Het CDA en GroenLinks willen dat het kabinet het overstromingsgebied in Zuid-Limburg uitroept tot rampgebied, zodat er sneller en meer hulp geboden kan worden geboden vanuit de overheid. Daar roepen de partijen vandaag toe op in spoedvragen aan het kabinet. 
 

CDA-kamerlid Amhaouch verklaart: “Het is verschrikkelijk wat er aan het gebeuren is in Zuid-Limburg. De overheid moet alles op alles zetten om de Limburgers te hulp te schieten en het gebied aanduiden als ‘rampgebied’.” 
 
Boswijk vervolgt: “Wanneer we het gebied als ‘rampgebied’ aanduiden kan de overheid sneller en meer hulp bieden. Dat is belangrijk om getroffenen te helpen en meer schade te beperken en hopelijk voorkomen. De schade bij veel inwoners en ondernemers is al rampzalig. De stijging van de Maas vanuit België baart ons ook grote zorgen.”
 

In de spoedvragen wordt het kabinet ook opgeroepen om de Wet tegemoetkoming bij schade in werking te stellen, zodat er voor gedupeerden snel duidelijkheid komt over een tegemoetkoming voor geleden schade. De partijen willen daarom onder meer weten of waterbuffers nog wel voldoen aan de meest actuele prognoses voor waterafvoer. Wanneer dat niet het geval is, vragen ze het kabinet om hiervoor een aanvullend waterprogramma op te stellen en extra geld vrij te maken.

Vragen aan het kabinet 
Vragen van het lid Boswijk, Amhaouch (beiden CDA), Ellemeet en Bromet (beiden GroenLinks) aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, de minister van Justitie en Veiligheid en de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over de wateroverlast in Limburg
 
1. Wat is uw eerste indruk van de huidige situatie in Zuid-Limburg? Zijn naar uw oordeel de betrokken waterschappen en veiligheidsregio’s op dit moment voldoende in staat om deze calamiteiten adequaat het hoofd te bieden? Bent u het met de leden van de CDA- en GL-fractie eens dat de wateroverlast in Limburg dramatisch is en het noodzakelijk is dat de regering te hulp schiet? Bent u bereid om Zuid-Limburg uit te roepen tot rampgebied en alle mogelijke hulp en steun ter beschikking te stellen? Is de informatievoorziening en noodhulp aan getroffen bewoners naar uw gevoel op orde? Zonee, wat kunt u hier verder in betekenen?

2. Welke dreigingen verwacht u de komende dagen met betrekking tot wateroverlast vanuit de rivieren, waaronder de Maas, mede gezien de ontwikkelingen in België?

3. Is er al een voorlopige inschatting mogelijk van de te verwachten schade aan, onder meer, de infrastructuur, (monumentale) woningen en gebouwen en het unieke Limburgse landschap?

4. Bent u bereid om de wet tegemoetkoming schade bij rampen in werking te stellen voor alle gedupeerden? Zoja op welke termijn kan deze inwerkingtreding geregeld worden? Kunnen alle gedupeerden hier aanspraak op maken, dus zowel particulier als zakelijk? Voor welke kosten kunnen gedupeerden een tegemoetkoming ontvangen en wat is de omvang van de tegemoetkoming? Wat is de omvang van het budget? Hoe worden betrokkenen hierover geïnformeerd?

5. Zijn er nog andere mogelijkheden waar gedupeerden terecht kunnen met de geleden schade? Welke rol spelen verzekeringen in dit geheel?

6. Op welke manier staat u de lokale overheden bij en in hoeverre is dit voldoende?

7. De hoeveelheden regen die de afgelopen dagen in Zuid-Limburg viel is extreem, kunt u aangeven in hoeverre de voorspellingen zijn dat dit komende jaren vaker voor gaat komen?

8. Is de huidige aangelegde en nog aan te leggen buffercapaciteit afgestemd op de meest actuele meerjarenprognoses met betrekking tot waterafvoer? Zo nee, bent u bereid een aanvullend waterprogramma op te stellen en daar extra middelen voor vrij te maken?

9. Bent u bereid sneller uitvoering te geven aan het bestaande waterprogramma om meer onnodige overlast te voorkomen?

10. In hoeverre hebben de bestaande buffers een dubbele functie, namelijk het vasthouden van water in droge en natte tijden? Indien de huidige buffers deze dubbelfunctie niet hebben bent u bereid om toekomstige buffers met zo’n dubbelfunctie aan te leggen? 

11. Is het kabinet bereid om meer klimaatmiddelen specifiek voor Zuid-Limburg vrij te maken vanwege de grotere kans op wateroverlast?

12. Op welke andere manieren gaat u ervoor zorgen dat ook voor de lange termijn noodzakelijke (financiële) hulp en aandacht beschikbaar blijft voor herstel en preventie in Zuid-Limburg?

13. Wilt u, gezien de urgentie van de situatie in Limburg, deze vragen met grote spoed beantwoorden?

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.