Inbreng debat over de hoge inflatie en de compensatie daarvan
(alleen het gesproken woord telt)

Voorzitter,

Waar een halfjaar geleden nog gedacht werd om huishoudens erop vooruit te kunnen laten gaan met enkele miljarden aan koopkrachtondersteuning, zien we nu dat die enkele miljarden tientallen miljarden zijn geworden en dat zelfs daarmee een deel van onze inwoners door het ijs zakt. We horen vanavond de verhalen hier, en we horen ze iedere dag op straat: mensen die met trots vertellen dat ze het redden om toch nog vijf dagen in de week een warme maaltijd op tafel te kunnen zetten, omdat ze hun warme maaltijd van drie dagen nog slimmer weten te verdelen over de week.

Er zijn drie zorgen die ik nogmaals wil adresseren, voorzitter.

Allereerst de dag van morgen. We roepen massaal om oplossingen en kijken naar de overheid om de koopkracht te repareren, maar de overheid kan niet alleen alles blijven compenseren voor economische schokken. Is het niet logisch om deze crisis sámen het hoofd te bieden? De regering deed al eerder een oproep aan werkgevers om lonen te verhogen. Dat is hier en daar ook gebeurd, maar helaas zien we ook dat lonen in sommige gevallen sterk achterblijven bij hoge bedrijfswinsten. Dus vragen we om werkgevers, werknemers, vakbonden en de overheid die samen één plan maken. Of het nu gaat over loonstijgingen of meer uren werken, of over gerichte ondersteuning van bedrijven die het nú zwaar hebben maar die wel economische activiteiten uitoefenen die we voor de toekomst willen behouden. Daar hoort ook een gezamenlijk plan bij hoe we ondernemers en werknemers, die niét in deze categorie vallen, naar een nieuwe toekomst gaan helpen. Hoe kijkt de minister hiertegen aan? En is zij bereid hiertoe met haar collega's initiatief te nemen?

Want, voorzitter, ik vrees dat het ook na 2023 financieel zwaar blijft voor veel mensen en bedrijven. Een beleid van structureel compenseren als overheid, zeker op de ongerichte manier waar we nu voor gekozen hebben, is op de lange termijn niet houdbaar. Ik wil niet dat we over een tijd mensen alsnog niet meer helpen, omdat het financieel niet meer verantwoord is om te blijven compenseren.

Voorzitter,

Mijn tweede punt zijn zorgen over onze verenigingen en maatschappelijke instellingen. Want deze groep speelt een hele grote rol in het bij elkaar houden van de samenleving en is vaak onbedoeld, maar heel belangrijk, een vangnet voor mensen, wat extra belangrijk is in onzekere tijden zoals nu. Deze groep doet al veel om overeind te kunnen blijven, maar de energiestijging die ze nu voor hun kiezen krijgen, is financieel niet op te brengen voor instanties die niet op aarde zijn om winst te maken maar om een samenleving te ondersteunen. Over hoe we deze gaan ondersteunen, komt in december duidelijkheid, maar gemeentes maken in november hun begrotingen. Aangezien de financiële problemen ook bij deze vrijwilligersorganisaties echt groot aan het worden zijn, kloppen ze massaal aan om hulp bij raadsleden en colleges. Ik wil er nogmaals voor pleiten om echt vaart te maken met compensatie aan gemeentes voor hun verenigingen. Wacht niet tot december, want begrotingen gaan gierend uit de pas lopen en gemeentelijke tekorten gaan weer oplopen, en raken daarmee weer direct onze inwoners. Want lokale overheden laten hun sociale structuur niet zomaar kapotgaan omdat het stil is vanuit Den Haag.

Tot slot.

In tijden van krapte en onzekerheid hebben mensen houvast nodig. Ze willen erop kunnen vertrouwen dat de overheid ze opvangt als ze echt gaan vallen. Er gebeurt veel door de overheid, door een vangnet van ruim 40 miljard te bouwen. Maar daar zitten gaten in, waardoor mensen alsnog over het randje kunnen gaan en in dat financiële ravijn dreigen te vallen. En wat dan? Hoe voorkomen we dat ze echt vallen? Hoe zorgen we dat we deze mensen voldoende in beeld hebben? Zijn onze vroegsignaleringen voldoende op orde? Worden mensen die betalingsachterstanden bij het energiebedrijf hebben proactief nagebeld? Niet om de druk op te voeren maar om te vragen: kunnen we je ergens mee helpen? En als mensen zichzelf willen helpen, faciliteren we ze dan voldoende? Zo zagen we bijvoorbeeld dat de online Koopkrachtberekenaar op dit moment niet meer beschikbaar is. Dat is een tool die laat zien hoe je koopkracht verandert en hoeveel je erop voor- of achteruitgaat. "Door de hoge inflatie is de berekenaar niet meer actueel", staat er op de site. Dus zelf onze inwoners inzicht geven in hun situatie: daar slagen we op dit moment onvoldoende in.

Dank u wel, voorzitter.

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.