Inbreng commissiedebat over sportbeleid
(alleen het gesproken woord telt)

Voorzitter,

Vorige week kwam er voor de tweede keer in korte tijd een onderzoek naar buiten waaruit blijkt dat verenigingen onder druk staan. Dat is geen nieuw signaal, maar het is er wel eentje die tot nu toe slecht landt in Den Haag. Zo diende ik bijvoorbeeld bij de Algemene Financiële Beschouwingen een motie in met het verzoek de waarde van de vrijwillige inzet van Nederlanders ieder jaar door te rekenen en mee te nemen in de stukken voor Prinsjesdag. Daar zie ik in het kabinet erg weinig enthousiasme voor. Mede door die houding in dit debat heeft het CDA ongeveer een jaar geleden een website gelanceerd, de website Vereniging Nederland, met onder andere een meldpunt en een enquête voor verenigingen. Ook is ons wetenschappelijk instituut samen met onze lokale afdelingen en met verenigingen gaan schrijven aan een stuk over verenigingen en het belang van ons maatschappelijk middenveld. Daarin staan een heel aantal concrete punten om onze verenigingen overeind te houden.

Voorzitter,

Als wij in onze samenleving geen verenigingen hadden, zouden we vandaag nog de eerste oprichten. Nou wil ik dit debat niet gebruiken om onze verenigingsnotitie die in de komende weken uitkomt te pluggen. Maar omdat dit onderwerp nu weer zo actueel is, hoop ik dat het op meer support kan rekenen, dat het kabinet het veel meer gaat omarmen en dat we daarbij samen op kunnen trekken. Daarom zeg ik veel dank aan de collega's van de PvdA, die dit onderwerp van vandaag extra geagendeerd hebben.

Voorzitter,

De gevolgen van overheidsbeleid voor verenigingen worden vaak gezien als collateral damage. Helaas zien we dat de overheid verenigingen en bedrijven vaak over één kam scheert. Dat is oliedom, doodzonde en onterecht, want verenigingen zijn geen ondernemingen die winst willen maken. De mensen in verenigingen zetten zich vaak onbetaald in voor hun sport, vak of hobby of voor een ander maatschappelijk doel. De enige winst die ze maken is 100% maatschappelijk winst. Onvoldoende kader- en bestuursleden: het is de meest genoemde reden dat verenigingen zichzelf opheffen. Daarbij komt dat ze op allerlei gebieden veel last hebben van wetgeving. Denk aan: identiteit, UBO, de Wwft, privacy, de AVG, trustwetgeving, cyberveiligheid. Zó veel bureaucratie maakt het bestuurswerk zwaar en minder aantrekkelijk. Een wat grotere voetbalvereniging heeft bijna een huisjurist nodig om alle regels op het gebied van antiwitwaswetgeving, financiële verantwoording of voedsel en waren naar de praktijk van het clubhuis te vertalen. En in deze berg aan regelgeving is de persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders in de afgelopen jaren groter geworden.

Voorzitter,

Dan zijn er natuurlijk ook zorgen over financiën. Corona heeft niet geholpen, de hoge energierekening evenmin. Wij hebben hier nog steeds zorgen over, maar de minister lijkt er nog steeds van overtuigd dat het meevalt. Een recent onderzoek van Motivaction onder verenigingsbestuurders laat zien dat 41% van de verenigingen door de stijgende energiekosten genoodzaakt is de contributie te verhogen. Bij bijna twee derde van deze clubs is sprake van meer opzeggingen. Daarnaast voorziet 61% dat dit kan leiden tot uitstel of afstel van broodnodige investeringen zoals voor verduurzaming. Ten slotte geeft 42% aan dat zij door de gestegen energiekosten van de afgelopen winter bezorgd zijn over hun voortbestaan. Daarnaast zien we concreet de eerste zwembaden omvallen. We begrijpen dat de openstelling van de zwembadregeling is vertraagd. Ook krijg ik het signaal dat compensatie voor energie opgewekt op basis van houtpellets daarin wordt uitgesloten. Hoe kijkt de minister naar deze signalen en waarom deze vertraging?

Voorzitter,

Onze zorgen zijn niet weggenomen. Als er meer geld beschikbaar moet komen, maak dat dan gewoon inzichtelijk, dan kunnen we het erover hebben tijdens het debat over de aanstaande Voorjaarsnota.

Voorzitter,

Verenigingen kunnen beter en sneller geholpen worden met verduurzamen. De Stichting Waarborgfonds Sport heeft berekend dat een eenmalig bedrag van 75 miljoen euro voldoende is om alle sportverenigingen met een eigen accommodatie een lening te verschaffen om hun verduurzamingsopgave op te pakken. Kan de minister aangeven hoe het staat met de uitvoering van mijn eerdere motie, over het aantrekkelijk maken van de BOSA-subsidie, die hier natuurlijk ook mee te maken heeft, door die om te draaien en in te kunnen zetten voor verduurzaming?

Om te weten wat er echt nodig is om onze sportaccommodaties in stand te houden, heeft het CDA eind 2021 gevraagd om een totaaloverzicht van de staat van onderhoud van alle sportaccommodaties. Hoe staat het met de uitvoering van deze motie? In de begroting lees ik dat dit voorjaar een startcongres wordt georganiseerd om hier meer inhoud aan te geven. Kan de minister dit nader toelichten?

Voorzitter,

Op de agenda staan veel onderwerpen die belangrijk zijn om sport hoog op de agenda te krijgen, maar ik blijf toch nog heel even bij het onderwerp verenigingen en vrijwilligers. Ik krijg diverse signalen over wielerrondes georganiseerd door vrijwilligers die compleet vastlopen omdat ze geen politie-inzet geregeld krijgen. Waar dat voor een voetbalwedstrijd minder problematisch lijkt, lopen deze evenementen hier echt op stuk. Daarmee dreigen regionale koersen uit het straatbeeld te verdwijnen, terwijl als we iets hebben wat laagdrempelig en voor iedereen toegankelijk is, dat toch wel het met z'n allen kijken naar zo'n wielerwedstrijd is. Dus dat ze zouden verdwijnen moeten we echt niet willen. Mijn vraag aan de minister is of zij bereid is om hier met haar collega mee aan de gang te gaan, en dat dan nadrukkelijk op de heel korte termijn, want de nood is echt heel hoog.

Ten slotte,

Ook de inzet van gezondheidszorg bij grote sportevenementen begint echt een ding te worden. Ook hiervoor vraag ik meer aandacht van de minister. Faciliteer alsjeblieft deze vrijwilligers en onderschat niet dat we steeds meer van deze organisaties vragen, want we gaan gewoon onze evenementen langzaamaan de nek omdraaien.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.