
12 november 2025
11 december 2025 1 minuten lezen
Tijdens het debat over Meerzorg pleitte CDA-Kamerlid Eveline Tijmstra voor duidelijkheid en een eerlijke uitvoering van de Meerzorgregeling, zodat gezinnen niet meer tussen wal en schip vallen.

In het debat over de Meerzorgregeling wees Eveline op de misstanden in de huidige uitvoering. Zo worden er aanvragen afgewezen of aanzienlijk lager toegekend zonder goede beoordeling en onderbouwing. Als gevolg hiervan stappen sommige ouders noodgedwongen naar de rechter.
Ik geloof in een samenleving waarin je niet alleen kijkt naar jezelf, maar ook naar de mensen om je heen
Eveline Tijmstra
In haar bijdrage pleitte Eveline voor een uniform beoordelingskader om regionale verschillen te voorkomen en vroeg ze de staatssecretaris hoe kan worden voorkomen dat aanvragers van Meerzorg in afwachting van een structurele aanpak tussen wal en schip vallen.
De rode draad in alles wat ik in mijn leven gedaan heb is dat ik wil bijdragen aan een samenleving waarin we naar elkaar omzien, waarin iedereen meetelt en mee kan doen.
Dat begon al op de middelbare school. Als bij gym steeds dezelfde kinderen als laatste overbleven op het moment dat er groepjes gekozen moesten worden. Dat vond ik verschrikkelijk. Toen ik een keer zelf de indeling mocht maken, zorgde ik ervoor dat dit anders verliep. Want samen sporten gaat niet alleen over winnen. Het samen doen is minstens zo belangrijk. Die overtuiging draag ik mee in mijn werk hier in de Tweede Kamer: dat niemand aan de kant mag blijven staan. En ook in de politiek het samen doen ontzettend belangrijk is.
Omgangsvormen die hieraan bijdragen heb ik de afgelopen jaren echt gemist in de landelijke politiek. Juist daarom heb ik me kandidaat gesteld bij de Tweede Kamerverkiezingen. Ik wil bijdragen aan een politieke cultuur waarin we normaal met elkaar omgaan, waarin we het gesprek voeren over de verschillen, maar altijd met het besef dat we samen verantwoordelijk zijn om Nederland vooruit te helpen.
Mijn vader kwam op vierjarige leeftijd, kort na het einde van de oorlog, met zijn ouders vanuit het toenmalige Nederlands-Indië naar Nederland. Zij waren getekend door die oorlog en kwamen terecht in een land dat nog aan het begin stond van de wederopbouw. Mijn moeder, geboren net na de oorlog, groeide op in datzelfde Nederland van herstel en vooruitkijken.
Pas later besefte ik hoe sterk hun ervaringen mij hebben gevormd. Waarden als naar elkaar omzien, rechtvaardigheid en delen heb ik niet bewust geleerd, maar vanzelf meegekregen van mijn ouders. Waar je vandaan komt, vormt je.
Ik geloof in een samenleving waarin je niet alleen kijkt naar jezelf, maar ook naar de mensen om je heen. Een samenleving waarin mensen elkaar vertrouwen geven, zich betrokken voelen en verantwoordelijkheid nemen. Vanuit die kijk op de samenleving, dienstbaar aan de samenleving is het mijn ambitie om hier een bijdrage aan te kunnen leveren.
En dat brengt mij bij het debat van vandaag. Want als er één groep is die laat zien hoe belangrijk meedoen is, dan zijn het mensen met een zware beperking. Zij verdienen zorg die niet alleen medisch juist is, maar die hen ook in staat stelt om deel uit te maken van onze samenleving.
Daarover gaat dit debat. Over hoe wij als Kamer ervoor zorgen dat ook zij en hun naasten kunnen blijven rekenen op een samenleving die hen ziet, die hen draagt, en die hen laat meedoen.
We hebben het vandaag over de Meerzorgregeling. Extra noodzakelijke zorg bij ernstige meervoudige handicaps waar 24 uurszorg nodig is. Situaties waarin er vaak al een enorme belasting op het gezin zit en de zorg dus niet alleen noodzakelijk voor de zorgbehoevende, maar ook voor alle mantelzorgers om het vol te kunnen houden.
Al langer bereiken ons verontrustende signalen over het afwijzen van Meerzorg aanvragen. Daar heeft het CDA al bij het PGB debat van 9 april aandacht voor gevraagd.
In mijn eerste termijn wil ik drie punten aanhalen.
1. Onzekerheid
Het rapport van Metgezel toont echt goed aan wat er nu niet goed gaat, met aangrijpende voorbeelden uit de praktijk.
De tussenfase waar we nu in zitten, totdat er een structurele oplossing is vind ik om meerdere redenen zorgelijk. Mensen en zorgverleners weten niet waar ze aan toe zijn en hoe hun toekomst eruitziet. Het CDA vindt het belangrijk dat hier heel snel duidelijkheid voor komt. De brief die de staatssecretaris gister gestuurd heeft stelt mij niet gerust.
Dan gaat er toch echt iets niet goed op dit moment.
Hierover heb ik de volgende vraag aan de staatssecretaris:
Voor gezinnen die nu afhankelijk zijn van meerzorg, is wachten op structurele aanpassingen geen optie. Hoe voorkomt de staatssecretaris dat er in deze tussentijd mensen tussen wal en schip vallen?
2. Indicatiestelling
Het is zorgelijk dat zorgkantoren nog steeds niet beschikken over een gelijkgericht beoordelingskader dat aansluit bij de huidige regelgeving. De staatsecretaris benadrukt in haar brief dat Zorgkantoren zelfstandige bestuursorganen zijn. Maar het kan toch niet zo zijn dat we de Wlz nu uitvoeren waarbij er verschillen in de uitvoering zijn tussen regio’s bij de meerzorgregeling? Graag een reactie hierop van de Staatssecretaris.
Er wordt gewerkt aan een structurele oplossing door aanpassing van de regelgeving. Dat is positief. In dat proces zouden we graag willen onderzoeken of het niet beter is om de indicatiestelling op termijn op een onafhankelijk manier in te richten. Dan ligt de beoordeling van de ondersteuningsbehoefte en de financiering van de zorg niet meer één hand.
We zijn voornemens om hiervoor in de tweede termijn een motie in te dienen.
3. PGB als volwaardig alternatief
In hoeverre is het PGB een volwaardig alternatief voor zorg in natura als je leest dat de indruk bestaat dat het PGB strenger wordt beoordeeld bij deze groep en indicaties maar voor de korte periode van 2-3 jaar worden afgegeven met alle onzekerheid die hierbij hoort. Daarbij komt dat er voor deze groep lang niet altijd plekken beschikbaar zijn bij een zorginstelling, juist vanwege de zorgzwaarte. Het CDA is voorstander voor langere indicaties. Dat geeft duidelijkheid voor budgethouders en zorgverleners en vermindert regeldruk in de hele keten. En dat is iets dat we met z’n allen ook al heel lang graag willen. Het verminderen van de regeldruk.
Tot zover mijn eerste termijn. Dank u wel.

12 november 2025

17 mei 2025

05 maart 2025