23 februari 2019

CDA Raadsleden Mastenbroek en Henssen stellen technische vragen aan Burgemeester en Wethouders aangaande Kadernota Integrale Veiligheid.

Inleiding Op donderdag 21 februari a.s. wordt het raadsvoorstel aangaande de Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek besproken in de Ronde. Naar aanleiding van dit voorstel heeft raadslid M. Mastenbroek (CDA) op 14 februari 2019 een technische vraag gesteld. Hieronder treft u deze vraag aan, alsmede de beantwoording hiervan. 

 

Beantwoording technische vraag In het kader van het (sub)thema ‘Na-ijlende effecten steenkolenwinning / stijgend mijnwater’ vraagt raadslid Mastenbroek naar de stand van zaken ter zake: 

1.    De effecten van het stijgende mijnwater op de industriële complexe gebouwen; 

2.    De mogelijke effecten op de woningen in stadsdeel Geleen; 

3.    De mogelijke gevolgen voor het woningbouwprogramma. 

 

Beantwoording technische vraag Algemeen: Er wordt een programma opgesteld om de na-ijlende effecten te monitoren. Zoals nu kan worden overzien is de gevolgschade beperkt en zijn er geen acute veiligheidsrisico’s in de gemeente Sittard-Geleen. Het grootste deel van de te verwachten stijging van de bodem heeft inmiddels plaatsgevonden. 

1.    In Sittard-Geleen zijn de voornaamste risico’s toe te schrijven aan ongelijkmatige zettingen. Het potentiële impactgebied ligt in de ondergrond langs de aanwezige geologische breuklijn in het concessiegebied van de voormalige staatsmijn Maurits. Het gaat daarbij om de Heerlerheide breuk in Geleen die globaal van het Julianakanaal ten Noorden van Berg aan de Maas via Lindenheuvel en ten Noorden van het centrum van Geleen naar Puth loopt. Boven deze breuklijn en het bijbehorende impactgebied bevinden zich geen industriële complexe bouwwerken. De Heerlerheide breuk doorsnijdt het Chemelot terrein bij de Louise groeve nabij de kruising Urmonderbaan / Burgemeester Lemmensstraat. Op dit deel van het Chemelot terrein bevinden zich echter geen industriële bouwwerken. 

2.    Onder punt 1 is aangegeven dat de voornaamste risico’s rond de Heerlerheide breuk liggen. In de onderzoeken wordt specifieke aandacht gevraagd voor een gebied nabij de Napoleonbaan Noord in Lindenheuvel. In dit gebied is een groot aantal drempels in de ondergrond aanwezig en is het risico op schade het grootst. Dit potentiële impactgebied is grotendeels bebouwd. Bewoners die eventuele schade hebben ten gevolge van na-ijlende effecten kunnen zich melden bij het waarborgfonds. 

3.    Indien nieuwbouw plaatsvindt in het potentiële impactgebied rond de Heerlerheide breuk in Geleen dan wordt er door de toetsende medewerker van de gemeente gewezen op de risico’s ten gevolge van het bouwen in een potentieel impactgebied. Bij het ontwerp van de constructie dient de constructeur vervolgens maatregelen te treffen waarmee de kans op schade wordt geminimaliseerd. Deze signaalfunctie wordt in het nieuw te volgen Vergunningen-, Toezicht- en Handhavingsbeleid (VTH-beleid) opgenomen. Vooralsnog heeft dit geen gevolgen voor het woningbouwprogramma. 

 

 

 

 

 

 

 

Inleiding Op donderdag 21 februari a.s. wordt het raadsvoorstel aangaande de Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek besproken in de Ronde. Ter voorbereiding op deze Ronde heeft raadslid P. Henssen (CDA) op 17 februari 2019 enkele technische vragen gesteld. Hieronder treft u deze vragen aan, alsmede de beantwoording hiervan. 

Beantwoording technische vragen 

·      ØVraag 1:
In de afgelopen jaren is de Gemeente Sittard-Geleen gestart met acties over buurt-/wijk veiligheidsplannen. Dit was/is destijds opgepakt door dhr. Bindels. In de kadernota wordt er geen melding van gemaakt. Ons inzien vallen deze acties onder het thema wijkgericht werken. Kunt u aangeven of e.e.a. is opgesteld en waar deze plannen ter inzage liggen of staan? 

