Ons standpunt over de Vrijheid van Onderwijs.
Elke leerling moet zich veilig voelen op school.
Het onderwijs leert jongeren wat onze basiswaarden zijn. De vrijheid om te zijn wie je bent, ongeacht je godsdienst, levensovertuiging, seksuele gerichtheid of ras, en de gelijkheid tussen mannen en vrouwen, zijn fundamenten van onze democratische rechtsstaat en daarom vastgelegd in Artikel 1 van onze Grondwet.
Scholen mogen niet afwijken van de basisregels van onze samenleving. In de samenleving gelden wettelijke regels, maar ook ongeschreven regels zoals respectvol omgaan met de ander. Het overbrengen van religieuze opvattingen mag nooit ten koste gaan van het uitdragen en bevorderen van onze basiswaarden. Deze waarden zijn vastgelegd in de wet en alle scholen moeten zich eraan houden. De onderwijsinspectie controleert of scholen dit doen en dit moet dan ook stevig gehandhaafd worden.
Tegelijkertijd is de vrijheid van onderwijs, zoals vastgelegd in Artikel 23 van de Grondwet, voor het CDA een groot goed. Ouders mogen zelf kiezen naar welke school hun kind gaat. 7 op de 10 kinderen in Nederland gaan naar het bijzonder onderwijs. Kinderen mogen opgroeien op een school die past bij de identiteit van hun ouders. Scholen mogen lesgeven vanuit hun eigen geloof en overtuiging. Dit geldt voor alle scholen, bijzonder en openbaar. Leraren mogen zelf met al hun expertise bepalen hoe ze lesgeven, zolang ze zich aan de wet houden.
Mede daarom zijn er al in 2015 wettelijke stappen gezet om strikter te kunnen bijsturen op zaken zoals de sociale veiligheid. Van iedere school wordt verwacht dat zij optreedt bij pesten, uitschelden of discriminatie. Deze regels zijn in 2021 nog verder aangescherpt. De onderwijsinspectie is nu dus al gewoon bevoegd om te handhaven en om bijvoorbeeld de bekostiging te korten wanneer er gediscrimineerd wordt op een school.