25 november 2010

Van de voorzitter

Het kan niet worden ontkend dat het CDA weer midden in de belangstelling staat.  Zowel buiten als binnen de partij leeft de zaak. Een tweetal onderwerpen hebben mij de laatste tijd bezig gehouden.

De vorming van een nieuw kabinet heeft de partij danig in beweging gebracht. Zowel in de bijeenkomsten die gehouden werden, als de gesprekken die je met de mensen om je heen voerde, brachten heel wat emoties naar boven. Bijna iedereen had een mening, die blijk gaf van betrokkenheid. Helaas liepen die meningen nog wel eens uiteen. De discussies die ontstonden, betekenden in elk geval dat de partij leeft.  De wijze waarop de discussie is afgesloten, op het landelijk congres, heeft de kwaliteit van de partij en haar leden laten zien. Ik hoop dat deze regering een bijdrage levert aan het oplossen van de problemen in het land. Gelukkig staat Nederland er op Europees niveau gezien, goed voor. Het valt voor de mensen om ons heen, die geen lid of kiezer van het CDA zijn, lastig te erkennen, maar deze goede uitgangspositie is toch ook één van de positieve resultaten van de Balkenende kabinetten.  Een andere discussie die gevoerd wordt is het achterhalen van de oorzaken van het grote zetelverlies, wat onze partij heeft geleden.  Er is een speciale commissie, de commissie Frissen,  die zich hier mee bezighoudt. Landelijk zijn er diverse bijeenkomsten georganiseerd. Zelf mocht ik op een bijeenkomst in Leek aanwezig zijn. De leden waren kritisch in hun oordeel. Het gaat daarbij o.a. over thema’s als de identiteit, het sociale gezicht, het democratisch gehalte van de besluitvorming, vervreemding van de achterban en elitevorming binnen de partij.  Ook maatschappelijke organisaties worden bij dit onderzoek betrokken. Of deze thema’s de CDA kiezer die geen lid is van de partij interesseert, is voor mij nog niet duidelijk.

Het onderzoek zal binnenkort ongetwijfeld worden gepresenteerd en iedereen zal hier kennis van kunnen nemen. De pers zal er vermoedelijk alleen datgene uitpikken wat  hun goed uitkomt. Dat dit zelden overeenkomt met het belang van onze partij zal een ieder wel duidelijk zijn geworden in de afgelopen maanden. Dus mijn advies is om ook de eigen partijinformatie te raadplegen.

Iets wat mij verbaast heeft op de bijeenkomsten over beide thema’s is de discussie over de identiteit.  Er is een groep die niet of nauwelijks meer gehecht is aan de christelijke identiteit van het CDA. Dit doet mij persoonlijk veel verdriet, omdat ik het gevoel heb dat dit met name in Drenthe sterker leeft dan in Groningen en Friesland. Ik hoop dat het CDA zich bewust blijft van haar christelijke basis.  Als we dit verliezen, is er nog minder wat ons aan elkaar bindt en het einde van de partij kunnen inluiden.

Voor de komende periode staan de provinciale verkiezingen weer op de agenda.  Vanuit Aa en Hunze staan er twee kandidaten op de conceptlijst. Wat ik op de provinciale bijeenkomst over dit thema heb gemerkt is dat elke gemeente vecht voor zijn eigen kandidaat. Op de komende ledenbijeenkomst zullen we deze lijst presenteren.  Let dus goed op wanneer de uitnodiging in de bus valt en denk dan ook met name aan de kandidaten vanuit Aa en Hunze.

 

Jan van der Heide

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.