·      Antwoord vraag 1:
We zijn inderdaad gestart met het opstellen van wijkveiligheidsplannen. Dit zal terugkomen in het Uitvoeringsplan 2019-2020. Gestart is met stadsdeel 5. Op dit moment zijn de conceptrapportages van de buurtschouwen van de wijken Kemperkoul en Overhoven gereed. Deze rapportages zijn de input voor de wijkveiligheidsplannen. Conform planning zullen de concept wijkveiligheidsplannen van voornoemde wijken eind maart aan de wijkbewoners of diens vertegenwoordiging worden voorgelegd. Hierna worden deze plannen afgerond en vastgesteld door het college. Desgewenst worden de plannen vervolgens ter kennisname aan de gemeenteraad aangeboden. In maart worden de buurtconsultaties van de wijken Baandert en Vrangendael ingepland. Planning is dat de wijkveiligheidsplannen van deze wijken mei/juni gereed zijn. 

·      ØVraag 2:
Personen met verward gedrag vragen extra aandacht. Er is een stijgende trend waargenomen. Kunt u aangeven of er nu nog steeds een stijgende lijn wordt waargenomen. Welke extra kosten zijn hieraan verbonden en is dit in begrotingen meegenomen of krijgen we de rekening hiervan achteraf? 

·      Antwoord vraag 2:
Ja, er is sprake van een stijgende trend m.b.t. de politiemeldingen die worden geoormerkt als “e33 meldingen” (pagina 11 van de kadernota, registraties over personen met verward gedrag). Dit betekent niet automatisch dat het om steeds meer personen gaat. Er worden vaak meer meldingen geregistreerd over dezelfde persoon. We hebben op dit moment geen cijfers van het aantal personen waar het om gaat en of deze groep groeit. Om dit in beeld te krijgen heeft het college eind 2016 het “plan van aanpak personen met verward gedrag” vastgesteld. Door middel van pilots die op dit moment worden uitgevoerd, wordt getracht de doelgroep in beeld te krijgen. De kosten die hiermee gemoeid gaan worden tot op heden binnen het bestaande (regionale) budget opvangen. De meeste activiteiten worden op dit moment gesubsidieerd door ZonMW. In 2019 lopen een aantal pilots af en wordt op basis van de resultaten bekeken hoe de aanpak te borgen. Gemeenten worden overigens niet gecompenseerd voor de inzet n.a.v. het plan van aanpak, dit moet binnen de bestaande begroting worden opgevangen. 

·      ØVraag 3:
Met het sportieve succes van Eredivisie voetbalclub Fortuna Sittard, is extra inzet van politie en handhaving noodzakelijk. Zijn hier extra kosten aan verbonden? En welke gevolgen specifiek heeft deze extra inzet van manschappen voor onze Gemeente op andere plekken? Antwoord vraag 3:
De (thuis)wedstrijden van Fortuna Sittard hebben sinds de promotie van de voetbalclub naar de Eredivisie veel inzet gevraagd, onder meer van de gemeente (in het bijzonder team Openbare orde en veiligheid), Fortuna Sittard zelf en de politie. Het basisteam Westelijke Mijnstreek levert daarbij niet alle (politie)inzet, maar wel een fundamentele bijdrage. Hierdoor heeft de inzet in het kader van de (thuis)wedstrijden een merkbaar effect op de politie-inzet in de Westelijke Mijnstreek. Dit effect heeft breed zijn uitwerking op de politie-inzet binnen het basisteam Westelijke Mijnstreek, van wijkagent tot chef basisteam. De politie-inzet voor de (thuis)wedstrijden leidt niet tot een kostenpost voor de gemeente. De boa’s worden niet specifiek ingezet voor de (thuis)wedstrijden. Wel is door de gemeente (breed) extra inzet gepleegd ten behoeve van de (thuis)wedstrijden van Fortuna Sittard, onder meer om de fysieke omgeving rondom het stadion te verbeteren. 

·      ØVraag 4:
De inzetbaarheid van wijkagenten is, gelet op gestelde prioriteiten, gekoppeld aan een doorlooptijd. Ook zijn hieraan effecten van wijkgericht werken gekoppeld zo omschrijft u in de kadernota. Hoe zichtbaar en aanspreekbaar zijn de wijkagenten nog? Komt het wijkgericht werken zo niet in gevaar? En wat gaat u hier aan doen? 

·      ØVraag 5:
U praat in de kadernota over sturen beschikbaarheid van de wijkagent voor de wijk als termen van zichtbaarheid binnen de wijk. Als voorbeeld neem ik de wijk Lindenheuvel waar in de afgelopen 5 jaar een forse reductie van wijkagenten heeft plaatsgevonden. In 2014 waren er nog 3 wijkagenten actief. In 2016 werden dat er 2. Vervolgens, medio 2017, verdween de 2e wijkagent en nu is er slechts nog 1 wijkagent die helaas niet meer binnen de wijk bereikbaar is voor een spreekuur. Kunt u hier een uitleg aan geven? 

