CDA | Ruimte voor zelfstandigen gaat gepaard met verantwoordelijkheden

03 april 2025 2 minuten lezen

Ruim­te voor zelf­stan­di­gen gaat gepaard met ver­ant­woor­de­lijk­he­den

CDA, VVD, D66 en SGP presenteren de concept-memorie van toelichting op een Zelfstandigen initiatiefwet. Het wetsvoorstel moet duidelijkheid geven over de positie van zelfstandig werkenden, de balans tussen hun vrijheden en verantwoordelijkheden vastleggen en een gelijkspeelveld met mensen met een arbeidsovereenkomst creëren.

Veruit de meeste werkenden in Nederland werken op basis van vaste dienst bij een werkgeven en willen dat zo houden. CAO’s, sociaal overleg en pensioenregelingen zijn belangrijke verworvenheden van ons Rijnslands model. Het CDA wil dat behouden. Tegelijkertijd is zelfstandig werken steeds populairder geworden en kan het belangrijk zijn om grip te krijgen op de eigen balans tussen werk en privé situatie zoals (mantel)zorg of vrijwilligerswerk.

De zelfstandig werkende heeft een eigen positie op de arbeidsmarkt gekregen, zonder dat er duidelijke wetgeving is. Daarom presenteren CDA, VVD, D66 en SGP 3 april de concept-memorie van toelichting op een initiatiefwet. Zo willen de partijen het probleem oplossen vanuit het politieke midden. Het wetsvoorstel moet duidelijkheid geven over de positie van zelfstandig werkenden, de balans tussen hun vrijheden en verantwoordelijkheden vastleggen en een gelijkspeelveld met mensen met een arbeidsovereenkomst creëren. Dit conceptvoorstel is gebaseerd op het Belgische model.

Meer ruimte voor zelfstandige werkenden gaat gepaard met een grotere verantwoordelijkheid. Met dit wetsvoorstel brengen we een duidelijkere positie voor zelfstandigen op de arbeidsmarkt in balans met de meerderheid van de mensen die bij een bedrijf in dienst willen werken. Dat is hoognodig om schijnzelfstandigheid tegen te gaan en de positie van zelfstandigen te verbeteren met meer bescherming.

Inge van Dijk

Het conceptwetsvoorstel

Het conceptwetsvoorstel schrijft voor dat de vraag of iemand zelfstandig kan werken voor een zelfstandige opdrachtgever moet worden beantwoord aan de hand van drie toetsen. Er komt een aparte commissie die kan helpen bij het beoordelen van het toetsingskader:

  1. Zelfstandigentoets: Is iemand echt een zelfstandige? Hierbij wordt er gekeken of iemand zich naar buiten toe gedraagt als zelfstandige: heeft iemand meerdere opdrachten? Investeert iemand in eigen bedrijfsmiddelen?
  2. Werkrelatietoets: zijn er belemmeringen om als zelfstandige te werken? Werkt iemand uit vrije wil als zelfstandige? Heeft iemand een grote mate van vrijheid over de uitvoering van het werk en vrijheid van werktijd of verlof? En is er sprake van hiërarchische controle?
  3. Sectoraal rechtsvermoeden: sommigen sectoren hebben een hoger risico op schijnzelfstandigheid. Denk bijvoorbeeld aan het tegengaan van arbeidsmigranten die werken in constructies als zzp’ers.

Deze wet verankert ook de positie van zelfstandigen in de wet. Daarnaast verwachten we wel dat ze een voorziening hebben getroffen tegen het risico van inkomensverlies bij arbeidsongeschiktheid en pensionering. Zelfstandigen hebben daarbij zelf de verantwoordelijkheid en keuzevrijheid om die voorziening in te richten. Ruimte om te werken als zelfstandigen, rechtszekerheid voor opdrachtgevers en betere sociale bescherming gaan hand in hand in dit wetsvoorstel. We creëren een gelijk speelveld met mensen met een arbeidsovereenkomst en voorkomen zo misbruik.

Pre-consultatie

Het conceptwetsvoorstel gaat 3 april in pre-consultatie. De initiatiefnemers hebben gezamenlijk de concept-memorie van toelichting afgerond en publiceren die nu, met als doel om in de verdere uitwerking alle inbreng vanuit het veld te kunnen verwerken. Daarna wordt de wet aangeboden aan de Raad van State en vervolgens aan het Parlement.

