Rol van de overheid en financiën

De gemeente is er voor de inwoners en niet andersom. De kracht zit bij de mensen in de samenleving. Hun ideeën, initiatieven en wensen zijn leidend. Het gemeentebestuur en de gemeentelijke organisatie zijn daaraan ondersteunend. Het doel is om naast initiatiefnemers te staan, hen de ruimte te geven en te faciliteren. De rol van de gemeente is steeds vaker “Mede mogelijk maken”, in plaats van zelf trekker te zijn en uitvoerder. Daarom is het belangrijk om inwoners, ondernemers en organisaties ook te betrekken bij de koers van de gemeente en (nieuwe) beleidsvraagstukken, zoals bijvoorbeeld de invoering van de Omgevingswet. En dat alles binnen de financiële mogelijkheden. Het gemeentelijke huishoudboekje behoort op orde te zijn, inclusief een appeltje voor de dorst in moeilijker tijden. Uitgaven moeten bijdragen aan de maatschappelijke doelen.

Ons actieprogramma:

  • Het afschaffen of vereenvoudigen van verplichtingen (protocollen, invulformulieren, verantwoordingsdocumenten), waaraan organisaties en vrijwilligers nu moeten voldoen. Deze “bijzaken” leiden af van waar het werkelijk om gaat en ze belemmeren positieve ontwikkelingen.
  • Inwoners krijgen elk jaar bij hun OZB-aanslag een korte toelichting op waar het gemeentelijke geld aan wordt uitgegeven en welke resultaten daarmee worden bereikt.
  • De gemeente richt zich meer op ondersteuning en het mede-mogelijk-maken van particuliere initiatieven (bijvoorbeeld secretariële ondersteuning voor duurzaamheid corporaties), in plaats van zelf overal het voortouw in te nemen. Hiervoor wordt een brede gereedschapskist ontwikkeld, die door kennis en ervaring steeds wordt geactualiseerd en zo een vliegwieleffect veroorzaakt. In de doorontwikkeling van de ambtelijke organisatie BOH krijgt de invulling van deze “nieuwe rol” een prominente plek.
  • Er moet een “Knooppunt” komen waar organisaties en mensen met ideeën en initiatieven terecht kunnen voor informatie, ondersteuning en contact met anderen in de gemeente Hardenberg. De gemeente moet meer de rol pakken van verbinder van partijen.
  • De gemeente kijkt steeds minder naar het principe van “precedentwerking”. Niet elke kern of dorp is hetzelfde. De wensen en behoeften kunnen per kern dan ook anders zijn. Daarom moet er in toekomstige dorpsvisies voldoende ruimte zijn om lokaal ondersteuning te kunnen verlenen, zonder gemeente brede regelingen.
  • Mede daarom: het starten van experimenten met buurtbudgetten.
  • Onderzoek naar activiteiten of beleid, dat in tegenspraak is met het stimuleren van initiatieven uit de samenleving. En vervolgens bepalen of deze zaken kunnen worden gestopt of afgestoten.
  • Er is voldoende budget beschikbaar voor ondersteuning van lokale en kleinschalige evenementen. De leges, die vrijwilligersorganisaties voor deze evenementen moeten betalen, worden geschrapt. Tevens wordt aan de evenementen een meerjarenvergunning verstrekt. Dat ontlast de organisatoren en de gemeente. Deze plaatselijke activiteiten dragen bij aan de sociale samenhang in dorpen en kernen. En ze ondersteunen financieel het werk van vele vrijwilligers.
  • De gemeente werkt met een sluitende structurele meerjarenbegroting. Overschotten in de reserves mogen ingezet worden voor incidenteleuitgaven.
  • De onroerendzaakbelasting wordt jaarlijks met niet meer dan de inflatie-correctie verhoogd. De gemeentelijke belastingen zijn niet hoger dan in vergelijkbare gemeenten. Dit geldt zowel voor inwoners als bedrijven.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.