij vooral minimaal het wettelijk dat is voorgeschreven?
  • Minder positief zijn wij over Vroegsignalering en preventie: uit de nota spreekt geen proactieve houding uit om mensen te benaderen, waarom gaan we niet specifiek meer de wijken in, de smederijen en de woningbouwcorporatie kennen de wijken goed en weten wat er speelt? We hebben nu wettelijk de mogelijkheid om inwoners te benaderen als er sprake is van betalingsachterstanden, waarom beperken we ons daarbij met het sturen van een brief, we weten toch dat deze op de stapel ongeopende brieven dan belandt als er sprake is van problematische schulden, zeker een brief van de overheid? Bovendien zouden we ook meer gebruik kunnen maken van de Voorzieningenwijzer, wellicht kan er al dan niet tijdelijk de capaciteit van de voorzieningenwijzer uitgebreid worden om nog meer hulpvragers te kunnen bereiken en te helpen;
  • We vragen aandacht voor de relatie met andere stukken. Deze nota schuldhulpverlening heeft relatie met het actieplan armoedebestrijding en de toekomst van de GKB
  • Tot slot, het woord recidive, laten we dat per direct schrappen, we hebben het hier over mensen in de schuldhulpverlening, niet over criminelen. Het is veelal niet de eigen schuld van mensen dat ze in de schulden komen.

Voorzitter, afrondend,  zoals gezegd, onze verwachtingen waren hooggespannen, maar we zijn teleurgesteld en vinden zoals de nota nu voorligt niet rijp voor besluitvorming. We vinden dat het plan terug moet naar de tekentafel en ten minste op de volgende zaken nader aangevuld dient te worden (we komen hierover met een amendement)

  • Gezien de urgentie en het feit dat armoedebestrijding en schuldenproblematiek topprioriteit moet zijn en onze huidige aanpak nog onvoldoende werkt, vinden wij als CDA dat er naar innovatievere maatregelen en instrumenten dient te worden gekeken, zoals de introductie van een pauzeknop, overnemen van schulden en een zogenoemd Jubeljaar.
  • Schulden mogen geen verdienmodel zijn, daarom vinden wij dat bewindvoering in eigen beheer gedaan dient te worden en iedere vorm van marktwerking hieromtrent tegengegaan moet worden
  • Er ontbreken kaders voor dit beleid. Kaders en beleidsdoelstellingen worden op 1 hoop gegooid, maar dat is onjuist, hiermee kunnen wij als raad niet onze kaderstellende rol vormgegeven.
  • We missen een eigen visie van het college op de eigen rol van de gemeente ten aanzien van schuldhulpverlening als publieke taak.

Voorzitter, afrondend, bovengenoemde punten zijn voor ons onderwerpen voor debat.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.