Antwoord vraag 4 en 5:
We hechten veel waarde aan de zichtbaarheid van de wijkagent in de wijk. Hij of zij is de spil in de wijk en werkt samen met inwoners, instanties en bijvoorbeeld boa’s om veiligheids- en leefbaarheidsproblemen in de wijk aan te pakken. In de afgelopen periode is de beschikbaarheid van de wijkagent voor de wijk een voortdurend punt van aandacht geweest. Uitgangspunt van de beschikbaarheid was de landelijke norm: 80% van hun tijd is de wijkagent in of voor hun wijk actief. De wijkagenten zijn door de beperkte (politie)capaciteit echter minder zichtbaar en aanspreekbaar geweest voor inwoners en partners dan beoogd en gewenst. Inmiddels zijn door de politie op Eenheidsniveau diverse (organisatorische) maatregelen genomen, met als gewenst effect de wijkagenten weer meer ruimte te geven om zichtbaar aanwezig te zijn in hun wijk. Daarnaast is in het basisteam Westelijke Mijnstreek een doorontwikkeling van de wijkagenten ingezet. Inmiddels zijn drie nieuwe wijkagenten benoemd en op korte termijn volgt een verdere aanvulling zodat het totaal aan wijkagenten weer op sterkte komt. Intentie is een verdere impuls te geven aan de zichtbaarheid van de wijkagent en de samenwerking tussen politie, gemeente, inwoners en (andere) partners in de wijk. 

·      ØVraag 6:
Heeft de handhaving op het ingezetenen criterium, dat is gestart op 1 juni 2016, nu nog impact op de capaciteit van handhavende diensten. Zijn hier cijfers van voorhanden? 

Antwoord vraag 6:
Nee. Sinds begin 2017 is er geen exclusieve politie-inzet meer gepland voor de handhaving van het I-criterium. Sinds eind 2016 geldt reeds hetzelfde voor de boa’s. Dit betekent dat de controles op drugsoverlast zijn opgegaan in het reguliere politie- en boa-werk. De politie en de boa’s blijven overigens structureel aandacht houden voor dit thema. Verhoogde waakzaamheid blijft daarbij geboden, waarbij adequaat gereageerd moet kunnen worden op ontwikkelingen in het straatbeeld. 

·      ØVraag 7:
In Sittard-Geleen is ten opzichte van Beek en Stein een enorme verhoging van vervaardiging van softdrugs. Dit is een verhoging maar liefst 80 % in onze Gemeente. Kunt u dit verklaren ? Welke stappen ondernemen we hierin? 

Antwoord vraag 7:
De politieregistraties ten aanzien van de categorie ‘vervaardigen Softdrugs’ zijn sterk afhankelijk van de beschikbare politie-inzet om deze prioriteit op te pakken. In 2018 is er meer ruimte ontstaan om deze prioriteit op te pakken en in de eerste maanden van 2018 is een inhaalslag verricht. Dit is terug te zien in de cijfers ‘vervaardigen softdrugs’ (bijlage van de kadernota) en de cijfers over het aantal hennepruimingen 2015-2018 (pagina 9 van de kadernota). Om het vervaardigen van softdrugs te ontmoedigen en te bestrijden wordt ingezet op communicatie (campagne ‘wat staat er op het spel’), consequent ruimen van hennepkwekerijen (meest voorkomende categorie) en het strikt toepassen van het Damoclesbeleid Sittard-Geleen, dat eind 2018 is aangescherpt. 

 

 

 

 

 

Sittard-Geleen, 21 februari 2019

 

Betreft:Bijdrage ronde Kadernota Integrale veiligheid  21 februari 2019 

 

Geachte voorzitter,

Namens de CDA fractie, hartelijke dank voor de beantwoording voor de eerder deze week gestelde technische vragen. Ook een woord van dank voor het team van beleid en veiligheid voor de manier hoe op een betrokken manier wordt omgegaan met de veiligheid van onze burgers.

Vraag1.                                                                                                                                                             In antwoordt op effecten van stijgend mijnwater op woningen in Geleen geeft u aan dat gevolgschade beperkt is en dat er geen acute veiligheidsrisico’s zijn. De voornaamste risico’s liggen specifiek tussen de “Heerlerheidebreuk” en specifiek Napoleonbaan Noord te Lindenheuvel. Er is een signaalfunctie zo beantwoordt u vraag 3 van mijn collega Mastenbroek. Deze signaalfunctie wordt opgenomen in een nieuw te volgen Vergunning Toezicht en Handhavingsbeleid (VTH).                                                                      Hierop hebben we wel nog een vraag en aanvulling:                                                                                                                 Bent u nog voornemens om voor bewoners die in deze zone wonen een info avond te verzorgen en eventuele onrust weg te nemen?   Antwoordt: Ja, we zullen daar waar nodig informatie geven.