Lees Inge's inbreng bij het ZZP-debat hier

Veruit de meeste werkenden werken op basis van een arbeidsovereenkomst en willen dat ook zo houden.
Veruit de meeste werkgevers willen betrokken medewerkers aan zich binden op basis van een arbeidsovereenkomst.

Het zal u niet verbazen dat dit voor het CDA een groot goed is.
CAO’s, sociaal overleg en pensioenregelingen zijn belangrijk verworvenheden van ons Rijnlands model.

Het zelfstandig werken is niettemin populair geworden. Technologie maakt tijd en plaats onafhankelijk werken beter mogelijk, brengt vraag en aanbod makkelijker bij elkaar en werk is ook op te splitsen in taken en opdrachten. Tegelijkertijd kan zelfzelfstandig werken ook belangrijk zijn om grip te krijgen op het eigen werk en privé situatie – combinatie arbeid- en (mantel)zorg, of maatschappelijke participatie (vrijwilligerswerk bijvoorbeeld).

En ook financieel kan het voordelen met zich meebrengen door een aantal belastingvoordelen zoals aftrekposten voor ondernemers.

Het is daarmee populairder geworden en heeft een eigen positie op de arbeidsmarkt gekregen.

Zonder dat de wetgeving duidelijk is.

Het wetsvoorstel VBAR kijkt terug, want legt jurisprudentie uit het verleden vast.

Daarom ook dat we met collega's van VVD, D66 en SGP een eigen wetsvoorstel in pre-consultatie hebben gebracht als een stap vooruit, in lijn met de filosofie die ook in het SER advies staat:

  1. Geen keuze voor ZZP enkel om financiële redenen
  2. Aanpak van misstanden versterken; via het rechtsvermoeden van werknemerschap onder een bepaald tarief (zoals in VBAR) maar ook sectorale rechtsvermoedens. En wat mij betreft ook beter regelen van de arbeidsomstandigheden- in de arbowet.
  3. Een wettelijke basis voor zelfstandig werken naar Belgisch model, die meer duidelijkheid vooraf biedt.
  4. Met de verantwoordelijkheid om dan wel in eigen pensioen en arbeidsongeschiktheid te voorzien. Wat ons betreft kan daar dan ook de BAZ Basisverzekering Arbeidsongeschiktheid Zelfstandigen invulling aan geven. Ik kom daar zo nog op.

Dit leidt niet perse tot meer of minder zelfstandig werkenden; wel tot beter beschermde zelfstandig werkenden en een gelijker speelveld. We tasten het werken in de arbeidsovereenkomst niet aan.

Wat ik mooi vind aan het traject dat we nu met elkaar doorlopen om te proberen deze wet aan een meerderheid te krijgen is dat we het zoals ik al eerder aangaf open voorleggen aan sociale partners en de samenleving. We nemen de opmerkingen serieus mee. Niet op voorhand al een dichtgetikt vooringenomen verhaal maar ter discussie met de samenleving.

Vraag aan de minister is hoe hij dit concept- voorstel ziet ook naar de toekomst toe. En hoe hij vindt dat zich dit verhoudt tot de VBAR.

Voorzitter,

Een enkele vraag over de BAZ.
Verwacht de minister dat deze verzekering nog dit decennium wordt ingevoerd?
Is dat haalbaar?
En heeft het dan nog draagvlak bij de oorspronkelijke bedenkers, sociale partners en zelfstandigenorganisaties?

Voorzitter,

Over de handhaving door de Belastingdienst. Op zich zijn wij ervoor dat wetten gehandhaafd worden. Er zijn sectoren die al jaar en dag met zelfstandigen werken. Zoals in het particulier onderwijs. Docenten die het parttime naast een grote baan als werknemers doen. We krijgen ook brieven van zelfstandigen die gespecialiseerd werk doen in de ICT en zorg.
We hebben dus een kabinet die zegt, alles is duidelijk en het komt goed. En een sector die dat gevoel in veel gevallen niet heeft.
Wat gaat hier mis vraag ik de minister.

Lees
ver­der