Vragen van het lid Boswijk aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het project ‘Wisselpolder Westhoek’ waarin vruchtbare wordt ‘teruggegeven’ aan de Waddenzee.

 

1.            Bent u bekend met het bericht ‘Boeren willen kleigrond Westhoek niet teruggeven aan de natuur, ze zijn furieus over mogelijke plannen voor een wisselpolder’ (1)?

2.            Klopt het dat uw ministerie in samenwerking met de provincie Fryslân en It Fryske Gea bezig is met de uitwerking van het project ‘Wisselpolder Westhoek’ waarin de vruchtbare akkerbouwgrond tussen de zeedijk en de zomerpolder zou worden ‘teruggegeven’ aan de Waddenzee? 

3.            Is het juist dat het doel van dit project is om het gebied in te richten als natuur/Natura2000 gebied en het behalen van doelen op het gebied van de Kadderichtlijn Water (KRW) en de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW)?

4.            Klopt het dat de akkerbouwgrond in het gebied, bij doorgang van het project, opgegeven zal worden en wordt ingericht als natuurgebied voor meerdere decennia en dat het gebied pas op termijn weer vruchtbare akkerbouwgrond zou kunnen worden?

5.            Acht u het, gezien het feit dat natuurgebieden, en met name Natura2000 gebieden, een zodanig zware bescherming genieten dat het vrijwel uitgesloten is dat deze later weer worden omgezet naar landbouwgrond, realistisch om ervan uit te gaan dat het gebied op termijn überhaupt weer akkerbouwgrond zal kunnen worden?

6.            Is het juist dat belanghebbenden, zoals agrariërs, in het gebied pas bij de uitwerking van dit project betrokken zijn en niet al in een eerdere fase? Zo ja, waarom zijn zij niet eerder betrokken?

7.            In hoeverre is dit project betrokken bij de, met de motie Dijkstra en Geurts (Kamerstuk 35570-XII, nr. 65) door de Kamer gevraagde, brede impactanalyse waarin de effecten op ecologie en economie in balans met elkaar worden afgewogen?

8.            Hoe past het project ‘Wisselpolder Westhoek’ bij het borgen van de positie en activiteiten van economische sectoren, zoals de landbouw en in het bijzonder de pootaardappelsector waar u o.a. in uw brief van 31 mei 2021 naar verwijst (Kamerstuk 2021D20773)? In hoeverre en op welke wijze worden deze belangen daadwerkelijk geborgd bij dit project?

9.            Deelt u de mening dat, gezien het feit dat landbouwgronden onder druk staan van verschillende ontwikkelingen, het van belang is om hoogwaardige landbouwgronden in Nederland te beschermen? In hoeverre is dit project en het teruggegeven van vruchtbare landbouwgrond aan de Waddenzee te rijmen met de wens vanuit de Kamer om hoogwaardige landbouwgronden te beschermen (2) het advies van commissie Heij (3) waarin wordt geadviseerd om landbouwgronden beter te beschermen?

10.          Waarom worden hoogwaardige landbouwgronden bij dit project niet beschermd, terwijl met de pootaardappelen die in het gebied worden gekweekt wereldwijd 1 miljard mensen kunnen worden gevoed en er bij de teelt in dit gebied geen tot nauwelijks gewasbeschermingsmiddelen hoeven worden gebruikt?

(1)          https://frieschdagblad.nl/economie/Boeren-willen-kleigrond-Westhoek-niet-teruggeven-aan-de-natuur-26857870.html

(2)          https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/moties/detail?id=2021Z05916&did=2021D13119

(3)          https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/rapporten/2021/04/30/kiezen-en-delen/bijlage-bij-brief-aanbieding-rapport-kiezen-en-delen-advies-van-de-studiegroep-ruimtelijke-inrichting-landelijk-gebied.pdf

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.