In Heerlen heeft de Provincie een ondersteuning en presentatie verzorgt in deze. Antwoordt: Ja, in het verleden is hier al contact geweest en dit wordt nagetrokken.

Vraag 2.                                                                                                                                                            In antwoordt op de vraag personen met verward gedrag geeft u aan geen cijfers te hebben over een eventuele stijging in de voorvallen. Omdat in 2016 een plan van aanpak is vastgesteld zou je toch cijfers mogen verwachten, zeker gekoppeld aan hulpverlening. U geeft aan dat er pilots lopen, dit is prima!

Vraag:   Wanneer in 2019 denkt u dit wel in beeld te hebben? Antwoordt: We zijn samen met hulporganisaties hier constant mee aan de slag en dit is een brede zaak van meerdere verantwoordelijken. Vanuit de aanwezige andere partijen worden de zorgen in deze ook gedeeld en door de portefeuillehouder beaamd. Men werkt in ieder geval aan het ophalen en inzichtelijk krijgen van cijfers. Men komt er op terug en het heeft de volle aandacht.

Vraag 3.

In uw antwoordt op mijn vraag van inzet team openbare orde en veiligheid, Fortuna en Politie geeft u aan dat dit effect heeft op uitwerking Politie inzet.                                                                                                   Vraag:  Komen hierdoor mogelijk andere zaken in het gedrang en hebben we capaciteitsproblemen. Ik denk hierbij aan de planning en verlof van agenten maar ook het nodig laten vervallen van wijkdiensten? Antwoordt door korpschef van de Politie, Paul de Rooy: Het blijft steeds een prioritering en het gaat steeds in goed overleg. Het is duidelijk dat er meer mankracht zou mogen zijn/komen. En het is een Landelijk probleem.

Vraag 4.

Zichtbaarheid wijkagenten is een punt waar we allen veel waarde aan hechten. Zo antwoordt u in vraag 4 en 5 van mijn eerder gestelde technische vragen. Ook heeft u organisatorische maatregelen genomen. Maar ik ontving geen antwoorden op de vraag waarom er in o.a. het grootste wijkdeel, Lindenheuvel, geen wekelijks spreekuur meer is!  We nodigen mensen uit om o.a. preventief te melden en eventueel een kop koffie met de wijkagent te drinken. Helaas zijn er geen mogelijkheden. Ik kan dit niet uitleggen aan mensen die mij hierop veelvuldig vragen stellen. Misschien kunt u of de korpschef mij een uitleg geven.Wij snappen dit niet. Los van het feit, dat zoals gesteld, het aantal wijkagenten fors naar beneden is bijgesteld! Antwoordt: We delen de mening dat de zichtbaarheid van wijkagenten van groot essentieel belang is en doen hier ook alles aan. Alle aanwezigen hier delen deze mening terecht en binnenkort zullen 3 nieuwe wijkagenten in dienst treden. Naast de wijkagenten zijn op vele plaatsen in de Gemeente buurtpreventieteams op de been. Hernieuwde vraag aan de korpschef: Maar het kan natuurlijk niet zo zijn dat de buurtpreventieteams of de BOA‘s de rol van de wijkagenten moeten overnemen. Daarbij gaat het nog altijd om het veiligheidsgevoel van de inwoners van onze mooie stad. Deelt u deze mening met Dhr Henssen? Antwoordt: Mee eensmaar we zitten nu eenmaal in een tekort en doen er alles aan zoals eerder gezegd.

Vraag 5.

Bij art. 43 brief van mijn collega Houtakkers d.d. 4 december 2018, aangaande overlast spooremplacement, gaf u aan dat er in het eerste kwartaal van 2019 concrete maatregelen en acties met mogelijk een convenant zou worden gepresenteerd. Kunt u aangeven wat de momentele stand van zaken in deze is. Antwoordt:Deze zaak wordt verder opgepakt door Wethouder Joosten.

Vraag 6.

Bij de bijeenkomst van het Burgermanifest ,aangaande het OVV rapport op 22 november 2018, heeft u aangegeven dat in Januari 2019 in de volle breedte met de Raad zou worden gesproken. We zijn inmiddels een maand verder dan afgesproken en wat mogen we hiervan verwachten?  Antwoordt: Dit wordt opgepakt en we komen spoedig hierop terug.

 

 

Peter Henssen                                                                                                                                        Raadslid 

Namens fractie CDA Sittard-Geleen

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.