14 februari 2024

Gedupeerden mijnbouwschade nog meer benadeeld

De CDA-fractie in het Drents Parlement is geschrokken van berichtgeving in de media dat het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) niet is gelukt om indirecte effecten bij aardbevingsschade in kaart te brengen. Dat zal ongetwijfeld gevolgen hebben voor de afhandeling van schades in het gebied rondom de gasopslag Norg en gasveld Annerveen. “Inwoners van het gebied worden hierdoor benadeeld+, zegt Sonja Hilgenga-van Dam. “Waar ik echt van geschrokken ben is dat het toegezegde onderzoek naar de indirecte gevolgen van diepe bodemdaling helemaal niet is uitgevoerd omdat dat te complex zou zijn. Inwoners en de politiek in Drenthe wachten nog steeds op de uitkomsten van dat onderzoek maar moeten nu uit de media vernemen dat het onderzoek helemaal niet heeft plaatsgevonden en alle betrokkenen in het gebied daarover niet zijn geïnformeerd.” 

Nu kan een gedupeerde aangifte van schade doen als er een aardbeving heeft plaatsgevonden. Schade die pas veel later wordt ontdekt als gevolg van bodemdaling zijn indirecte effecten waarbij de bewijslast bij de gedupeerden ligt. Het CDA pleit al lang, samen met veel andere partijen, voor de omgekeerde bewijslast voor heel Drenthe. De omgekeerde bewijslast zorgt ervoor dat de NAM bij schades moet aantonen dat deze niet door gaswinning- of opslag zijn veroorzaakt. Het IMG is hiervoor het uitvoerend instituut dat schade moet opnemen en vergoeden, tenzij er overtuigend een andere oorzaak is voor de schade.
Op vragen van CDA-Statenlid Sonja Hilgenga – van Dam zei gedeputeerde Henk Jumelet (CDA) namens het College van Gedeputeerde Staten dat de strekking van het artikel klopt. “Dit is door het IMG niet correct afgehandeld. Het College vindt dit zeer ernstig, de afhandeling van schadegevallen moet milder, menselijker en makkelijker. Op korte termijn zal een gesprek met de Commissie Mijnbouw plaatsvinden en ik wil Provinciale Staten in overweging geven die Commissie Mijnbouw eens uit te nodigen om een toelichting te geven.”
 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.