3. Onderhoud, inbedding en evaluatie
Dialoog en vangnet
In sommige gevallen kan het gebeuren, dat incidenten optreden. Zoals eerder gezegd, fouten maken is menselijk, maar het is belangrijk om hiervan te leren. Wat doen wij om deze incidenten te managen en de impact zo klein mogelijk te maken?
Dit begint bij het bijstaan van CDA’ers die tegen een integriteitsdilemma aan zijn gelopen. Vanuit het partijbureau wordt hulp aangeboden aan afdelingen, fracties of individuele CDA’ers om hen bij te staan bij specifieke voorvallen. Ook is het CDA lid van het 'Netwerk Weerbaar Bestuur' (in de persoon van de coördinator BSV en de partij-jurist).
In sommige gevallen is het te laat om nog bij te sturen. In dat geval is een integriteitsschending opgetreden (bewust, danwel onbewust). In dat geval is een melding bij de Integriteits- en Royementscommissie op zijn plaats. De commissie onderzoekt het voorval, formuleert eventuele sancties en benoemt lessen om toekomstige voorvallen te voorkomen.
Zelfevaluatie en verantwoording voor afdelingsbesturen
Lokale besturen plannen een jaarlijkse zelfevaluatie ten aanzien van 'integriteit' (intervisies). Evenzo het partijbestuur dat over de zelfevaluaties en het integriteitsbeleid in algemene zin (schriftelijk en mondeling) jaarlijks verantwoording aflegt door middel van een passage in het bestuursverslag en – waar opportuun – mondelinge toelichting op het partijcongres.
Integriteit op de agenda
De besturen en fracties van de afdelingen en de partij laten het thema ‘integriteit’ hoog op de agenda staan. Dit draagt bij aan een cultuur van openheid.
Hulplijn integriteit
Op het partijbureau is veel kennis aanwezig over integriteit, dan wel een netwerk om CDA’ers bij te staan met raad en daad.